Rusland: geen vrede in Syrië ‘tot Westen kiest tegen wie het vecht’

01 november 2016Leestijd: 2 minuten
Een checkpoint in het zuidwesten van Aleppo nadat rebellen dat deel van de stad innamen - Foto: AFP

Rusland haalt opnieuw uit naar het optreden van Westerse landen in Syrië. De internationale coalitie tegen Islamitische Staat (IS) treedt onvoldoende op tegen gewelddadige islamisten in Syrië en maakt daarmee de hervatting van vredesgesprekken onmogelijk, vindt de Russische minister van Defensie Sergej Shoigu.

Shoigu zegt dat rebellen die door het Westen worden gesteund, de zogenoemde ‘gematigde oppositie’, burgers in Aleppo hebben aangevallen, ondanks het feit dat Rusland en Syrië hun luchtaanvallen in het oostelijke deel van de stad tijdelijk hadden gestaakt.

‘Het begin van de onderhandelingen over vrede in Syrië wordt daarom tot nader order uitgesteld,’ aldus Shoigu dinsdag.

‘Samenwerking nodig’

‘Het is tijd voor onze collega’s in het Westen om te bepalen tegen wie ze nou vechten: terroristen of Rusland. Misschien zijn ze vergeten wie onschuldige mensen hebben gedood in België, Frankrijk, Egypte en andere plekken.’ Hij benadrukt dat samenwerking tussen Rusland en het Westen nodig is om terreur te bestrijden en dat het saboteren van de inspanningen van ‘partners’ weinig uithaalt. ‘Want de rebellen zullen daar gebruik van maken’.

Shoigu noemde verder een aantal aanvallen die naar verluidt door gesteunde rebellen gepleegd werden binnen Aleppo en sluit af met: ‘Is dit echt een oppositie waar we akkoorden mee kunnen sluiten?’

De Russen waren bovendien verbaasd, zegt Shoigu, dat er Europese regeringen waren die Russische vloten op weg naar Syrië niet lieten aanmeren en niet wilden bijtanken. Hij refereert daarmee aan de Spaanse regering, die eerder onder druk van de Britten en Amerikanen de vloten niet liet bijtanken omdat de schepen op weg waren naar Syrië. Ook Malta liet het niet toe.  De weigering van Europese landen heeft er echter niet voor gezorgd dat de missie gestaakt wordt, aldus Shoigu.

Oorlogsmisdaden in Aleppo

De Verenigde Naties verklaarden dinsdag dat zowel de rebellen als de pro-regeringstroepen in Syrië zich mogelijk schuldig hebben gemaakt aan oorlogsmisdaden. ‘Alle partijen in Aleppo voeren vijandige handelingen uit die leidden tot grote aantallen burgerslachtoffers,’ aldus een VN-woordvoerder. ‘Ze creëren een atmosfeer van terreur voor diegenen die nog in de stad wonen’.

De Russen steunen het regime van de Syrische president Bashar al-Assad, terwijl westerse landen de ‘gematigde oppositie’ steunen. Beide partijen vechten wel tegen IS. De Russische en Syrische troepen zijn sinds vorige week gestopt met hun luchtaanvallen op Aleppo, nadat westerse landen ze ervan beschuldigden grote aantallen burgers uit te moorden en daarmee oorlogsmisdaden te begaan. Moskou ontkent die aantijgingen.

De Russische president Vladimir Poetin zei vorige maand dat of de luchtaanvallen worden voortgezet afhangt van het ‘gedrag’ van de rebellen en de landen die hen steunen.