Wat wil China in Afghanistan?

08 maart 2017Leestijd: 2 minuten
Het Chinese leger Bron: ANP

China breidt zijn invloed verder uit in Centraal-Azië. Het Chinese leger is gesignaleerd in Noordoost-Afghanistan.

De Pakistaanse krant Express Tribune meldt dat een delegatie van de Afghaanse terreurorganisatie Taliban China heeft bezocht. Het is het tweede bezoek in een jaar tijd. China vormt samen met de Verenigde Staten, Pakistan en Afghanistan een coalitie die vredesonderhandelingen met de Taliban voert. Tot nu toe zonder resultaat.

Goede verstandhouding

Tijdens het eerdere bezoek zei een woordvoerder dat de Taliban een ‘goede verstandhouding’ met China heeft. De Taliban hoopt Peking te overtuigen van de ‘illegale bezetting’ van hun land en van de ‘misdaden’ die tegen het Afghaanse volk worden gepleegd.

China werkt steeds meer samen met de Afghaanse regering, bijvoorbeeld in de levering van wapens. Ook hebben Chinese bedrijven miljarden dollars in het Centraal-Aziatische land geïnvesteerd. De reden: de enorme voorraden mineralen in Afghanistan. Een aantal Chinese bedrijven kreeg contracten om de grondstoffen te ontginnen.

Oeigoeren

De belangrijkste beweegreden voor de toenadering is veiligheid. Peking kampt al decennia met opstandige Oeigoeren in West-China. De Oeigoeren zijn een Turks volk dat de islam aanhangt. De Oost-Turkestan Islamitische Beweging strijdt voor een onafhankelijke Oeigoerse staat en pleegt geregeld aanslagen op Chinese doelwitten. Bij dergelijke aanvallen vielen de afgelopen jaren honderden doden.

Militante Oeigoeren hebben ook banden met islamitische terreurgroepen in het buitenland. Zo namen Oeigoerse strijders deel aan gevechten in Syrië, Pakistan en Afghanistan.

Chinese leger in Afghanistan

Op de vlucht voor de Chinese autoriteiten trekken veel Oeigoerse strijders de Afghaanse grens over, waar zij worden opgevangen door de Taliban. Of zij daar veilig zijn, is de vraag. Eind februari zijn Chinese militaire voertuigen gesignaleerd op Afghaans grondgebied. Hoewel de Chinezen deze berichten aanvankelijk ontkenden, gaven zij later toe deel te nemen aan een ‘gezamenlijke antiterreuroperatie’ met het Afghaanse leger.