Voor de slachtoffercultuur breken weelderige tijden aan, schrijft Geerten Waling. Bovenop de identiteitswaanzin die al jaren voortraast, heeft het slachtofferdenken door de coronacrisis zulke proporties gekregen dat het een nieuwe splijtzwam dreigt te worden. Want wie heeft het nu het allerzwaarst?
Slachtoffers, slachtoffers, overal slachtoffers. Ouderen, jongeren, boeren, vissers, ondernemers, werknemers, verpleegkundigen, onderwijzers, moslims, christenen, vrouwen, homo’s, Groningers, Zeeuwen… Wie is tegenwoordig geen slachtoffer? Mochten er nog niet-slachtoffers zijn, dan vormen zij waarschijnlijk zo’n klein groepje dat zij op hun beurt ook slachtoffers mogen heten: slachtoffers van de slachtoffercultuur.
Slachtofferschap is de collectieve obsessie van deze tijd. Bij het eerste gerucht over een mogelijk maatschappelijk onrecht liggen de Kamervragen al klaar en schuiven de gedupeerden aan bij alle talkshows. Wat is dat toch? Genieten we stiekem van het leed van anderen? Of zijn we vanuit ons calvinistische masochisme eigenlijk op zoek naar de dader in onszelf? Was dat geen breder, westers fenomeen, zoals de Franse filosoof Pascal Bruckner beschreef in zijn boek Tirannie van het berouw (2006): altijd maar dat beeld van onszelf als schuldigen en van ‘de Ander’ als onschuldig slachtoffer?
Ongemak met daderschap en slachtofferschap
Lees ook het commentaar van Joppe Gloerich: Geschiktheid vertaler hangt nooit af van huidskleur
Zulk ongemak met daderschap en slachtofferschap klinkt zeker door in de manier waarop het Rijksmuseum tentoonstellingen maakt over de geschiedenis van Zuid-Afrika, de slavernij en Nederlands-Indië. Of in de keuze van het schrijftalent Marieke Lucas Rijneveld vorige week om de activistische gedichten van de Afro-Amerikaanse Amanda Gorman toch maar niet te vertalen nadat critici erop hadden gewezen dat Rijneveld te blank is om ‘zwarte poëzie’ echt te begrijpen. Of in die ontelbare andere voorbeelden van overdreven gevoeligheid, ook wel ‘woke’ genoemd, jegens vermeende slachtoffers.
Maar de slachtoffercultuur is meer dan dat. Zelfs Bruckner lijkt in zijn nieuwste boek, Un coupable presque parfait (2020), een ideale schuldige, te zwichten voor het slachtofferdenken. De westerse zelfhaat waarvoor hij had gewaarschuwd, heeft volgens hem inmiddels geleid tot een grootschalige verkettering van ‘de blanke man’, vooral door feministische en antiracistische bewegingen. In de strijd om wie het grootste slachtoffer is, weet ‘de blanke man’ zich nu verdedigd door dezelfde filosoof die ooit het slachtofferdenken hekelde.
Laden…
Word abonnee en lees direct verder
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
Verder lezen?
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Er ging iets fout
Uw sessie is verlopen
Wilt u opnieuw inloggen