Ook binnen VVD klinkt roep om referendum over EU

08 februari 2013Leestijd: 2 minuten

De Nederlandse politiek moet een referendum houden over de toekomst van de Europese Unie. ‘Zonder de burgers te betrekken bij de besluitvorming over de toekomst van Nederland in de EU is het haast onmogelijk dienstbaar te zijn aan diezelfde burgers en hun overtuigingen.’

Dat schrijft Dieuwertje Kuijpers, medewerker van het wetenschappelijk bureau van de VVD, vrijdag in een opinieartikel in de Volkskrant. Kuijpers gaat met haar pleidooi in tegen de lijn van haar partij, die tegen referenda is.

Derde partij

‘Volgens de liberale filosoof John Locke (…) mag de regering nooit de soevereiniteit die haar door de burgers is toevertrouwd uitbesteden aan een derde partij,’ aldus Kuijpers. ‘De regering bestaat namelijk bij gratie van de burgers, en niet andersom.’

De Britse premier David Cameron beloofde twee weken geleden een referendum voor de Britten over de toekomst van de EU. In Nederland strijdt de PVV voor een vergelijkbare volksraadpleging, maar de partij krijgt daarvoor nauwelijks steun.

Wens

Kuijpers wijst erop dat nationale overheid jarenlang contractbreuk heeft gepleegd met haar burgers ‘door verdrag op verdrag te tekenen voor verdere integratie zonder dat de burgers in de verschillende lidstaten hiertoe expliciet de wens hadden uitgebracht’.

‘Juist daarom moet er wel een referendum komen over de toekomst van Nederland in de EU,’ vindt de VVD’er.

‘De politici, en zeker de liberale politici, zouden zich tweemaal mogen bedenken voordat zij zich uitspreken tegen een referendum over de EU; het is hun taak ervoor te zorgen dat burgers zich over het algemeen kunnen herkennen in gevoerd beleid.’

Neutraal

Bij een referendum zou de regering zich neutraal moeten opstellen, vervolgt Kuijpers. In 2005 voerde het kabinet juist een pro-Europese campagne.

‘Bij voorbaat een stemadvies propageren en angst zaaien onder de kiezers door te beweren dat “het licht zal doven” indien zij tegen het regeringsadvies stemmen, gaat lijnrecht in tegen het principe van een referendum. Juist deze attitude lokt uit dat de kiezer in het stemhokje ook meteen even laat weten wat hij van zijn regering vindt.’