Heel goed dat Rutte de noodzaak van islamkritiek onderstreept

19 januari 2015Leestijd: 5 minuten
'ANP'

Premier Rutte zegt dat in de islam, of over de islam, weinig religiekritiek bestaat. Er moet ruimte zijn voor islamkritiek, want dat is een onderdeel van de terrorismebestrijding.

De defensieve houding van 2004 is niet meer overheersend. Na de moord op Theo van Gogh had het Nederlandse kabinet onder leiding van CDA-premier Jan Peter Balkenende een buitengewoon defensieve houding.

Bij de demonstratie op de Dam was Balkenende zelf niet aanwezig. Hij stuurde Rita Verdonk (VVD), de minister voor Integratie en Vreemdelingenzaken.

Dat was tekenend voor die tijd. De toespraak van Verdonk ging gepaard met de nodige ruzie tussen het Amsterdamse bestuur onder leiding van burgemeester Job Cohen en de VVD’ers. De tijden zijn veranderd. Cohen is niet langer actief in de PvdA. Rita Verdonk zit niet meer in de politiek.

Rechtsorde

Het CDA onder Balkenende en Piet Hein Donner had voor de strategie gekozen om kritiek op de islam te bestrijden. Alsof critici van de islam de rechtsorde bedreigden. Het CDA van Donner was met de vorige oorlog bezig. De oorlog uit de periode van verzuiling.

We moesten terug naar de tijd waarin Gerard Reve, W.F. Hermans en andere schrijvers door het Openbaar Ministerie moesten worden vervolgd wegens de belediging van het christendom of godslastering. Overigens hebben de conventionele partijen deze oorlog verloren.

Verzilveren

Het CDA van de vorige eeuw had een moeizame relatie met het ontkerkelijkte Nederland. Het Wetboek van Strafrecht werd ingezet om die culturele verandering tegen te gaan. Maar die was niet meer te stoppen.

Daarna werd het CDA acht jaar buiten de politieke macht gehouden door de partijen die hun succes wilden verzilveren: de ontzuiling. Tot verdriet van het CDA kwam de samenleving niet in opstand tegen de ontzuiling.

Het verweesde CDA had er geen antwoord op. Met de opkomst van Pim Fortuyn vond het CDA een nieuw kader: waarden en normen. Aanvankelijk werkte dat perfect. En daaraan dankte het CDA zijn succes.

Hirsi Ali

Door de toename van de islamkritiek en de aanwezigheid van Ayaan Hirsi Ali (VVD) in het parlement kwamen de nachtmerries van het CDA uit de vorige eeuw, en de vorige oorlog, naar boven. Donner greep hierop terug naar zijn twintigste-eeuwse referentiekader: de verzuiling.

Er moest een zuil komen voor de islam en wie niet luisterde, zou strafrechtelijk moeten boeten.

Dit was het omslagpunt voor het CDA. De partij merkte het niet, maar de christen-democratische aftocht was al aan de horizon te zien. Het duurde een paar jaar totdat die was gerealiseerd.

Er bestaan geen zuilen meer in Nederland. Wanneer het CDA een islamitische zuil bepleit, verraadt de partij de meerderheid van Nederland. Balkenende ging de mist in; het CDA keerde terug naar een eeuw die al lang voorbij was.

Godslastering

Na de aanslagen op Charlie Hebdo is er geen Donner meer die een actieve en ruime toepassing van godslasteringsbepaling zou eisen. Donners CDA legde de oorzaak van de misdaad bij het slachtoffer en wilde zelfs de symbolen van de islam zoals de moskee en de hoofddoek verdedigen.

Sybrand Buma wil dat niet meer. Sterker nog: hij maakt de aanwezigheid van de islam in Europa afhankelijk van de onderwerping van de moslims aan de Europese joods-christelijke waarden.

Toch moet Buma uitkijken en zich niet op onzinnige wijze tegen de vrijheid richten. De Nederlanders van de 21ste eeuw hechten buitengewoon aan hun vrijheid en veiligheid.

Mooie toespraak

Premier Rutte hield een mooie toespraak op de Dam tijdens de massaherdenking van de aanslagen in Parijs:

‘Gisteren zijn in Parijs twaalf mensen in koelen bloede vermoord. Twaalf poortwachters van de vrijheid. Ook van onze vrijheid. Vandaag staan wij op de Dam in Amsterdam en overal in Nederland. Eén in onze afschuw. Eén in woede. Maar ook één in onze absolute overtuiging. (…) Wij laten ons niet regeren door angst. Wij laten ons onze vrijheid niet afpakken.’

Deze woorden waren niet weggelegd voor Donner en Balkenende.

Rutte ging verder dan ik had kunnen hopen: ‘Wat is immers het eerste wat dictators verbieden? Het bespotten van het gezag, naast de kritiek is de vrijheid om te bespotten het ultieme bewijs van onze beschaving. Dat we elkaar het zwijgen nooit opleggen. De moordenaars van gisteren probeerden het woord te doden door journalisten doelwit te maken. Laat ons antwoorden door luide woorden, door scherpe woorden, door vrije woorden.’

Prachtig

Prachtige woorden – een democratisch staatsman waardig. Deze woorden bevorderen eerder de stabilisering van de gemoedsrust bij het volk dan een onnodig verwijt aan het adres van de slachtoffers van een terreurdaad.

In het tv-programma Buitenhof van 11 januari verscheen Rutte, voordat hij naar Parijs ging om aan de mars voor vrijheid deel te nemen. Daarin werd hij geïnterviewd door Paul Witteman. Ik wil hier een welgemeend compliment geven aan Witteman. Hij stelde aan de premier relevante en belangrijke vragen.

Concessies

Witteman refereerde aan Ayaan Hirsi Ali. Zij zou hebben gezegd dat de islam dringend behoefte had aan een rationalistische, kritische benadering. Meer islamkritiek dus.

Daarop zei Rutte: ‘Het slechtste wat we kunnen doen, is concessies doen aan onze vrije samenleving. We moeten doorgaan met onze manier van leven. Als je kijkt naar verschillende geloofsgemeenschappen (hier doelde de premier op de protestantse kerk, AE), dan zie je dat in de islamitische gemeenschappen of in het islamitische geloof minder ruimte is voor de religiekritiek, voor interpretatie van het geloof, dat is een feitelijke constatering. Het is niet aan politici, het is een feitelijke constatering.’

Noodzaak

Eigenlijk zegt de premier dat in de islam, of over de islam weinig religiekritiek bestaat. Rutte onderstreept dus de noodzaak van islamkritiek. Als politicus zegt hij dan: ‘Wij zijn niet in strijd met een geloof, maar in strijd met extremisten die het geloof gebruiken als onderbouwing, reden om aanslagen te plegen.’

Interessant is dat premier het islamitische terrorisme niet los ziet van de islam. Ze gebruiken immers de islam als onderbouwing voor hun daden.

Halve vrijheid is geen vrijheid, aldus Rutte. Dat is een goed begin voor het verdedigen van een vrije samenleving en het scheppen van ruimte voor islamkritiek.

Islamkritiek is een onderdeel van de terrorismebestrijding.