Zonder christelijke samenleving kwijnt het CDA weg

16 juni 2021Leestijd: 4 minuten
Partijcongres CDA in november. Foto: ANP.

In theorie zoekt de christen-democratie de middenweg tussen de excessen van het liberalisme en die van het socialisme. In een christelijke samenleving was dat een logisch ideologisch middelpunt, maar door de ontkerkelijking verliest het CDA zijn ankerpunt, schrijft Constanteyn Roelofs.


Constanteyn RoelofsWekelijks verkent historicus Constanteyn Roelofs (1989) de tragikomische tegenstrijdigheden in economie en maatschappij.

Het CDA is een middenpartij, horen we: maar het midden van wát? Tussen welke twee uitersten moet de partij de gulden middenweg bewandelen? Er zijn meerdere manieren om die vraag te beantwoorden, waarbij belangrijk is om de vraag te stellen of het CDA een ideologisch middelpunt moet hebben dat redelijk vaststaat ongeacht wat de andere partijen doen, of dat de partij vooral niet teveel in abstracties moet denken en in realistische termen het midden moet zoeken tussen de concurrerende partijen in de Nederlandse politiek.

Christelijke identiteit verdwenen

In theorie zoekt de christen-democratie de middenweg tussen de excessen van het liberalisme (zeg maar: roofkapitalisme en de dictatuur van de gestudeerde klasse) en die van het socialisme (iedereen even arm, de dictatuur van het proletariaat) door middel van een fijnmazig stelsel van gedeelde verantwoordelijkheid over subsidiair georganiseerde bestuurslagen en een verzorgingsstaat op basis van de christelijke naastenliefde.

Deze ‘middenweg’ tussen links en rechts en hemel en aarde is natuurlijk vrij gemakkelijk te ankeren aan het bestaan van een almachtige God en enig geboren zoon die in het best verkopende boek aller tijden toch aardig heeft uitgelegd hoe het nou zou moeten zitten met die menselijke en politieke verhoudingen.

Deze theoretische koers van het CDA lijkt in de 21ste eeuw bij voorbaat kansloos, omdat de christelijke identiteit als zodanig niet meer leidend is in een ontkerkelijkte samenleving. Een fundamentele christen-democratie is zonder een christelijk demos gewoon simpelweg niet te doen, om nog maar te zwijgen over het feit dat de intellectuele infrastructuur van geestelijk leidsmannen en christelijke denkers door de ontkerkelijking is weggevaagd.

CDA onderschrijft regenboogideologie

Het vasthouden aan een ideologisch middelpunt gaat dus niet meer, al was het maar omdat een openlijke en non-ironische christelijke belijdenis als een beetje grappig of sullig wordt gezien in de dominante liberale media. En een relatief middelpunt?

Dat wordt ook steeds lastiger. Liberalen zijn er nog steeds en roofkapitalisten ook – kijk maar naar de deliveroo’s die voor hongerloontjes op geleasede fietsen langs geprivatiseerde huurwoningen fietsen – maar wanneer hebt u voor het laatst een echte socialist gezien? De linkse beweging is, met haar focus op het vormgeven van een individuele identiteit en de vrijheid van beweging (migratie) eigenlijk niets meer dan een bijkantoor van het liberalisme geworden, met navenante gevolgen voor haar politieke invloed.

Als het CDA daartussen gaat zitten, dan krijg je eigenlijk ook gewoon weer een liberale middenpartij, tussen links-liberaal en rechts-liberaal in – en dat klopt ook eigenlijk wel. Ook het CDA onderschrijft de regenboogideologie (‘Nederland waar iedereen zichzelf mag zijn’) en werkt gedwee mee aan de overdracht van nationale soevereiniteit aan supranationale instellingen, de massamigratie en de uitbreiding van de macht van het (groot)kapitaal.

CDA zoekt middelpunt

Nu is het verleidelijk om te denken dat we met deze overwinning van de liberalen aan ‘the end of history’ zijn gekomen. Uiteraard hield de geschiedenis niet op in 1989. Tegen het globaliserende liberalisme ontstonden populistische, nativistische en jihadistische bewegingen, ook in Nederland.

Het CDA zoekt uiteraard weer het relatieve middelpunt op tussen de populisten als Fortuyn, Wilders en Baudet en de keurige liberalen van de VVD en D66 aan de andere kant. Het hoeft dus niemand te verbazen dat Wopke Hoekstra graag een clubje vormt met de VVD, D66 en JA21 als basis voor de formatie. Makkelijk gaat dat niet.

Het CDA heeft zich al eens bijna opgeblazen in 2010 toen er toenadering werd gezocht tot de PVV en ook nu weer is er een krachtige tegenbeweging in de partij die zich verzet tegen het meebewegen met de populisten. Die tegenbeweging tegen dit moreel en politiek flexibele middenpartijengedrag beroept zich dikwijls op de christelijke waarden, evenwel zonder dat echt goed te kunnen articuleren of zonder dat er daadwerkelijk nog een langs de lijnen van de Bijbel levend volk is dat electoraal deze lijn kan ondersteunen.

Herbronning lijkt onmogelijk door bestuurscultuur

Hoe komt het CDA hier weer uit? Een soort herchristelijking van de samenleving lijkt onwaarschijnlijk en het ziet er voorlopig ook niet naar uit dat modern links zich uit de identitaire val van het egocentrische liberalisme kan bevrijden, noch dat de populistische bewegingen aan kracht verliezen. De krachten die het populisme aanwakkeren – mondialisering, toenemende economische ongelijkheid, het versplinteren van de samenleving door de binnenkomst van insulaire migrantengemeenschappen – gaan immers onverminderd door.

Ook is elke herbronning van de partij onmogelijk, omdat er zo’n bestuurscultuur is ontstaan dat elk probleem wordt aangepakt door de ‘lastige’ partijleden uit de partij te pesten en elk probleem toe te dekken met een dikke laag spin en woordvoering. Enfin, er schijnt een congres aan te komen waar men nog gaat proberen om de meubels van het CDA te redden en de interne onrust op te lossen, maar of dat gaat lukken laten we maar even in het midden.