Vier redenen waarom Corbyns kansen schromelijk worden overschat

08 juni 2017Leestijd: 3 minuten
Corbyn bij het stembureau Foto: EPA

Linkse Britten halen opgelucht adem: Labour lijkt het veel beter te doen in de peilingen dan gedacht. Reden voor paniek in het kamp van Theresa May, of kloppen de peilingen niet?

Peilingen geven aan dat het verschil tussen premier Theresa May en oppositieleider Jeremy Corbyn veel kleiner is dan gedacht. The Times, een grote kwaliteitskrant, opperde vorige week zelfs dat het zo kan zijn dat May door de verkiezingen zetels moet inleveren. De nieuwe peilingen – waarin Labour-leider Corbyn zijn achterstand steeds meer verkleint – zetten de toch al zo korte verkiezingscampagne op zijn kop.

Hoewel de Conservatieven een rommeltje hebben gemaakt van de lancering van hun partijprogramma, en het team van Corbyn goed scoort op sociale media, zijn er nogal wat kanttekeningen te zetten bij de beweringen over de Corbyn surge (de opmars van Corbyn). Elsevier Weekblad zet er een paar op een rij.

1) Opiniepeilers 0 – kiezers 1

Na de verkiezingen in mei 2015 brak een ontnuchterende periode aan voor de opiniepeilers. Voorspeld was een nek-aan-nek-race tussen Labour en de Conservatieven, met als resultaat een hung parliament, een parlement zonder duidelijke meerderheid.

De eerste exit polls gaven al direct aan hoe ver de peilers ernaast zaten: de Conservatieven behaalden veel meer stemmen dan geschat. Het verlies van Labour was dusdanig groot dat toenmalig leider Ed Miliband zich gedwongen zag op te stappen.

YouGov, de peiler waarop The Times zich baseert, voelde zich daarna verplicht te onderzoeken wat er was misgegaan. De Britse Peilingraad (BPC) en de nationale Marktonderzoekgroep deden zelfs een officieel onderzoek naar de fouten van de opiniepeilers tijdens de verkiezingen in 2015. De opiniepeilers hebben een groot deel van de aanbevelingen die voortkwamen uit dat onderzoek nog niet kunnen omzetten in acties: de vervoegde verkiezingen van 8 juni doorkruisten dat proces.

2) Jonger en armer

In het Verenigd Koninkrijk is het verschil tussen links en rechts duidelijker, en ouder dan in andere Europese landen. Met de verkiezingen van 8 juni lijkt het land terug te keren naar het tweepartijensysteem, omdat de Britten een chaotische coalitie met de Liberale Democraten of de Groenen vrezen.

Labour-stemmers zijn over het algemeen armer en jonger dan stemmers op de Conservatieven. Zeker Corbyn, die vooral populair is onder jongeren die voor het eerst mogen stemmen, leunt op deze groepen. Maar zowel mensen met weinig geld als jongeren gaan minder snel naar de stembus, en haken sneller af, blijkt uit onderzoek. Dat kan Corbyn problemen geven.

3) Shy Tories en lazy Labours

Een van de grote missers van opiniepeilers in 2015 en bij het Brexit-referendum in 2016 was dat geen rekening was gehouden met zogeheten shy Tories: Britten die er uit angst voor veroordeling of uitsluiting niet voor durven uitkomen – zelfs niet in enquêtes – dat ze Conservatief stemmen. Met lazy Labours wordt gedoeld op Britten die vaak niet gaan stemmen, ook al geven ze de voorkeur aan de sociaal-democraten, als hen wordt gevraagd welke partij ze ‘het minst erg’ vinden.

In het verleden hebben opiniepeilers het aandeel Conservatieve kiezers steevast flink onderschat. Pas in 2010 zat een aantal peilers in de buurt, maar in 2015 ging het weer mis.

4) Invloed peilingen op stemgedrag

Peilingen hebben invloed op verkiezingen. De voormalige Labour-schaduwminister van Financiën Ed Balls (die in 2015 zijn zetel verloor) waarschuwde eerder al dat ‘peilingen het nieuws sturen’.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Zeker de ‘luie Labour-stemmers’ kunnen afhaken en niet de moeite nemen om naar de stembus te gaan als ze denken dat een overwinning voor Labour toch al zeker is. ‘Peilingen spiegelen niet alleen de campagne, maar hebben ook invloed op de verkiezingen,’ zegt oud-schaduwminister van Buitenlandse Zaken voor Labour Douglas Alexander.

Voor de verkiezingen op 8 juni ziet het er, ook volgens de laatste peilingen, niet al te zonnig uit voor Labour. Dus het aantal kiezers dat door de positieve peilingen thuisblijft, zal kleiner zijn.