Ook provincies zijn kritisch over windmolens voor de kust

19 februari 2014Leestijd: 2 minuten

Na eerder protest van inwoners en gemeenten laten nu ook vier provincies zich kritisch uit over het kabinetsplan om meer windmolens te plaatsen voor de Nederlandse kust. Volgens de vier kustprovincies is er veel te weinig informatie beschikbaar om het plan door te kunnen zetten.

De vier kustprovincies Zeeland, Zuid-Holland, Noord-Holland en Friesland uitten hun zorgen woensdag in een brief aan minister van Economische Zaken Henk Kamp (VVD).

Te veel onzekerheid

De provincies vinden dat er op basis van de huidige informatie geen ‘zorgvuldige afwegingen’ kunnen worden gemaakt over energiewinning in de Noordzee.

Vooral over de plek waar de windmolens binnen 22 kilometer van het strand zouden moeten komen te staan, is veel onduidelijkheid.

Besluit

Ook zijn er veel onzekerheden over ‘de lokale en regionale effecten op de ecologie en de recreatie,’ schrijven de vier provincies.

In maart moet het kabinet een besluit nemen over de windparken voor de Nederlandse kust. In aanloop naar dat besluit, komt er van alle kanten kritiek.

Boze wethouders

Begin deze maand stuurden wethouders van vier kustgemeenten een brief naar minister Kamp waarin zij hun zorg uitten over de negatieve invloed die de windmolens zullen hebben op de inkomsten uit toerisme.

Uit berekeningen zou blijken dat de toeristische sector zeker 200 miljoen euro minder zal verdienen en dat er blijvend bijna zesduizend banen verloren zullen gaan.

Burgers in opstand

Intussen komen ook steeds meer Nederlandse burgers in opstand tegen de windmolenbouwzucht van dit kabinet. Door heel het land zijn er al meer dan honderd actiegroepen die proberen te voorkomen dat er nog meer windmolens worden gebouwd.

In het Energieakkoord heeft het kabinet afgesproken dat het aandeel duurzame energie tussen 2013 en 2020 van 4 naar 14 procent moet gaan. Dit moet gebeuren door meer zonnepanelen te laten bouwen maar vooral ook door meer windmolenparken te bouwen.

Die verduurzaming stuit niet alleen op verzet vanwege de aantasting van het Nederlandse landschap. De plannen zijn ook nog eens ongunstig voor de Nederlandse belastingbetaler.

Om alles te kunnen bekostigen, heeft het ministerie van Financiën een nieuwe belasting ingevoerd: de Opslag Duurzame Energie. Die belasting loopt de komende jaren flink op.

Hoge kosten

In 2013 bedroeg ze per huishouden zo’n 9 euro per jaar, in 2018 zal dat 150 euro zijn. Structureel gaat het om een lastenverzwaring van 2,4 miljard euro.

Vermoedelijk zullen de kosten nog veel hoger uitpakken. Een groep wetenschappers waarschuwde het kabinet vorig jaar al dat de aanschaf van nieuwe windmolens niet, zoals het kabinet denkt, 3,7 miljard maar zeker 19 miljard euro zal kosten.