Zaak Michael P. is in Nederland alles behalve uitzondering

14 oktober 2017Leestijd: 3 minuten
De kliniek waar Michael P. verbleef ter voorbereiding op zijn terugkeer in de maatschappij - Foto: ANP

Van tijd tot tijd wordt Nederland opgeschrikt door een moord van de buitencategorie, meestal in combinatie met een verkrachting en nogal eens gepleegd, doordat mensen die geacht worden hun werk naar behoren te doen dat hebben verzaakt. De dood van Anne Faber, die de gemoederen terecht hevig bezig houdt, is helaas een schoolvoorbeeld.

Michael P. is ‘de vermoedelijke dader’, ook al is er geen mens die denkt dat een ander het heeft gedaan.

Terugkeer naar de maatschappij

De feiten zijn inmiddels al te bekend: P. is een recidivist, hij verkrachtte in 2010 twee meisjes ‘op afschuwelijke wijze’ (bestaan verkrachtingen op niet-afschuwelijke wijze?), werd eerst tot 16 jaar veroordeeld, maar omdat hij in beroep ging tegen de hoogte van de straf kreeg hij uiteindelijk 11 jaar.

In feite is dat 7 1/2 jaar, want bij ‘goed gedrag’ wordt 1/3 van de straftijd kwijtgescholden en je moet het in de gevangenis wel heel bont hebben gemaakt wil er géén sprake zijn van goed gedrag.

Om zijn terugkeer naar de maatschappij soepel te laten verlopen, zat hij al bijna een jaar niet meer in de gevangenis maar in een psychiatrische inrichting, waar hij in en uit kon lopen en als het verhaal klopt ook nog een verhouding had met zijn begeleidster. (Volgens de regels van de medische koepel KNMG is seksueel contact tussen arts en patiënt te allen tijde verboden, maar in de bossen van Den Dolder gelden kennelijk andere regels). P. had geen tbs want hij weigerde onderzoek naar zijn psyche en de instanties hebben hem daartoe niet gedwongen, hoewel dat had gekund).

Publieke opinie

Het zijn onvoorstelbare feiten en ik heb ze nog lang niet allemaal in hun verbijsterende stupiditeit genoemd. Het zwarte pieten is intussen begonnen; heel hypocriet, want de gang van zaken rond P. is alles behalve een uitzondering in Nederland: er zijn heel wat P’s en we mogen nog blij zijn dat ze niet allemaal een moord begaan (hoho: ik bedoel natuurlijk ‘vermoedelijk’.)

Intussen heeft de publieke opinie zich op deze zaak en de (vermoedelijke) dader gestort. En het is duidelijk: als het aan ‘de gewone normale Nederlander’ van onze premier ligt krijgt vandaag nog P. de kogel, na eerst nog even gecastreerd te zijn. Als ik mijn hart laat spreken zou ik dat ook een goed idee vinden; bij de huidige stand van zaken is het de enige garantie dat P. nooit meer terugkeert in de gewone wereld (of in de gevangenis of inrichting nog een zwaar misdrijf pleegt). Los van de vraag of ‘de maatschappij’ ooit iets aan een teruggekeerde P. zou hebben.

Maar in zaken als deze is het hart niet de betrouwbare bron. We leven in een land en in een samenleving waar in een evolutieproces van vele eeuwen de beschaving de overhand heeft gekregen. Er is geen eigen richting meer, ook een verdachte van een zwaar misdrijf heeft recht op een advocaat, wraak is niet meer het overheersende motief, enzovoorts. (die ‘eerwraak’ bij sommige bevolkingsgroepen mag trouwens wel wat steviger worden aangepakt!).

Dat is mooi, zeker als je beseft in hoeveel landen dat in 2017 anders ligt.

Maar daar eindigt het goede nieuws. We zijn zó beschaafd geworden dat het soms lijkt alsof een correcte behandeling van daders, volgens de regels van de rechtsstaat, belangrijker is dan het belang van slachtoffers en nabestaanden. En dat van de samenleving als geheel. Daarover is al heel veel gezegd en geschreven, maar geholpen heeft het nauwelijks.

Een andere baan zoeken

En er is nog iets dat misschien zelfs belangrijker is. Diezelfde beschaafde samenleving wordt beschermd door wetten en regels. Het is natuurlijk wel de bedoeling dat deze worden toegepast en als het nodig is tot het uiterste worden opgerekt. In dit geval -maar dat is maar één toevallig voorbeeld- had alles uit de kast moeten worden gehaald om P. te dwingen tot een onderzoek waaruit waarschijnlijk een tbs was voortgevloeid. En had natuurlijk nooit de straf van 16 jaar in hoger beroep verlaagd mogen worden.

Een humane rechtsstaat is een groot goed. Maar als je deze niet beschermt, gaat-ie op den duur verloren. Nogmaals, daarvoor hebben we wetten en regels. En als die niet toereikend zijn, moeten er nieuwe, betere komen. En wie, zeker in zaken van leven en dood, de regels verkeerd toepast, mag een andere baan gaan zoeken. Vandaag nog.