Chinese staat trekt de touwtjes aan, beleggers krijgen het lid op de neus

30 augustus 2021Leestijd: 3 minuten
De Chinese President Xi Jinping bij een virtuele G20-top. Foot: ANP

Beleggers die willen profiteren van het Chinese groeiwonder komen van een koude kermis thuis. De recente ingrepen van de staat maken duidelijk hoe misleidend het moderne gezicht van China is, schrijft Marijn Jongsma.

Marijn Jongsma (1969) is economisch redacteur bij EW. Hij blogt wekelijks over financieel- en macro-economische onderwerpen.

In november vorig jaar zou Ant Group (bekend van betaaldienst Alipay) in China een notering krijgen en 34 miljard dollar ophalen – de grootste beursgang ooit. Het kwam er niet van: de overheid haalde een streep door de plannen van oprichter en miljardair Jack Ma, die zich eerder zeer kritisch had uitgelaten over de Chinese overheid.

Een waaier aan maatregelen

Deze ingreep was geen incident. Sindsdien zijn tientallen beursgangen geblokkeerd. De Chinese staat grijpt ook in bij de bedrijfsvoering. Taxi-app Didi werd na de beursgang uit de appwinkels verwijderd, omdat het bedrijf de privacy zou schenden met misbruik van klantgegevens. Onderwijsbedrijven mogen geen winst meer maken. Online spelletjes werden ineens als ‘opium voor het volk’ betiteld. Bezorgdiensten moeten hun werknemers beter betalen. Banden tussen ambtenaren en bedrijven worden nauwlettender in de gaten gehouden.

De brede waaier aan genomen en verwachte/gevreesde maatregelen maakt duidelijk dat de greep op het bedrijfsleven om uiteenlopende redenen wordt verstevigd. De strijd tegen corruptie, marktdominantie en uitbuiting wordt uiteraard benadrukt door de Communistische Partij, die recent duidelijk maakte dat de vooruitgang er moet zijn voor iedereen en niet voor een groepje bevoorrechten.

Terug naar het communisme?

Een draai terug naar het communisme, nu de vrije markt binnen China is ontaard in wild west-praktijken? Dat is natuurlijk maar een deel van het verhaal. De machthebbers in het land willen duidelijk maken wie er de baas is: de partij, en niet de bedrijven. Zorgen om privacy klinken grotesk in een land waar de staat zo’n grote greep op de burgers heeft.

Of de staat terecht ingrijpt of niet, feit is dat beleggers in vooral de Chinese techsector het lid op de neus hebben gekregen. De Hang Seng Tech Index is sinds begin dit jaar met een kwart gedaald, terwijl de Dow Jones US Technology Index over dezelfde periode een vergelijkbare winst heeft laten zien. Een van de grootste technologiebedrijven, Tencent (bekend van WeChat), heeft dit jaar meer dan 18 procent aan waarde verloren. Voor een aandeel Didi, vlak na de beursgang even 18 dollar waard, is nu ruim 8 dollar neergeteld.

Wall Street als grote geldschieter

De afgelopen twintig jaar hebben veel Chinese bedrijven geld opgehaald op de beurzen van Hongkong en Wall Street, ’s werelds grootste kapitaalmarkt. Officieel is buitenlands eigendom niet toegestaan, maar die beperking wordt omzeild door de oprichting van aparte offshore-entiteiten (de VIE ofwel Variable Interest Entity) die aandelen uitgeven en in de praktijk het ‘echte’ bedrijf in China controleren. Een mooie route om te profiteren van Chinese groei, maar geen ideale constructie als het gaat om de bescherming van de rechten van de aandeelhouders.

The Wall Street Journal schreef vrijdag 27 augustus dat Peking nieuwe regels in de maak heeft. Bedrijven die beschikken over gevoelige consumentendata kunnen straks verboden worden om via bovenstaande weg nog naar de beurs in New York te gaan. Het argument: nationale veiligheid. Omgekeerd halen de Verenigde Staten ook de teugels aan. Gary Gensler, voorzitter van beurstoezichthouder SEC, liet vorige week weten dat alle Chinese bedrijven met een notering op Wall Street beleggers beter moeten informeren over de politieke en bestuurlijke risico’s. Eerder zette de SEC een rem op nieuwe beursgangen van Chinese bedrijven.

En de winnaar is….?

Lees meer over de ambities van China: Is het China van Xi Jinping nog te stuiten?

En zo lijkt het verstandshuwelijk tussen een centraal geleide economie en het aandeelhouderskapitalisme alsnog te stranden. Die botsing in de financiële sector is natuurlijk niet los te zien van de toenemende spanning op geopolitiek niveau, nu China de Verenigde Staten op allerlei terreinen wil voorbijstreven. Een eigen kapitaalmarkt en een grotere status van de yuan horen daar ook bij. Niet-Chinese beleggers geven vooralsnog de voorkeur aan Wall Street. Geef ze eens ongelijk. Het analyseren van bedrijven en markten is al lastig genoeg zonder dat een oppermachtige Communistische Partij een streep haalt door verdienmodellen. Om een financiële wereldspeler te worden, moet China beleggers meer rechtszekerheid bieden.