Spanning Amerika-Iran om te snijden na aanvallen op Saudische olievelden

16 september 2019Leestijd: 6 minuten
Rook uit oliecentrale in Abqaiq, Saudi-Arabië. Foto: AFP.

Na twee aanvallen op olievelden in Saudi-Arabië is de spanning in het Midden-Oosten om te snijden. De drone-aanvallen zijn opgeëist door de sji’itische Houthi-rebellen in Jemen, die worden gesteun door Iran. De Verenigde Staten wijzen met de beschuldigende vinger naar de Iraniërs, die elke betrokkenheid ontkennen. Terwijl de deur eerder nog op een kier werd gezet, lijkt ontspanning tussen Washington en Teheran weer ver weg.

Olie-installaties in Abqaiq, waar de grootste olieraffinaderij ter wereld staat, en Khurais, een van de belangrijkste olievelden van Saudi-Arabië, werden zaterdag 14 september getroffen door vermoedelijk diverse drones. Daarna ontstonden enorme branden, waardoor het Saudische staatsbedrijf Aramco de olieproductie heeft moeten halveren. Dat zegt de Saudische minister van Energie prins Abdulaziz bin Salman. Het gaat om 5,7 miljoen olievaten minder per dag, dat wil zeggen 5 procent van de wereldproductie. Volgens The Financial Times zijn de olieprijzen maandagochtend al met 20 procent – meer dan 10 dollar per vat – gestegen.

Forse stijging olieprijzen, maar vooralsnog geen tekorten

De Engelse krant The Guardian meldt dat financiële experts waarschuwen voor een wereldwijde economische recessie vanwege de ‘omineuze’ olieprijsstijgingen. Volgens Aramco is er voorlopig echter geen sprake van olietekorten. Toch heeft de Amerikaanse president Donald Trump de vrijgave toegestaan van olie uit de Strategic Petroleum Reserve, een noodvoorziening van maximaal 727 miljoen vaten. ‘Als dat nodig is, een nader te bepalen hoeveelheid, om de markt goed bevoorraad te houden,’ schrijft hij op Twitter. Op het sociale medium voegde hij er even later aantoe dat van acute tekorten geen sprake is: ‘Volop olie!’ schrijft hij in hoofdletters.

Al sinds 2015 zijn de Houthi’s in Jemen, gesteund door onder meer Iran en Hezbollah, verwikkeld in een oorlog met een soennitische, door Saudi-Arabië geleide coalitie.

Lees ook deze blog van Robbert de Witt over Jemen: ayatollahs net zo schuldig als de Saudi’s

Naast de economische gevolgen wordt sinds afgelopen weekeinde vooral veel gespeculeerd over de daders. Kort na de aanval meldde het persbureau Al-Masirah, dat in handen is van de Houthi’s, dat de sjiitische rebellengroep uit Jemen verantwoordelijk is voor de aanvallen. Die zouden zijn gepleegd met in totaal tien drones. Maandagochtend dreigt een Houthi-woordvoerder met meer aanvallen op Saudische olie-installaties als Saudi-Arabië zijn ‘agressie’ in Jemen niet staakt.

De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo betwijfelt echter of de aanvallen ook daadwerkelijk zijn gepleegd vanuit Jemen. Hij vermoedt dat Iran achter de aanval zit: ‘Teheran zit achter bijna honderd aanvallen op Saudi-Arabië, terwijl Rouhani en Zarif [respectievelijk de president en minister van Buitenlandse Zaken] pretenderen diplomatie te bedrijven,’ schrijft Pompeo op Twitter. ‘Te midden van alle oproepen tot de-escalatie, heeft Iran nu een aanval zonder precedent uitgevoerd op de energievoorziening van de wereld.’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Amerika: satellietbeelden bewijzen dat raketten niet uit Jemen kwamen

Maandagochtend hebben de Verenigde Staten satellietbeelden en ander inlichtingsmateriaal vrijgegeven waaruit zou blijken dat Iran inderdaad met drones de olie-installaties heeft gebombardeerd. Uit de beelden blijkt dat diverse oliecentrales op 19 plekken zijn geraakt vanuit het westen of noordwesten, waardoor het onwaarschijnlijk is dat de aanval is uitgevoerd vanuit Jemen, dat ten zuiden van Saudi-Arabië ligt.

Zaterdag hadden regeringsmedewerkers van Saudi-Arabië en de Verenigde Staten al het vermoeden uitgesproken dat kruisraketten zouden zijn afgeschoten vanuit Irak, dat ten noordwesten van het wahabitische koninkrijk ligt. Net als de Houthi’s krijgen ook in Irak sjiitische milities steun vanuit Iran, onder meer door het delen van militaire expertise en het leveren van drones en raketten. De Iraanse minister van Buitenlandse Zaken Javad Zarif ontkent alles: hij spreekt van ‘vruchteloze en blinde beschuldigingen’, die ‘onbegrijpelijk en zinloos’ zijn.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Kritiek Democraten: Trump laat oren hangen naar ‘Saudische meesters’

Zondagavond schreef Trump nog op Twitter dat het Witte Huis ‘reden [heeft] om te geloven dat we weten wie de dader is’, en dat de Verenigde Staten klaarstaan om terug te slaan. Washington wacht nog op verificatie van de Saudi’s over wie volgens hen achter de aanval zitten, ‘en onder welke omstandigheden we te werk zullen gaan’. Die opmerking komt hem op veel kritiek te staan, onder anderen van de Democratische presidentskandidaat Tulsi Gabbard. Zij schrijft dat Trump ‘instructies afwacht van zijn Saudische meesters’:

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Het tekent de kritiek aan Democratische zijde dat Trump zijn oren te veel zou laten hangen naar Saudi-Arabië, de grote soennitische aartsrivaal van het sjiitsche Iran. Dat land wordt door het Witte Huis gezien als de grootste veroorzaker van spanningen en geweld in de regio, vanwege de ‘proxy-oorlogen’ die het voert door (terreur)groepen in Jemen, Syrië, Libanon (Hezbollah) en de Palestijnse Gazastrook (Hamas, Islamitische Jihad) te financieren en bewapenen. Die vormen een bedreiging zowel voor Saudi-Arabië als voor Israël, de grootste Amerikaanse bondgenoot in het Midden-Oosten.

Na vertrek Bolton leek ontspanning VS-Iran even aanstaande

De harde koers die de regering-Trump jegens Iran voert, onder meer via de terugtrekking uit het atoomakkoord en de draconische economische sancties, was mede ingegeven door nationale veiligheidsadviseur John Bolton. De havik zou volgens bronnen rond het Witte Huis uit zijn op oorlog met Iran, die in juni op het nippertje werd voorkomen.

Het ontslag van Bolton vorige week leek de deur op een kier te zetten voor ontspanning tussen Iran en de Verenigde Staten: Trump en zijn minister van Financiën Steve Mnuchin zeiden de afgelopen weken herhaaldelijk dat het Witte Huis openstaat voor gesprekken met de Iraanse president Hassan Rohani. Ook zou de Amerikaanse president hebben geopperd de sancties te verlichten om Iran aan de onderhandelingstafel te krijgen. Dat zou, samen met de op handen zijnde onderhandelingen met de Taliban die Trump later afblies, onaanvaardbaar zijn geweest voor Bolton. Laatstgenoemde werd na een hoogoplopende discussie ontslagen, al beweert hij zelf dat hij zelf zijn ontslag heeft aangeboden.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Trump wil niet zonder voorwaarden met Iran praten: fake news

De afgelopen dagen is het Witte Huis juist weer feller ten opzichte van Iran. Zo doet Trump berichtgeving dat hij zonder voorwaarden met Iran zou willen praten af als fake news. En donderdag, kort vóór de beschuldigingen dat de islamitische republiek achter de aanvallen op de Saudische olievelden zit, beschuldigde minister Pompeo Iran ook al van het vervoeren van olie naar Syrië.

Lees ook over de rol van Brussel in het conflict tussen Amerika en Iran: Europese Unie zit tussen twee vuren

Eerder deze maand maakte de Iraanse president Rohani al bekend dat het land de verrijking van uranium gaat hervatten. Dit tot onvrede van Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk, de Europese landen die in 2015 het atoomakkoord mede ondertekenden. Vorige week onthulde persbureau Reuters dat het Internationaal Atoomagentschap (IAEA) in een ‘geheim atoommagazijn’ in Teheran sporen van uraniumdeeltjes heeft gevonden. Het is volgens het IAEA niet duidelijk of de deeltjes overblijfselen zijn van materiaal dat is verrijkt vóór het sluiten van het atoomakkoord.

Rohani wijt spanningen aan ‘agressie Amerikanen en zionisten’

Terwijl de spanningen tussen Iran en de westerse landen oplopen, gaat de Iraanse president Rohani maandag in de Turkse hoofdstad Ankara in gesprek over de toekomst van Syrië. Dat doet hij samen met de Russische president Vladimir Poetin en de Turkse president Recep Tayyip Erdogan. Voorafgaand aan de bijeenkomst liet Rohani zijn licht schijnen op de spanningen met Saudi-Arabië en de Verenigde Staten. De president geeft traditiegetrouw de schuld aan de twee grootste Iraanse rivalen: ‘Als we enige vorm van veiligheid in deze regio willen bewerkstelligen, moet er een einde komen aan de daden van agressie van Amerika en de provocatieve interventies van het zionistische regime.’