Dat het Openbaar Ministerie het dossier in de moordzaak van Peter R. de Vries uit angst heeft geanonimiseerd, is een verkeerd signaal. Terecht spreekt de advocaat van de hoofdverdachte van een schimmenspel, vindt Gerlof Leistra.
Het dossier over de moord op Peter R. de Vries in juli van dit jaar is op de namen van de verdachten na volledig geanonimiseerd. Dat ooggetuigen met een nummer worden opgevoerd, valt te begrijpen. Die hebben niet om deze rol gevraagd en lopen het risico dat ze worden geïntimideerd – of erger: omgelegd – om hun verhaal aan te passen of in te trekken.
Lees ook deze spraakmakende column van Philip van Tijn: Het benoemen van criminele ‘Amsterdammers’ is discriminatie
Ook politiemensen zijn onder nummer opgevoerd. Dat gebeurt vaker. Zij moeten hun werk anoniem kunnen doen en lopen soms regelrecht gevaar als hun namen op straat liggen.
Rechtspraak hoort openbaar te zijn
Het gaat echter te ver om ook de namen van officieren van justitie en rechters te anonimiseren. Uitzonderingen daargelaten hoort rechtspraak openbaar te zijn.
Hetzelfde geldt voor de deskundigen van het Nederlands Forensisch Instituut, zoals de patholoog-anatoom die de sectie verrichtte en de experts die onderzoek deden naar schotresten. Advocaten moeten hen op zitting kunnen horen om hun verhaal en deskundigheid te toetsen.
Laden…
Word abonnee en lees direct verder
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
Verder lezen?
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?