Het advies om thuis te blijven en afstand te houden werd het afgelopen weekeinde niet door iedereen nageleefd, schrijft Roelof Bouwman. Wordt de coronacrisis de eerste crisis met Nederlanders die niet naar de overheid luisteren?
Het is crisis in Nederland. Dat is, zo weten we allemaal, niet voor het eerst.
Neem de crisistijd bij uitstek, de jaren dertig van de vorige eeuw. Een somber decennium met massawerkeloosheid en verpaupering. Overal in Europa ontstonden grote politieke en maatschappelijke spanningen. In Duitsland namen de nationaal-socialisten de macht over. Frankrijk kreeg een Volksfront-regering van socialisten en communisten. In Spanje brak een burgeroorlog uit.
Roelof Bouwman is historicus en journalist. Hij schrijft wekelijks over politiek, geschiedenis en media.
Rust in Nederland
Hoe verging het Nederland? Afgezien van de muiterij op pantserschip Zeven Provinciën (1933) en het roemruchte Jordaanoproer (1934) verliepen de jaren dertig hier in sociaal opzicht juist buitengewoon bedaard. De misère maakte ons volgzamer in plaats van opstandig.
Een paar cijfers: van 1925 tot 1929, een periode van hoogconjunctuur, kwamen in Nederland per jaar gemiddeld 227 stakingen voor, waarbij (alweer gemiddeld per jaar) 557.600 arbeidsdagen verloren gingen. Een groot verschil met de crisisjaren 1930-1939.
Toen waren er jaarlijks slechts 155 conflicten, die een jaargemiddelde van 337.500 verloren gegane arbeidsdagen veroorzaakten. In 1934, 1936, 1937 en 1939 bleef het aantal door geschillen verzuimde arbeidsdagen zelfs ver beneden de 100.000.
Antirevolutionaire premier
Ook in onze politieke arena bleef het rustig. De antirevolutionaire minister-president Hendrikus Colijn, personificatie van de gevestigde orde, kreeg het aureool van een soort vader des vaderlands. In 1937 won hij de Tweede Kamerverkiezingen en formeerde hij zijn derde kabinet op rij — een tot dan toe nimmer vertoonde prestatie.
Begin jaren tachtig brak in Nederland opnieuw een economische crisis uit. De werkloosheid liep op naar 850.000, de reële lonen daalden met 10 procent (dat was zelfs in de jaren dertig niet gebeurd) en tot overmaat van ramp stortte ook de huizenmarkt in. De gemiddelde woningwaarde nam tussen 1979 en 1983 af met ruim 45 procent, terwijl de hypotheekrente explosief steeg: naar bijna 13 procent.
Lees ook de column van Philip van Tijn: Hoe het coronavirus de samenleving ontwricht
Ging Nederland rebelleren? Nee, net als in de jaren dertig werden we juist extra gehoorzaam. Bezuinigingskampioen Ruud Lubbers (CDA), aanjager van de ‘no-nonsense’-politiek, sleepte het recordaantal van 54 Tweede Kamerzetels in de wacht, de CPN verdween van het toneel, sollicitanten kamden weer hun haar en studenten gingen weer studeren — ze werden zelfs weer lid van het corps.
Laden…
Word abonnee en lees direct verder
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
Verder lezen?
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Er ging iets fout
Uw sessie is verlopen
Wilt u opnieuw inloggen