Meer democratie is niet het antwoord, leert Machiavelli ons

31 oktober 2023Leestijd: 3 minuten
De Eerste Kamer, bedoeld als aristocratisch instituut. Foto: ANP

Niccolò Machiavelli, de grote machtsfilosoof van de Renaissance, leert ons dat democratie alleen niet zaligmakend is. Ook aristocratie en monarchie moeten de ruimte krijgen, schrijft Renaissance-kenner Catharina Botermans op EW Podium.

Met zijn nieuwe boek Alkibiades probeert Ilja Leonard Pfeijffer de lezer een spiegel voor te houden. Net als de Atheense democratie van 400 voor Christus, zou de Nederlandse democratie in verval verkeren. ‘Blijven investeren,’ zegt Pfeijffer, ‘een democratie moet je goed onderhouden.’ Maar is dat genoeg?

In zijn Discorsi bespreekt Niccolò Machiavelli, de grote machtsfilosoof uit de Renaissance, aan de hand van de Romeinse geschiedenis hoe de vrede kan worden behouden. Dat kan alleen als de democratische, aristocratische en de monarchistische krachten elkaar in evenwicht houden. Krijgt één van deze krachten te veel invloed, dan verandert vrede in zijn tegenpool.

Meer burger, meer participatie

In een democratie moet het volk het idee hebben dat zijn macht telt. Het Nederlandse politieke bestel werkt juist een gevoel van machteloosheid in de hand. Velen zien eens in de vier jaar stemmen als een nutteloze exercitie, die niet tot verandering leidt. Het resultaat: een intens ontevreden burger, die zich zeer negatief uitlaat over de politiek, stemt op partijen die het ‘antigevoel’ vertegenwoordigen – of helemaal niet stemt.

Om dit probleem het hoofd te bieden, zien diverse vormen van burgerparticipatie het levenslicht. Meer kans voor burgers om invloed uit te oefenen op beleid zou het vertrouwen in de politiek herstellen. Maar is dit ook zo? En zijn er andere, constructievere oplossingen?

Terug naar de oorsprong: de stadsstaat

De oude Grieken bedachten de democratie voor in een stadsstaat. Op die schaal werkt ze optimaal. De besproken onderwerpen lagen vaak dicht bij de belevingswereld van de burger. Wie wilde participeren, kon zich relatief gemakkelijk laten informeren. Dat is in ons democratisch bestel wel anders.

Het takenpakket van de Tweede Kamer is de afgelopen decennia enorm uitgedijd. Tegelijk hebben veel burgers het idee dat de politiek hen niet hoort en ziet. We mogen ons afvragen of we niet simpelweg te maken hebben met bestuurlijke overstretch. Met 150 Kamerleden die beslissingen maken voor 18 miljoen mensen, die ook nog eens allemaal een eigen mening hebben en willen worden gekend –  dat is misschien niet langer realistisch.

In plaats van meer inspraakmogelijkheden, kan een kleinere schaal van de democratie een oplossing zijn. Bijvoorbeeld door een regionale verdeling van de macht, op basis van een districtenstelsel. Daarmee geven we een nieuwe impuls aan vertegenwoordiging, en kan de kloof tussen de politiek en de burger worden ondervangen. De politiek wordt weer behapbaar voor kiezer en Kamer.

De aristocratie volgens Machiavelli

De tweede staatsvorm die volgens Machiavelli stevig aanwezig moet zijn, is de aristocratie. In Nederland is deze institutioneel geborgd in de Eerste Kamer. Dit orgaan moest oorspronkelijk zorgen ‘alle overijling in de raadplegingen te voorkomen, in moeilijke tijden aan de driften heilzame palen te stellen, en den troon te omringen door een bolwerk waartegen alle partijen afstuiten’. Maar het  verworden tot een zwaar gepolitiseerd instituut, onder het mom: ‘Wij zijn (indirect) gekozen, en dus hebben we mandaat om zelf te bepalen waar we over gaan,’  Niet de ijking van wetsvoorstellen aan de Grondwet staat er centraal, maar het veiligstellen van kabinetsbeleid.

In ons egalitaire landje ligt het niet voor de hand om terug te grijpen naar de oorspronkelijke bezetting van de Eerste Kamer, met leden die ‘door hunne geboorte of gegoedheid onder de aanzienlijksten van de lande behoren’. En de boel opdoeken, zoals men zo nu en dan voorstelt, gaat voorbij aan de functie die dit orgaan heeft. Toetsing door de rechter, zoals D66 wil, of een constitutioneel hof, zoals Pieter Omtzigt propageert, kunnen goede alternatieven zijn.

Monarchie weg is het kind met badwater weggooien

Dan de monarchie. Uitzonderingen daargelaten, zijn er nauwelijks mensen te vinden die de monarchie in haar glorie willen herstellen. In Nederland hebben we ons uiterste best gedaan om dit instituut zo monddood en meningloos mogelijk te maken. Partijen als GroenLinks-PvdA hebben afschaffing op hun wensenlijstje gezet voor de verkiezingen in november. Maar volgens Machiavelli zou afschaffing betekenen dat we het kind met het badwater weggooien.

Juist de monarch is in staat om de chaotische democratie en de op zichzelf gerichte oligarchie te begrenzen. Dat betekent niet per se dat de positie van de Koning moet worden hersteld. Wel moeten we beseffen dat de leemte die de monarchie achterlaat moet worden opgevuld – en bij voorkeur niet met één van de twee andere staatsvormen.