Het verwaarloosde landenvoetbal is nog niet dood

22 juni 2021Leestijd: 3 minuten
Memphis Depay knuffelt teamgenoten na een goal. Foto: ANP

Het Europees Kampioenschap wordt over het gehele continent gespeeld. Dat hindert de mythevorming. Al is het landenvoetbal nog niet dood, schrijft Hugo Camps.

Hugo Camps

Hugo Camps schrijft wekelijks een sportcolumn voor weekblad EW. Camps (Molenstede, 1943) schrijft voor EW sinds 1986 en maakte in die hoedanigheid vele markante interviews met topsporters.

Marco van Basten is terug. Als analist voor de NOS heeft hij zijn sociale schroom afgeschud. Als voetballer was hij introvert, als bondscoach afgemeten, nu is hij vrolijk los. Nog formuleert hij voorzichtig, maar hij durft wel keuzes  te maken, zoals tussen Malen en Weghorst. Het spitsendilemma is al sinds de aanvang van het toernooi onderwerp van discussie.  De oud-bondscoach is kritisch over het Nederlands elftal. Hij mist passie en tactische eenvormigheid. Bondscoach Frank de Boer blijft evenwel buiten schot. Er is een draai gemaakt rond Frank de Boer.

De Boer lacht

Of is het Frank die een draai heeft gemaakt? Ik heb hem nooit vrolijker gezien dan de afgelopen weken. Na elke zin volgt een lachje. Hij staat permanent in de aanslag voor een omhelzing. De frons op het voorhoofd is gladgestreken. Frank de Boer is zijn eigen metamorfose.

De systeemdiscussies lijken achter de rug. De regisseur van het elftal is nog altijd Memphis Depay, maar nu als vertolker van het groepsdenken. Daley Blind en Georginio Wijnaldum staan autonoom in de meningsvorming. Zij hebben het luisterend oor van de bondscoach. Depay is meer sfeermaker dan denker. Hij zoekt nog de demonstratie van individueel vernuft. Wijnaldum en Blind zijn meer groepsdieren.

Tijdens landenvoetbal kunnen uitblinkers een transfer verdienen

De transfer van Depay naar FC Barcelona werd door de selectie van het Nederlands elftal collectief gevierd. Memphis kwam er al langer rond voor uit dat hij wilde schitteren in Camp Nou. Die gedachte werd omhelsd door Ronald Koeman en na de geruststelling over zijn toekomst bij Barça doorgedrukt. Eindtoernooien eindigen altijd in een carrousel van transfers. Na zijn spectaculaire opening van het toernooi met twee doelpunten droomt Denzel Dumfries ook van een klapper. Denzel was de blikvanger van de eerste twee wedstrijden en wil dat verzilveren. Dan ga je meteen het boekje in van zaakwaarnemers.

Dat geldt ook voor Robin Gosens die de Mannschaft naar een klaterde overwinning op Portugal leidde. Hij was veruit de gevaarlijkste aanvaller. Gosens speelde in 2015 nog aan de Krommedijk voor FC Dordrecht. Zijn naam gaat nu in heel Europa rond. Zaakwaarnemers zijn als vleermuizen met honderden neergestreken in de stadions van het EK. Ze bieden tegen elkaar op.

Grote landen leveren grandeur in

Na een week is al duidelijk dat de zogenaamd grote landen aan grandeur hebben ingeleverd. Duitsland en Frankrijk konden het maximum van de punten niet vasthouden. Spanje speelde dramatisch.

België en Nederland zijn de groepsfase ongeschonden doorgekomen. De absolute uitblinker van de groepsfase is Italië. De Azzurri hebben al dertig wedstrijden op rij niet meer verloren. Het handwerk van oud-voetballer Roberto Mancini is een groot succes. Nu heeft het land van AC Milan en Juve ook wel een succesje nodig. Al jaren bakken ze er op eindtoernooien niets van. Het is lange tijd het eerste voetballand van Europa geweest. Met de grootste clubs en de duurste spelers. Onder hen Ruud Gullit, Frank Rijkaard en Marco van Basten.

Landenvoetbal is nog niet dood

Landenteams zijn in de verdrukking geraakt door nieuwe competities als de Champions League en de Europa League. Daar spelen de vedetten en bij landenteams moest je maar afwachten of en wanneer er nog een wedstrijd geprogrammeerd stond. Om de vier jaar een WK duurde rabiate voetbalsupporters te lang. Landenderby’s verloren hun charme in een overvloed aan internationaal voetbal. Holland-België was ooit de wedstrijd van het jaar waarvoor het normale leven werd stilgelegd. België-Nederland werd gespeeld in de ‘Hel van Deurne’. Proef die naam.

Doordat er niet in één stad of land wordt gespeeld, dreigt het EK aan afstotingsverschijnselen te lijden. Versplintering hindert de mythevorming. De identificatie met een toernooi verloopt moeizamer – als het al zo ver komt. Toch zie je op alle Europese tv-zenders dat de wedstrijden worden uitgezonden met voor en na eindeloze beschouwingen. Het landenvoetbal is niet dood, het is alleen verwaarloosd. Het is nu in handen van commerciële partijen en behoort niet meer tot de retoriek van natie en staat. Voor de een is dat een opluchting, voor de ander een gemis.