WK wielrennen werd voor België een volksfeest zonder hoofdprijs

27 september 2021Leestijd: 4 minuten
Wk Wielrennen in Leuven. Foto: ANP

De wielrenners van de Belgische ploeg behaalden op het wereldkampioenschap in eigen huis geen eremetaal. Toch maakten 300.000 wielerfans er een volksfeest van. Tot het DNA van Belgen horen spaken, derailleurs en bidons, schrijft Hugo Camps.

Dylan van Baarle werd tweede op het WK op de weg in Leuven. Voor iedere renner is dat horror. Toch zat Dylan gezellig in de tv-studio van het Belgische Sporza. Hij was innig tevreden over zijn wedstrijd, want tweede worden achter Julian Alaphilippe was mooi zat voor een knecht. Tenslotte was Mathieu van der Poel kopman van de Nederlandse WK-selectie.

Hugo Camps (Molenstede, 1943) schrijft wekelijks een sportcolumn voor weekblad EW. Camps schrijft voor EW sinds 1986 en maakte in die hoedanigheid vele markante interviews met topsporters.

Van Baarle rijdt al jaren voor Ineos, de ploeg van Tourwinnaar Egan Bernal. Hij heeft nog geknecht voor Chris Froome. Het is stilaan weer eens tijd voor een Nederlandse wereldkampioen op de weg. Van der Poel was dit jaar de gedoodverfde kanshebber, daar in België, bij hem om de hoek. Maar Mathieu sukkelt met vage rugklachten en had op het WK zelfs geen demarrage meer in de benen.

Parijs-Roubaix op lijf van fitte Van Aert geschreven

Zondag wordt Parijs-Roubaix gereden, de klassieker die op zijn lijf en dat van Wout van Aert is geschreven. Als hij rijdt zoals op het WK maakt hij geen schijn van kans. ‘De Hel van het Noorden’ vraagt zoveel van een rennerslichaam dat wie niet 100 procent fit is, ten onder gaat aan de zwaartekracht van kasseien en smurrie of stof. Parijs-Roubaix is een klassieker voor wildemannen. Een ode aan afgepeigerde lichamen in het zicht van het sterven. In deze helleklassieker eindigen renners als organisch gehusseld wrak. Wijlen Peter Post was een kasseienspecialist die dat kon hebben.

Lees ook deze column van Hugo Camps terug: Mathieu van der Poel is de ongeluksvogel van de Olympische Spelen

Dat de Fransman Julian Alaphilippe voor de tweede opeenvolgende keer wereldkampioen zou worden, is geen verrassing. Als ‘pieker’ kent hij zijn gelijke niet. Alleen Mathieu van der Poel en Wout van Aert kunnen met hem wedijveren. Tenminste, als ze de glans van goede benen hebben. Ook voor de Nederlandse vrouwen was dit WK  een deceptie. Marianne Vos eindigde als tweede op de weg en noch Annemiek van Vleuten, noch Anna van der Breggen kwam glorieus uit de strijd. Voor Van der Breggen was het haar laatste wedstrijd.

WK-wielrennen was Belgisch volksfeest

Het WK-wielrennen groeide in België uit tot een massaal volksfeest. In Leuven stonden 300.000 fietsfanaten langs het parcours. Tot het DNA van Belgen horen spaken, derailleurs en bidons. En bier natuurlijk. Denk aan Limburg, en je hebt de essentie van de wielerkoorts meteen te pakken. Supporters durven de renners weleens te besprenkelen met bier en urine, maar tot gewelddadig hooliganisme komt het niet. Wielergekken zijn verliefd op kleurrijke stuurlinten. Dan zit je al gauw in etherische sferen.

Ronald Koeman levert een gevecht op leven en dood om  aan de slag te kunnen blijven bij Barça. Voorzitter Joan Laporta bestookt hem om de week met denigrerende citaten. Het probleem van Ronald is dat hij zijn vak uitoefent zonder veel discours. Als een technocraat, bijna. Hij participeert niet aan de schijnwereld die ook over voetbal hangt.

Na lang wachten mocht Koeman instappen bij een Barcelona in crisis

Koeman heeft lang in de wachtkamer gezeten voor zijn rentree in Camp Nou. Hij is terechtgekomen bij een club in crisis, aan  de rand van het faillissement zelfs. De  voorzitter heeft al laten weten dat een ontslagpremie van 12 miljoen euro geen probleem zou zijn. Ordinaire informatie, een club als Barcelona onwaardig. Ronald incasseert en zwijgt. De prijs voor zijn Blaugrana-droom dreigt barbaars hoog te worden.

Zou hij nog heimwee naar Feyenoord hebben? In de Kuip is het tegenwoordig bal populaire. De intense vreugde na de rollercoaster tegen NEC is besmettelijk. Het leven lacht je toe, de benen willen dansen, zang vult het hart. Feyenoord als  de graal van optimisme en plezier. Een volle Kuip is alleen al bij het zien van al die mooie koppen puur geluk. Je voelt het verleden langs je broekspijpen omhoog kruipen – de Kuip als rituele zuivering.

In de volle stadions is het vertrouwde leven eindelijk teruggekeerd met zijn geur van frites en verschaald bier en het warme geluid van een galmende lach.

De massafeesten rond wielrennen en voetbal zijn misschien wel de laatste stuiptrekkingen van eenvormigheid van een democratie. Of toch van een grootste gemene deler. Politici en burgerwachten krijgen dit niet meer voor elkaar. Piet Keizer en Coen Moulijn waren de volkshelden, niet Wim Kok.  Laten we het maar zo houden.