Waar zijn de dansende moslims van Jan Jambon?

18 april 2016Leestijd: 2 minuten
Bij de arrestatie van Abdeslam in Molenbeek zochten groepen jongeren de confrontatie op met de politie - Foto: AFP

Een uitspraak van de Belgische minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon leidt tot ophef.  Afgelopen weekend zei Jambon namelijk dat een groot gedeelte van de Belgische moslimgemeenschap ‘danste’ na het horen van de aanslagen in Brussel.

‘Een significant deel van de moslimgemeenschap reageerde al dansend op de aanslagen van 22 maart,’ zei Jambon afgelopen zaterdag in een interview met de Belgische krant De Standaard. De uitspraak komt hem nu duur te staan.

Politiek correct

Verschillende politici hebben hem om opheldering gevraagd, maar die weigert hij vooralsnog te geven. ‘Ofwel maakt Jambon hard wat hij heeft gezegd, ofwel hij biedt zijn excuses aan,’ klinkt het bijvoorbeeld van Groen-voorzitter Meryem Almaci. Met de uitspraak ‘schoffeert en stigmatiseert’ hij de gehele moslimgemeenschap, vindt zij.

Afshin Ellian: ‘Falend België wil eigen problemen niet onder ogen zien’Foto www.marcobakker.com

‘Terroristen zijn slechts een puist. Daaronder zit een veel moeilijker te behandelen kanker,’ zei hij onder meer. In een pleidooi om ‘voorbij het politieke correcte denken’ te gaan, sprak hij over de moslimgemeenschap. ‘Een significant deel danste naar aanleiding van de aanslagen. Ze gooiden met stenen en flessen bij de arrestatie van Salah Abdeslam. Dat is het echte probleem,’ zei Jambon.

Bij de arrestatie van Abdeslam in de Brusselse wijk Molenbeek waren er inderdaad groepen jongeren die met stenen en andere objecten gooiden naar de politie en pro-IS-leuzen uitkraamden. Maar de uitspraak van Jambon zorgt nu voor onduidelijkheid: vooral het feit dat hij het had over een ‘significant deel’ van de gemeenschap, zorgt voor gefronste wenkbrauwen.

Lees ook IS-propaganda gevonden bij chauffeurs van Europees Parlement

Stigma

De Belgische regering wil niet kwijt over waar en wanneer ‘moslims hebben gedanst’ in reactie op de aanslagen. ‘De minister heeft, onder meer via de diensten, weet van een aantal incidenten dat zich heeft voorgedaan, maar we gaan niet zeggen over welke straten of wijken het gaat. Dat zou stigmatiserend zijn,’ aldus Jambons woordvoerder Olivier van Raemdonck.

Ook de Belgische premier Charles Michel wilde er niets over kwijt, maar schaart zich wel achter de uitspraak van Jambon. Volgens Michel is de Nationale Veiligheidsraad inderdaad ingelicht over steunbetuigingen aan de daders van de aanslagen.