Het Westen zal de eeuwenoude moslimvete nooit kunnen oplossen

21 augustus 2014Leestijd: 2 minuten

‘Jailer John alias The Black Beatle moet boeten voor zijn gruwelijke daad.’ De onthoofding van de Amerikaanse journalist van James Foley door een Britse IS-jihadist noopt de Amerikanen en Britten tot grote woorden.

‘Middeleeuwse barbarij’ zo werd de slachtpartij in de woestijn van Noord-Irak genoemd – alhoewel historici gespecialiseerd in deze periode ongetwijfeld zullen antwoorden dat het leven in de Middeleeuwen een stuk minder barbaars was dan het zal zijn in een kalifaat onder leiding van Islamitische Staat (IS).

Uitgedoofd

Maar de oorsprong van deze heilige oorlog van IS-jihadisten ligt wel in de vroege Middeleeuwen: het was in het huidige Irak waar in de zevende eeuw de toenmalige kalief de kleinzoon van de profeet Mohammed zou hebben vermoord.

Daarmee begon een heilige oorlog tussen de soennieten (aanhangers van de kalief) en sjiieten, die meenden en menen dat alleen directe afstammelingen van de profeet hem konden opvolgen als leider van alle moslims.

Een eeuwenoud conflict dus, dat soms uitgedoofd lijkt, soms sluimert, maar uiteindelijk altijd weer oplaait.

Waanzin

Nu denken de soennieten van IS hun gedroomde kalifaat eindelijk weer te kunnen realiseren, en zij krijgen hierin steun van radicale soennieten uit de hele wereld. De Iraakse regering – gesteund door sjiitisch Iran en onder leiding van een sjiitische premier – vecht terug.

De roep om vergelding en gerechtigheid in Washington, Londen en Parijs is begrijpelijk en onontkoombaar. Zulke waanzin kan niet onbestraft blijven, en IS kan met gerichte bombardementen een halt worden toegeroepen.

Maar zij die roepen om meer, moeten zich realiseren dat ook superieure westerse grondtroepen uiteindelijk geen verschil kunnen maken in deze bijna vijftienhonderd jaar oude onderlinge moslimvete.