Haperende economie drijft Aziatische reuzen in elkaars armen

31 maart 2015Leestijd: 4 minuten
'EPA'

De relatie tussen China, Japan en Zuid-Korea is ronduit ijzig, maar nu hun economie in het slop zit, lijken ze toch bereid samen te werken.

Te midden van diepgewortelde conflicten zoeken China, Japan en Zuid-Korea toenadering. Eind maart spraken de ministers van Buitenlandse Zaken elkaar in Seoul, voor het eerst in drie jaar. Aan een ontmoeting tussen de politiek leiders van de landen wordt gewerkt.

Ze lijken alledrie bereid economische overwegingen boven historische gevoeligheden te laten gaan.

Het ongemak spatte van de gezichten toen de Chinese president Xi Jinping en de Japanse premier Shinzo Abe elkaar eind vorig jaar in Peking voor het eerst de hand schudden.

Weinig liefde

Ook tussen de inwoners van hun landen is sprake van weinig liefde: bijna 90 procent van de recent gepeilde Chinezen denkt negatief over Japanners. Eenzelfde onderzoek in Japan laat zien dat de negatieve gevoelens geheel wederzijds zijn.

De relatie tussen Zuid-Korea en Japan is niet veel beter. Hoewel de Japanse regering Zuid-Korea ‘ons belangrijkste buurland’ noemt, weigert de Zuid-Koreaanse president Park Geun-hye een ontmoeting met de Japanse premier. En tweederde van de Japanners zegt geen warme gevoelens te hebben voor Korea.

De slechte verhoudingen tussen de landen vloeien voort uit de geschiedenis en hebben te maken met grenzen. Alle drie maken ze aanspraak op overlappende delen van de Zuid-Chinese Zee en de Oost-Chinese Zee. Aanvaringen en bijna-botsingen tussen marines en luchtmachten hebben de spanning de afgelopen jaren flink opgevoerd.

Witwassen

De terugkeer van nationalist Abe als premier van Japan in 2012 en zijn plan om de Japanse krijgsmacht te versterken, hebben het wantrouwen van China en Zuid-Korea jegens Japan verder gevoed.

Peking en Seoul verdenken Abe ervan het oorlogsverleden van zijn land te willen witwassen. De Japanse overheersing van Korea en delen van China voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog kostte tientallen miljoenen mensen het leven, en de twee buurlanden vinden dat Japan tot nu toe onvoldoende door het stof is gegaan. Daarbij komt dat Abe geregeld olie op het vuur gooit.

Oppoken

In 2013 provoceerde hij China door betwiste eilanden in de Oost-Chinese Zee in te lijven. Een paar maanden later eerde hij in de omstreden Yasukuni-tempel Japanse oorlogsdoden, tot woede van China en Zuid-Korea.

In de tempel worden ook veertien oorlogsmisdadigers geëerd die verantwoordelijk waren voor Tokio’s bloedige regime in de Tweede Wereldoorlog. Sinds 2005 vermeden Abes voorgangers de tempel, juist om geen kwaad bloed te zetten.

Ondanks hun moeizame historie lijken de drie landen elkaar te vinden als het gaat om de economie. En die kan wel wat stimulans gebruiken: het plan waarmee Abe de Japanse economie na decennia stilstand hoopte op te poken, levert niks op: Japanners houden hun hand op de knip.

In Zuid-Korea is de jeugdwerkloosheid het hoogst sinds 2000, en 24 van de 30 grootste bedrijven in het land verwachten een recessie. Intussen waarschuwt de Chinese premier Li Keqiang ervoor dat in zijn land de tijd van een economische groei van meer dan 10 procent per jaar voorbij is.

Onvoorspelbaar

Samenwerken loont, zo lijkt het devies. China en Zuid-Korea rondden onlangs onderhandelingen over een vrijhandelsakkoord af, en praten nu over een akkoord waarin ook Japan zit. Noord-Korea is een ander dossier waarop de landen elkaar vinden: de acties van de onvoorspelbare, jonge leider Kim Jong-un drijven de bondgenoot die Peking ooit was in de armen van Japan en Zuid-Korea.

Inmiddels slaat zelfs Abe een mildere toon aan. ‘Als democratisch en vreedzaam land willen we echt een bijdrage leveren aan deze regio,’ zei hij onlangs tegen het Britse weekblad The Economist.

In een ander interview liet hij merken doordrongen te zijn van het economische belang van een goede relatie tussen Japan, China en Zuid-Korea: ‘Oost-Azië groeide na de Tweede Wereldoorlog, doordat Japan een positieve verhouding kon opbouwen met Korea en China.’

Terug bij af

Maar de historische gevoeligheden tussen de drie landen blijven zwaar wegen. In augustus geeft premier Abe een toespraak om te herdenken dat Japan zeventig jaar geleden werd verslagen. China en Zuid-Korea zullen met de stofkam door zijn woorden gaan.

Als zij het gevoel krijgen dat Abe eerdere spijtbetuigingen van zijn land afzwakt, zullen de pogingen de banden aan te halen weer terug bij af zijn.

Datzelfde gevaar loert in september, wanneer in Peking het einde van de oorlog wordt herdacht met een grote militaire parade. Als dat een anti-Japans feestje wordt, zal een verdere toenadering voor Abe moeilijk te verkopen zijn in Japan.

Elsevier nummer 14, 4 april 2015