Nederland moet problemen anders aanpakken. Een pleidooi voor Design Thinking

04 oktober 2022Leestijd: 4 minuten
Klaslokaal . Foto: ANP

Volgens onderwijsdeskundige Ben Daeter kunnen crisissen als het stikstofprobleem beter worden aangepakt als niet direct een oplossing wordt gezocht. Het is beter om eerst met alle betrokkenen in gesprek te gaan. Een pleidooi voor Design Thinking.

Ons land heeft met vele veelsoortige crisissen te maken. Diverse daarvan hebben we aan onszelf te wijten. We blijven bijvoorbeeld te afwachtend en zijn onvoldoende preventief. Onderhand lijkt er een nieuwe crisis bij te komen. Nog steeds is blijkbaar niet doorgedrongen hoe we in onze tijd een crisis zouden kunnen aanpakken, terwijl er daartoe wel mogelijkheden bestaan, zoals de toepassing van Design Thinking.

Ben Daeter (1940) heeft zich als onderwijsdeskundige verdiept in hoogbegaafdheid, epigenetica, opvattingen over leren, de werking van de hersenen, aangeleerde hulpeloosheid, mysterie van het leren en Design Thinking. Hij schreef over deze onderwerpen tientallen boeken en artikelen.

Wat is Design Thinking? Daarover bestaan talrijke definities. In dit verband hanteer ik de omschrijving van Design Thinking als een denk- en handelswijze waarbij we bij vraagstukken niet direct met antwoorden komen, maar ons veel meer richten op de vraag: hoe gaan we dit vraagstuk oplossen; wie moeten daarbij allemaal betrokken zijn?

Hoe kan stikstofcrisis met Design Thinking worden aangepakt?

Waarom worden vele van onze crisissen niet snel opgelost? Juist omdat we die aanpak missen. Neem de heel actuele stikstofkwestie. Als dat nu eens heel anders was aangepakt, volgens de Design Thinking-mentaliteit. Nadat vele betrokkenen en deskundigen de overheid attenderen op dit probleem, gaat die overheid na wie hier allemaal (maar dan ook inderdaad allemaal – dus niet alleen de boeren) bij betrokken zijn.

Let wel: de overheid komt niet gelijk met oplossingen waarop de achterban dan mag reageren. De overheid is de grote organisator om alle belanghebbenden bij het probleem te betrekken; het wordt een probleem van ons allen (niet alleen een van de overheid). We moeten er met zijn allen uit zien te komen. Te verwachten is dan een veel grotere mate van betrokkenheid.

Stel de mens centraal en niet het proces

Kenmerkend voor Design Thinking is dat het de mens centraal stelt (niet het proces); het berust op samenwerking (en niet op hiërarchie); het is experimenteel (in plaats van getest en geijkt). Deze aanpak is mogelijk bij zeer veel vraagstukken. Bijvoorbeeld als het gaat om de veel te dure gezondheidszorg. Aan alle betrokkenen wordt het probleem voorgelegd: mensen, hoe lossen we zo’n veel te dure gezondheidszorg met elkaar op? We moeten daar met elkaar uitkomen; het is een probleem van ons allen, niet alleen van de overheid. Overigens is het onlangs bereikte zorgakkoord al een stap in de goede richting.

Hoe Design Thinking kan  worden bevorderd

Deze omslag in denken en handelen zou volgens mij al bij jongeren in ons onderwijs moeten worden bevorderd. Het is niet wenselijk dat het daar een geïsoleerd item is, maar dat het wordt gecombineerd met  onderwijsvernieuwingen. En die zijn nog steeds hard nodig.

Ons onderwijs bereidt immers onvoldoende voor op de toekomst; er zullen straks beroepen komen waarop we nauwelijks zijn voorbereid, ja, zelfs beroepen die we nu nog niet eens kennen. Noodzakelijker dan ooit is het beantwoorden van de vraag: welke vaardigheden zijn vereist voor de volgende decennia van de 21ste eeuw? Maar niet alleen vaardigheden. De vraag is ook: hoe kunnen we onze jongeren begeleiden om vraagstukken (die altijd zullen bestaan) aan te pakken (Design Thinking) en wel zo dat zij de innovators van een nieuwe samenleving worden?

Harvard-geleerde Tony Wagner pleit voor aanleren innovatie

Toen ik deze vraagstukken centraal wilde stellen in mijn nieuw geplande publicatie, kwam ik in contact met de Amerikaanse Harvard-geleerde Tony Wagner en zijn werk Creating Innovators. The Making of Young People Who Will Change the World. Hij wijst erop dat leerlingen nieuwe vaardigheden en inzichten nodig hebben in onze competitieve wereldwijde kenniseconomie. Van hen worden meer dan ooit creativiteit, communicatievaardigheid en kritisch denkvermogen verwacht. Maar wat zien we nog te veel in onze scholen: een passief leren, feitenregurgitatie en zwakke lesplannen.

Wagner stelt dat de uitdagingen van de moderne wereld (de toekomst van de economie, democratie en ecosystemen) vereisen dat onderwijsinstellingen zich meer richten op het voortbrengen van ondernemers en innovators. Onderwijs moet niet langer inhoud onderwijzen, maar leerlingen helpen te leren en zich voor te bereiden op een innovatietijdperk.

Leerlingen moet ook voor veranderingskunde een cijfer krijgen

Het gaat volgens Design Thinking niet om een strak curriculum, maar om een  mentaliteitsverandering waarbij de leerling zelf aangeeft over welke kennis, vaardigheden en hulpmiddelen hij wil gaan beschikken. Geen eindtermen, maar uitdagingen en het opbouwen van een eigen portfolio. Is er misschien een ander individueel diploma nodig in relatie met de samenleving waar de school op gericht moet zijn? Een diploma met ook het ‘vak’ veranderingskunde, out-of-the box kunnen denken over nieuwe problemen, vermogen tot samenwerking, empathie en zelfreflectie? Of anders gezegd: niet alleen een 9 voor Grieks, maar ook een hoog cijfer voor ‘veranderingskunde’.

Hoe kunnen we jeugd helpen innovatiever te worden?

Wat dat betreft kunnen we veel leren van het Finse onderwijs, waar het accent ligt op leren leren, redeneren, oplossingen bedenken (van bijvoorbeeld eigen projectjes en zelfs baantjes), samenwerking. Daar gaat het om een sterk bevorderen van de intrinsieke motivatie van de leerling. Daar gaat het om een school gebaseerd op gelijkwaardigheid en kansen voor individuele talentontwikkeling. Dat richt zich op het benutten van mogelijkheden van leerlingen.

In mijn geplande boek vraag ik mee te denken over de vraag hoe wij (ouders, leerkrachten, begeleiders) onze jeugd kunnen helpen om innovators te worden van een nieuwe samenleving waarbij de Design Thinking-mentaliteit centraal staat. En als we dat kunnen, bereiken we er niet alleen mee dat individuele talenten optimaal worden benut, maar wellicht ook dat ons land  gespaard kan blijven voor talrijke crisissen. Zo kan een crisis een prikkel zijn om ons onderwijs verder te vernieuwen door ook daar Design Thinking centraal te zetten. Daar is iedereen mee gediend.