ChatGPT, welkom in het onderwijs

14 februari 2023Leestijd: 3 minuten
Chat GPT. Foto: Silas Stein/dpa/ANP

Een verbod op het gebruik van de slimme chatdienst ChatGPT in het onderwijs? Een onzinnig idee, schrijft Jasper de Winter in een ingezonden opinie. Moedig studenten juist aan om uit te vinden hoe ze ChatGPT kunnen inzetten.

Mensen blijven zich verbazen over de mogelijkheden met ChatGPT, de op kunstmatige intelligentie (AI) draaiende, superslimme chatdienst van OpenAI. De ontvangst was aanvankelijk positief. Toch bestaan er ook veel zorgen over de negatieve impact.

Jasper de Winter (1987) is senior data science product owner. De afgelopen 10 jaar heeft hij voor verschillende bedrijven in Nederland en Duitsland gewerkt, altijd met een focus op het snijvlak van business en technologie.

Ingezonden opinieartikelen worden geselecteerd door de redactie, maar vertegenwoordigen niet noodzakelijkerwijs het standpunt van EW.

Een terugkerend bezwaar gaat over de (mogelijke) impact op het onderwijs. Zo zou ChatGPT werkstukken kunnen schrijven die niet van echt te onderscheiden zijn, en zou het docenten onmogelijk maken om vast te stellen of een leerling de stof meester is.

Leren navigeren in een wereld van desinformatie

Dit bezwaar begrijp ik. Een geschreven tekst was eeuwenlang een adequate methode om te toetsen of iemand kennis tot zich heeft genomen en ermee kan werken. ChatGPT lijkt nu roet in het eten te gooien, omdat het docenten om de tuin kan leiden. Gaan we deze nieuwe situatie omarmen of afwijzen?

In discussies hierover wordt vaak verwezen naar het gevaar van ChatGPT, doordat het met gezag volslagen onzin kan presenteren. Een ander bezwaar zijn de soms verontrustende standpunten, overtuigingen of vooroordelen die ChatGPT etaleert. ChatGPT voedt zich met openbare data op internet. Gezien de mate waarin complottheorieën, seksisme en andere ellende op internet te vinden zijn, kan het niet verbazen dat ook ChatGPT hiervan last heeft. OpenAI probeert de ethische risico’s te minimaliseren, maar ze geheel uitbannen lijkt voorlopig onmogelijk.

Dezelfde zorgen gelden ook over het gebruik van internet. Moeten we daarom elk gebruik van internet ook maar uitsluiten van het onderwijs? Sterker: het is juist heel waardevol om zin van onzin te leren onderscheiden. Met de toenemende dreiging van desinformatie is het een nuttig leerdoel om te leren navigeren in een wereld van desinformatie.

Het verbieden van ChatGPT is onzinnig

Moedig studenten aan om uit te vinden hoe ze ChatGPT kunnen inzetten. Geef deze studenten dan wel een opdracht die menselijke vaardigheden vergt. Alleen zo worden ze goed voorbereid op een toekomst waarin het onvermijdelijk is dat kunstmatige intelligentie ook níet wordt gebruikt.

Mensen worden veel productiever in hun werk als ze kunstmatige intelligentie inzetten bij simpele of assisterende werkzaamheden. Maar kunstmatige intelligentie zal alleen simpele kantoorbanen volledig kunnen vervangen, de rest van de rollen zullen (wel in toenemende mate) door AI worden bijgestaan.

‘AI will not replace you, a person using AI will.’ Laten we het onderwijs ook hiernaar inrichten. Elke nieuwe techniek vergt een transitieperiode waarin zaken moeten worden aangepast aan de nieuwe realiteit. Onze manier van toetsen zal dus ook moeten veranderen, maar het verbieden van ChatGPT is onzinnig. Het erkennen van de gevaren is wel zinnig en bereidt een student goed voor op het verdere leven.

Handhaving

Nog een praktisch argument tegen een verbod: de handhaving. Ik zie berichten voorbijkomen over diensten die door AI gemaakte teksten herkennen. Stel dat ik een tekst inlever die ‘met een waarschijnlijkheid van 80 procent’ door ChatGPT is geschreven, moet ik me dan hiertegen verdedigen? Juist zo’n toekomst lijkt mij doodeng.

Een dergelijk algoritme stelt iets waarvan jij als mens het omgekeerde moet bewijzen. Is dit niet juist de toekomst waar veel AI-sceptici zo bang voor zijn? Na het toeslagendrama is er veel verzet tegen deze toepassing van zulke modellen, en terecht. Om dan het tegen-kamp AI op deze manier te zien omarmen, maakt me enerzijds aan het lachen en anderzijds doodsbang.