Geen woord in het regeerakkoord over bevolkingsgroei

30 december 2021Leestijd: 3 minuten
Bij het azc in 's-Gravendeel komen in december 2021 Afghaanse vluchtelingen aan uit heumensoord Nijmegen. - ANP

Het inwonertal in Nederland stijgt een stuk sneller dan de zeespiegel, schrijft Gertjan van Schoonhoven. Maar een plan ontbreekt.

Het woord ‘ambitie’ ligt het vierde kabinet-Rutte in de mond bestorven. En tot in de titel van hun Coalitieakkoord beloven de vier partijen te zullen ‘vooruitkijken naar de toekomst’. Toch geeft het Coa­litieakkoord niet thuis als het gaat om de bevolkingsgroei, feitelijk dé allesbepalende vormgever van Nederland de komende decennia. Het woord ‘bevolkingsgroei’ komt in het hele Coalitieakkoord niet één keer voor.

Lees ook dit spraakmakende coververhaal van Jan Latten en Jan van de Beek: De saamhorigheid staat op het spel

Dat is teleurstellend. Het is alweer drie jaar geleden dat bijna de hele Tweede Kamer erkende dat de hoge bevolkingsgroei ‘belangrijke consequenties’ heeft voor vele beleidsterreinen. Het toch al dichtbev0lkte Nederland krijgt er elk decennium per saldo één miljoen inwoners bij, door immigratie en (in veel mindere mate) geboorte en stijgende levensduur. Dat zet druk op alles. Zorg, wegen, onderwijs, ruimte, natuur, energieconsumptie, huizenmarkt, cohesie, verzorgingsstaat – ze zijn alle onlosmakelijk met bevolkingsgroei verbonden.

Over nog geen veertig jaar 20 miljoen inwoners

De Tweede Kamer wilde scenario’s en ‘beleidsopties’, erkennend dat Nederland de komende decennia niet alleen drukker wordt maar ook verandert, niet alleen door vergrijzing, ook door immigratie. De urgentie is sindsdien niet minder geworden. Een dag na de presentatie van het Coalitieakkoord bracht het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) nieuwe prognoses, die de bevolkingsgroei opnieuw naar boven bijstellen.

In 2060, over nog geen veertig jaar, telt Nederland naar verwachting 20 miljoen inwoners. Twee jaar geleden hield het CBS het nog op zo’n 19,5 miljoen inwoners, drie jaar geleden op 18,5 miljoen. Voor 2070 is de hoogste prognose nu 22,2 miljoen (de laagste 18,8 miljoen).

Ook zonder prognoses is de bevolkingsgroei al een urgente kwestie. De groei wordt uitgedrukt in het saldo van immigratie en emigratie, en dat saldo is zo’n honderdduizend nieuwe inwoners per jaar. Maar dat is ergens ook statistische fictie. Jaarlijks komen er een kwart miljoen immigranten naar Nederland, en dat heeft reële consequenties op al die terreinen. Immigranten nemen immers niet één op één het huis, de baan, de auto, het ziekenhuisbed en de plek in het klaslokaal over van de emigranten. De druk van de immigratie is dus in werkelijkheid veel groter dan het saldo uitdrukt.

Bevolkingsgroei

Lees ook dit commentaar van Jan Latten: Met hoeveel mensen willen we hier straks wonen?

Iedereen die zegt dat er simpele oplossingen zijn, belazert de boel. Maar de politieke verlamming die er rond het onderwerp heerst, is het andere uiterste. Nederland doet al een halve eeuw of het geen immigratieland is, en laat dus ook na wat het zou moeten doen. Een nuchtere immigratie- en bevolkingspolitiek formuleren, met maatschappelijk draagvlak en gebaseerd op spankracht, behoefte en langetermijnvisie. Wat voor land wil Nederland – sociaal, economisch, ruimtelijk – zijn?

Maar nee. Het komt er maar niet van. Dat 2060 ver weg is, kan de reden niet zijn. In het klimaatbeleid zijn ambitieuze langetermijnvisies wel mogelijk, hoewel het nationale inwonertal toch aanzienlijk sneller stijgt dan de nationale zeespiegel. Het Coalitieakkoord bevat best goede aanzetten. Van het ongewenst verklaren van overlastgevende ‘veiligelanders’ tot een ‘beleidsmatig richtgetal’ voor arbeidsmigratie. Maar het komt niet in de buurt van een ‘ambi­tieuze’ bevolkingspolitiek.

Het zal dus wel blijven gaan zoals het steeds gaat. Een minister die gemeenten dwingt om asielzoekers te huisvesten, een werkgeversorganisatie die lobbyt voor nog meer arbeidsmigratie. Het vooruitkijken is nu al een déjà vu.