Bij factcheckrubrieken zijn de feiten niet altijd leidend

03 maart 2021Leestijd: 4 minuten
Bijna elke uitspraak van Trump werd in de Amerikaanse media gefactcheckt. Foto: EPA

De factcheckrubrieken in media verdwijnen. Constanteyn Roelofs is er niet droevig om. In die rubrieken was de zoektocht naar feiten niet leidend, maar het progressief ideologische sentiment.

Onlangs stond er een opmerkelijk stuk in de courant: een afscheidsbericht over de factcheckrubriek. De afgelopen jaren leek de journalistieke kaste het erover eens dat het populisme en de desinformatie op sociale media met dit instrument moesten worden bestreden. Het bekendste voorbeeld: elke leugen die Trump de wereld in tweette, werd kapotgecheckt (de teller van Politifact staat op het moment van schrijven op 926, and counting.

Constanteyn Roelofs
Wekelijks verkent historicus Constanteyn Roelofs (1989) de tragikomische tegenstrijdigheden in economie en maatschappij.

Vaderlandse politici gingen eveneens onder het mes, maar ook de plaatjes met vaccin-desinformatie die tante Gerda de Graancirkelexpert op Facebook deelt, moesten eraan geloven. Toch was deze hype geen lang leven beschoren. Het factchecken ging even snel weer ten onder als dat het ten tonele verscheen: hadden eerst alle kranten zo’n ding, nu blijft alleen nu.nl dapper doorgaan.

Nu zal EW de laatste zijn om het belang van feitelijkheid te weerspreken. Eerst de feiten is immers de wapenspreuk waarmee dit blad de lezer probeert te verleiden, met als ondertoon dat ‘bij ons’ niet het (progressief) ideologische sentiment leidend is, maar de politieke of wetenschappelijke realiteit.

Factchecks draaien om ideologie, niet om feiten

Grappig genoeg lijkt bij de factcheckrubriekenbeweging juist dat progressieve, ideologische sentiment ook leidend: in een soort monstrueuze doorwerking van het dictum van Arthur Schlesinger (biograaf en huisideoloog van president Kennedy) dat ‘feiten een welbekende progressieve vooringenomenheid hebben’ lijkt het erop dat de progressieven feiten als belangrijkste wapen willen inzetten tegen de vijanden van de vooruitgang (reactionairen, gewone mensen). Betweterigheid als onderscheidend criterium tussen de verstandige mensen en mensen aan de verkeerde kant van de politieke streep.

Toch zat er niet veel leven in het concept. Het probleem van recursie is levensgroot: wie checkt de checkers, en hoe voorkom je dat een factcheck verzandt in een hopeloos welles/nietes over en weer? In het artikel komt mooi naar voren dat er aan de ene kant een overdaad is aan materiaal (heel Facebook, tien leugens per minuut van Trump), maar dat het vaak aan de andere kant een soort spijkers op laag water zoeken werd: ‘heeft er iemand nog een leuk leugen voor mij?’ werd er dan geroepen op de redactievergadering.

Feiten controleren slechts een onderdeel van de journalistiek

Dat heeft vast te maken met het feit dat feiten controleren slechts een deel is van het journalistieke ambacht, dat bovendien vaak in handen is van een (eind)redactie die erop moet toezien dat de journalisten niet af en toe met hun pen de werkelijkheid voorbijsnellen. Juist het contextualiseren van de feiten, ze in een verband of – modewoord – ‘narratief’ plaatsen, is de kunst. Factcheckrubrieken voelen daarom meer als vingeroefeningen dan als het echte werk.

Daarnaast mogen feiten dan misschien wel een liberal bias hebben, progressieven hebben op z’n zachtst gezegd ook een problematische verhouding met de waarheid. De aanval op de waarheid komt heus niet alleen van populistisch rechts, zoals Michiko Kakutani al aantoonde in het boek The Death of Truth, maar ook door progressieve academici in de letteren en de sociale wetenschappen.

Genderideologie maakt biologie een schuldige wetenschap

Die staan immers onder invloed van allerlei Franse filosofen die feiten en feitelijkheden tot ongewenste sociale machtsconstructen (en dus waardeloos) hebben verklaard – en dat laat bovendien ruimte voor veel intellectuele oneerlijkheid, als het ‘hogere doel’ van sociale gerechtigheid maar wordt gediend.

Deze creatieve omgang met de waarheid uit zich bij de progressieve mediakaste in alle dossiers. Bij het migratievraagstuk worden de raarste toeren uitgehaald om de conservatieve islam met een minachting voor vrouwen en anders seksueel georiënteerden toch tot progressieve kracht te verklaren. En je kan als onderzoeker beter maar geen conclusies trekken uit de cijfers van achtergronden van verdachten: dat is hoogst verdacht.

Omwille van de genderideologie is de biologie nu een schuldige wetenschap. Ook op het klimaatdossier worden de feiten net zo lang gemasseerd tot ze in het apocalyptisch-groene plaatje passen, maar dat weet u omdat u trouw collega Simon Rozendaal leest, die een nobele dagtaak heeft aan het debunken van deze creatieve interpretaties.

D66, toch de partij voor de rationele progressief, maakte het deze week nog erg bont door op een plaatje de witte rookpluim uit een kerncentrale zwart te kleuren, om zo te impliceren dat die kerncentrales wel meer uitstoten dan waterdamp – een leugentje als directe sneer naar een populist. Wij beoordelen de stelling dat feitenvrijheid een populistisch probleem is daarom als onwaar.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."