En zo was ik ineens ‘het snoepje van de week’ in Schimmelpennincks podcast

30 juli 2020Leestijd: 7 minuten
Sander Schimmelpenninck, presentatror bij Op1 - ANP

Met een gevoel van walging beluisterde Eva Vlaardingerbroek donderdag de van seksisme doordrenkte podcast van presentator en Quote-hoofdredacteur Sander Schimmelpenninck. Wat is dat toch, dat mensen die het stelligst beweren dat zij anti-seksist zijn, hun ‘principes’ direct opzijzetten als het om een vrouw gaat die hun mening niet deelt?

Waar de dag met geen vuiltje aan de lucht leek te beginnen, trokken al snel donkere wolken op nadat ik er in een privébericht op werd geattendeerd dat ik was ‘behandeld’ in de zogeheten zelfspodcast ​van Sander Schimmelpenninck en zanger Jaap Siewertsz van Reesema.

Dit artikel is ingezonden door Eva Vlaardingerbroek (Amsterdam, 1996). Vlaardingerbroek studeerde rechten in Utrecht en rechts­filosofie in Leiden. Begint daar als docent-onderzoeker. Is sinds 2016 actief lid van ­Forum voor Democratie, en is opiniemaker en columnist.

 

Ingezonden opinieartikelen worden geselecteerd door de redactie, maar vertegenwoordigen niet noodzakelijkerwijs het standpunt van Elsevier Weekblad.

Aanvankelijk wilde ik de podcast niet beluisteren, omdat ik van Schimmelpenninck niet anders gewend ben dan dat hij mij, zo zegt hij zelf ook, ‘belachelijk maakt’. Met tegenzin besloot ik toch te luisteren, vanaf 38:09 min, want vanaf daar begon de ‘bagger’, aldus degene die mij de link stuurde.

‘Een meisje uit de stal van Paul Cliteur, de Forumtrollenfabriek’

Het fragment begint met de aankondiging dat ‘het snoepje van de week’ dit keer ‘een meisje’ is dat is aangedragen door de redactie. ‘Een meisje uit de stal van Paul Cliteur, de Forumtrollenfabriek,’ aldus Schimmelpenninck. De ‘heren’ hebben, zo blijkt uit de conversatie, voordat ze beginnen mijn Instagram-pagina erop nageslagen, waarna Siewertsz de volgende vraag aan Schimmelpenninck voorlegt: ‘Dus zij is een FVD-meisje?’

Schimmelpenninck haakt daarop in en introduceert mij bij Reesema – die niet bleek te weten wie ik ben. Hij beschrijft gekscherend dat ik ‘een bijrol heb in de zuil van Thierry Baudet’ en ‘de schildmaagd van extreem-rechts ben genoemd’, en vraagt Reesema vervolgens of hij ​The Handmaid’s Tale kent. Reesema geeft toe maar half te luisteren, afgeleid als hij raakt terwijl hij door mijn foto’s scrollt. Schimmelpenninck toont begrip, want ja: ‘​Het​ ziet er goed uit.’

Tot in detail besproken

Gereduceerd tot een ‘het’ word ik en – vooral mijn uiterlijk – tot in detail besproken. Het gaat –​ surprise, surprise – eindeloos lang over mijn blonde haar en blauwe ogen, op wie of wat ik allemaal wel niet lijk en vooral welke associaties mijn uiterlijk bij de heren opwekt. Want uiteraard, dat uiterlijk is natuurlijk niet toevallig, zo vervolgt Schimmelpenninck.

Eva Vlaardingerbroek. Foto: Jacqueline de Haas

Lees het volledige EW-interview met Eva Vlaardingerbroek: ‘Juist na zo’n aanval komt idealisme in me naar boven’

‘Zij is dus erg populair bij de zolderkamerrukkers van FVD, want ja je wil natuurlijk ook weleens een leuk meisje zien.’ Er wordt vervolgd met hoe slim het is dat Thierry Baudet zo’n meisje (mij dus) kan ‘inzetten’. Reesema bevestigt: ‘Ja, je hebt ze altijd nodig, dat soort meisjes.’ Schimmelpenninck voegt daaraan toe dat hij me ‘niet Eva Braun wil noemen’, want daar is hij te netjes voor, maar u als luisteraar moet weten dat ik dat natuurlijk wel gewoon ben.

De mannen in mijn leven vormen mijn mening

Ondertussen komt Reesema er tijdens het verder onderzoeken van mijn Instagram-profiel achter dat ik 23 jaar oud ben, jurist en aanstaand doctor in de rechtsfilosofie. ‘Toch wel interessant,’ stelt Reesema. Maar daar heeft Reesema het toch niet bij het rechte eind. Want ik mag dan wel hebben gestudeerd, maar ik vorm mijn eigen meningen natuurlijk niet zelf, dat doen de mannen in mijn leven voor me.

Ter ondersteuning van dit argument wordt mijn vriend erbij gehaald, die Schimmelpenninck terloops ‘erkend antisemiet en homofoob’ noemt (mijn vriend zal overigens aangifte doen van deze onacceptabele laster). Vervolgens komen Paul Cliteur en Wierd Duk aan bod als twee van de mannen die mij als trekpop gebruiken. En zelfs mijn vader – ‘die ook wel uit dat hoekje komt’ – mag worden aangewezen als een van de vele ‘mannen die mij vertellen wat ik moet zeggen’.

Een moment van helderheid

Het opvallende is dat de ‘heren’ ondertussen een moment van helderheid lijken te hebben. ‘Het is waar dat zij vaak door politieke tegenstanders, waaronder mijzelf, seksistisch wordt benaderd,’ zegt Schimmelpenninck. ‘Als je zo’n meisje ziet dan denk je: die is gewoon onder de invloed van haar vriendje.’ Reesema bevestigt dat hij dat eigenlijk wel ‘lullig’ vindt en vraagt naar wat ik dan eigenlijk allemaal voor dingen zeg. In plaats van dat Schimmelpenninck daarop een antwoord geeft, gaat hij vrolijk door: ‘Nee, ze is te jong. Zij wordt constant omringd door mensen die haar vertellen wat zij moet vinden, dat is de indruk die je krijgt.’ Reesema sputtert nog een keer tegen, waarop Schimmelpenninck vraagt: ‘Jij denkt echt dat zij zelf haar meningen vormt?’ Het gesprek loopt af.

Lees het opiniestuk van Eva Vlaardingerbroek Houd de overheid uit uw slaapkamer: de gevaren van een nieuwe zedenwet

Woorden schieten tekort om mijn gevoel na het beluisteren van de podcast te beschrijven. Toch was mijn eerste reflex om in de verdediging te schieten. Politiek en debat zijn altijd mijn hobby geweest, van jongs af aan. Mijn politieke ‘rechtse’ voorkeur was allang gevormd voordat ik mijn vriend leerde kennen of ging studeren bij Paul Cliteur of mij aansloot bij FVD. Sterker nog, ik zocht zelf deze mensen op omdat ik het zat was te worden omringd door de ‘Sander Schimmelpenninckjes van deze wereld’ die alles en iedereen met wie ze het niet eens zijn, uitmaken voor de ergste dingen. Oh, en mijn ouders stemden altijd CDA en VVD.

‘Lekkerste van de drie prinsessen’

In één ding heeft Schimmelpenninck misschien gelijk: ik ben jong en heb nog niet afgeleerd meteen te denken dat deze mensen niet voor rede vatbaar zijn en dat je je tegen dit soort belachelijke gorigheden niet eens kan of moet willen verdedigen. Wat natuurlijk de echte kern van dit verhaal is, is dat Schimmelpenninck en Reesema in hun podcast niet alleen mij seksistisch benaderen. In het begin van de podcast heeft Schimmelpenninck zelfs het – in dit geval toch echt – gore lef om prinses Alexia ‘de lekkerste’ van de drie prinsessen te noemen.

Het feit dat Alexia 15 jaar oud is, lijkt Graaf Schimmelpenninck niet te deren. Hij noemt haar daarna ook nog even arrogant, omdat het kan. Helemaal onbegrijpelijk wordt het wanneer Reesema vervolgens begint over de ‘harde’ dingen die de prinsessen te horen krijgen. De hypocrisie spat er vanaf. Zo ook wanneer ze mij bespreken. De heren erkennen dat ik vaak op seksistische wijze word besproken, maar doen vervolgens tien minuten lang zelf niets anders. Wat is dat toch, dat de mensen die het stelligst beweren anti-seksist en anti-racist te zijn – zo ook ​Schimmelpenninck​ – hun vermeend ‘feministische principes’ direct uit het raam gooien wanneer het een vrouw betreft die niet de mainstream linkse agenda volgt?

Niet dezelfde mening? Dan mag seksisme ineens wel

Ja, wat is dat toch dat onder het mom van #MeToo elke vorm van seksisme sterk van de hand wordt gewezen, maar dat men zich van hetzelfde seksistisch jargon (of erger) bedient wanneer het vrouwen betreft die er een onwelgevallige (lees: conservatieve) mening op nahouden? Dan ineens – alle goede bedoelingen ten spijt en alle principes overboord – mogen vrouwen tot ‘het’ worden gereduceerd en op niets anders dan hun uiterlijk worden beoordeeld.

Lees de ingezonden opinie van Raisa Blommestijn: Waarom de strijd tegen de ‘cancel culture’ zo belangrijk is

Deze vrouwen zijn immers maar domme blonde trekpoppen die door mannen worden bespeeld en niet in staat zijn om hun eigen ideeën te vormen: iets anders kan onmogelijk het geval zijn. Grof gezegd: blond, jong, ‘knap’ en vooral niet in staat om zelf na te denken. Een ‘Eva Braun’ dus (terwijl Braun ironisch genoeg niet voldoet aan dat uiterlijke frame, maar dat terzijde).

Mooi zijn en je mond houden

Ter illustratie: model Doutzen Kroes kreeg recent te horen dat ze ‘vooral mooi moest zijn en haar mond moe[s]t houden​’, nadat zij enkele vraagtekens had gezet bij de huidige bestrijding van het coronavirus. Tevens werd Raisa Blommestijn overladen met ​seksistische verwijten​ nadat zij een manifest schreef om de vrijheid van meningsuiting te verdedigen.

Ironisch genoeg bleef dit haar mede-initiatiefnemer bespaard. Was hij degene die haar op de achtergrond de ideeën influisterde? Oh nee, die ideeën kwamen natuurlijk van niemand minder dan Thierry Baudet en Paul Cliteur, die naast mij, ook haar blijken aan te sturen. Baudet en Cliteur blijken er (volgens onder anderen – wederom – Schimmelpenninck) ​een fabriek​ op na te houden waar radicaal-rechtse schildmaagden als Raisa Blommestijn, Kim Boon en ondergetekende, aan de lopende band worden geproduceerd.

Frame radicaal-rechts​ is favoriet

Je zou deze aantijgingen misschien nog verwachten van anonieme ‘trollen’, maar dit blijkt niet het geval. Raisa beschreef eerder dat gerenommeerde hoogleraren haar frameden als ‘radicaal-rechts’. De term ‘​radicaal-rechts’​ is favoriet: ik kreeg hiermee ook te maken in een groot artikel in de Volkskrant door journalist Hassan Bahara.

Lees ook de ingezonden opinie van Sujet Shams, die deelnam aan het NPO-racismedebat: ‘Discussie over racisme is enorm uit de hand gelopen’

Ook Sander Schimmelpenninck is columnist bij de Volkskrant en tevens tv-presentator bij WNL. Nu deinzen Schimmelpennincks collega’s bij de ‘kwaliteitskrant’ de Volkskrant sowieso niet terug voor dergelijke frames: zo was het Harriet Duurvoort (nota bene een zwarte vrouw) die mij uitmaakte voor ‘arisch prinsesje’ en deed haar collega Margriet Oostveen nog een duit in het zakje toen zij mij tot ‘dienstmaagd van radicaal-rechts’ doopte.

Ik zou willen afsluiten met een verzoek aan deze ‘fatsoenlijke dames en heren’: u mag mijn mening abject vinden, u mag zich ertegen uitspreken, maar houdt u het in vredesnaam bij de inhoud en accepteer – om te beginnen – dat mijn meningen de mijne zijn en niet die van een man in mijn omgeving.