OM wil IS-jihadisten terughalen, Grapperhaus houdt ze liever daar

04 november 2019Leestijd: 5 minuten
Een vrouw en kinderen in het Syrische vluchtelingenkamp Al-Hol - AFP

Een aantal Syriëgangers dreigt zijn straf te ontlopen als minister van Veiligheid en Justitie Ferd Grapperhaus (CDA) zijn plannen doorzet en hun de Nederlandse nationaliteit afpakt. Dat staat in vertrouwelijke adviezen van het OM die NRC heeft ingezien. Vier vragen en antwoorden.

Hoeveel jihadisten zitten nog in Irak/Syrië?

Volgens de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) zitten ongeveer 50 Nederlandse mannen en vrouwen in Syrisch-Koerdische opvangkampen of detentie en 95 kinderen. De opvangkampen zijn in Syrië en werden bewaakt door Koerdische strijders. Nog 35 Nederlanders zouden meevechten met jihadistische strijdgroepen in Syrië. In totaal zijn de afgelopen jaren ongeveer driehonderd Nederlandse jihadisten naar Syrië of Irak gereisd. Die hadden volgens de veiligheidsdienst een ‘jihadistische intentie’. Honderd van hen zijn gestorven in de strijd, terwijl 120 zich nog in Syrië bevinden. Zestig zijn er teruggekeerd naar Nederland.

Ook zijn er minstens 210 kinderen in Syrië en Turkije die een link hebben met Nederland. Van die kinderen hebben een of twee ouders de Nederlandse nationaliteit of langdurig in Nederland gewoond. Driekwart van die kinderen is niet in Nederland geboren. Afgelopen zomer werden twee kinderen via de Franse overheid naar Nederland gebracht. Zij waren wees geworden nadat hun Nederlandse moeder Karenia J. begin van dit jaar overleed.

Waarom kunnen jihadisten hun straf ontlopen?

Sinds 2017 kan het Nederlanderschap worden ingetrokken van mensen die actief zijn voor een buitenlandse terroristische organisatie, ook al zijn ze hiervoor niet veroordeeld. Dat is tot nu toe elf keer gebeurd, maar volgens Grapperhaus komen nog zo’n honderd Syriëgangers voor die maatregel in aanmerking.

In september kregen vijf van die uitreizigers hun Nederlanderschap juist weer terug. Ze zijn ook geen ongewenst persoon meer, stond in de Staatscourant. In september 2017, juli 2018 en april 2019 werden de paspoorten ingetrokken door toenmalig staatssecretaris van Justitie en Veiligheid Mark Harbers (VVD). Dat maakte van de mannen ongewenste vreemdelingen, waardoor ze niet meer legaal naar Nederland konden komen of naar andere Schengenlanden konden reizen.

Lees ook het commentaar van Robbert de Witt: Natuurlijk past Irak wet niet aan voor Nederlands jihadistenprobleem

Eerder oordeelde de Raad van State in april dat twee uitreizigers hun nationaliteit onterecht zijn kwijtgeraakt. Op verzoek van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) is de intrekking van het staatsburgerschap daarna in vergelijkbare zaken preventief ingetrokken, liet het ministerie van Justitie en Veiligheid in een toelichting weten.

Dat jihadisten met het ontnemen van de Nederlandse nationaliteit hun straf zouden ontlopen is overigens onzin. In de eerste plaats omdat het land van hun oorspronkelijke nationaliteit hen kan berechten. Dat willen terroristen natuurlijk liever niet, omdat Nederland vaak milder oordeelt.

In de tweede plaats kan het OM volgens de minister ontheffing vragen van het ongewenst vreemdelingschap van mensen zodat ze toch in Nederland berecht kunnen worden. Daarvoor moeten zij wel in de internationale signalering staan. Dat zei de minister maandagochtend bij het NPO Radio 1 journaal. 

Wat staat in de adviezen van het OM?

Voor het intrekken van de Nederlandse nationaliteit moet het Openbaar Ministerie (OM) per geval worden geraadpleegd. Het OM beoordeelt dan of de strafrechtelijke vervolging in gevaar komt. Dat is volgens het OM dus in meerdere zaken het geval: het belang van vervolging en berechting wordt hiermee op soms ‘onaanvaardbare wijze’ geschaad, staat in de vertrouwelijke adviezen van het OM aan Grapperhaus.

Het OM wijst er bijvoorbeeld op dat verdachten vrijuit kunnen gaan als ze hun zaak niet kunnen bijwonen vanwege hun afgepakte paspoort. Verder is het OM bezorgd dat toekomstige straffen weleens lager kunnen uitvallen, omdat de rechter meeweegt dat iemand al gestraft is door het afpakken van het Nederlanderschap.

Zo ontstaat steeds meer het beeld van een minister die met het OM verschilt van mening over het wel of niet terughalen van Syriëgangers. Justitie wil steeds meer van hen terughalen om in Nederland te berechten. Volgens NRC is de lijst met namen in de afgelopen maanden drie keer zo lang geworden. Grapperhaus wil de terugkeer juist verhinderen door hun de Nederlandse nationaliteit af te nemen.

Hoe zit het met de zaak van de 23 IS-vrouwen?

Een groep van 23 IS-vrouwen spande in oktober een kort geding aan bij de rechtbank in Den Haag tegen de Nederlandse staat. Het kort geding diende op 1 november. De vrouwen eisen dat de Nederlandse staat hen en hun 56 kinderen ophaalt uit gevangenkampen in Noord-Syrië.

De vrouwen zitten vast in de kampen Al-Hol en Al-Roj in Noord-Syrië, en worden bijgestaan door vijf advocatenkantoren. De vrouwen zijn de afgelopen jaren vanuit Nederland naar Syrië gereisd, veelal om zich aan te sluiten bij IS. Sommigen namen hun kinderen mee, anderen hebben daar kinderen gekregen.

In de dagvaarding betogen de advocaten dat Nederland de plicht heeft de vrouwen op te halen, omdat het anders handelt in strijd met internationale mensenrechtenverdragen. De situatie in de kampen is zo erbarmelijk, zo vinden zij, dat Nederland wel moet ingrijpen. Zeker als het gaat om de minderjarige kinderen. Omdat de autoriteiten in Noord-Syrië niet bereid zijn de vrouwen en kinderen te scheiden, moeten de moeders ook opgehaald worden, zo redeneren de advocaten.

Het kabinet worstelt al langer met de status van de zogenoemde IS-kinderen. Volgens het kabinet hebben de vrouwen zelf gekozen voor hun reis naar Syrië, en hebben ze daarmee zichzelf en hun kinderen in gevaar gebracht.

Omwille van de veiligheid van Nederlandse ambtenaren en het ontbreken van diplomatieke betrekkingen in het gebied wil het kabinet de vrouwen daarom niet ophalen. Alleen als ze zich melden bij de Nederlandse vertegenwoordiging in Erbil (Irak) of Ankara (Turkije) is het kabinet bereid ze naar Nederland te halen.

Volgens de advocaten zijn dit gelegenheidsargumenten, omdat de Amerikanen en Koerden al eerder hebben aangeboden de vrouwen namens Nederland te willen ophalen. Ze zeggen dat alleen om politieke redenen de vrouwen en kinderen nog niet zijn gehaald. ‘Dat mag echter nooit een reden zijn voor het nemen van risico’s met de levens van minderjarige onderdanen,’ stellen de advocaten.