Hoe gaat het, intussen, met Rotterdam-Zuid? Vier vragen over het Nationaal Programma daar

15 juli 2022Leestijd: 6 minuten
Zaterdagmarkt op het Afrikaanderplein in Rotterdam Zuid. Foto: ANP

Toen het Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ) tien jaar geleden officieel begon, was het pionierswerk. In de geest van de twee oud-burgemeesters die er het fundament voor legden: Wim Deetman en de vorig jaar overleden Jan Mans. Nu geldt het NPRZ op z’n minst als inspiratiebron voor tal van andere Nationale Programma’s, onder meer in bevingsgebied Groningen. Wat is er over het nut van Nationale Programma’s te zeggen?

1.Wat is de aanleiding om het nu over het NPRZ te hebben?

Eigenlijk zijn er twee aanleidingen. De eerste is dat er deze week – na tien jaar – een tussentijdse evaluatie (‘midterm review’) verscheen van de vorderingen van het NPRZ, getiteld Tot hier en nu verder. De tweede is dat de programmadirecteur van het NPRZ ook even apart in het nieuws was: Marco Pastors. De oud-wethouder van Leefbaar Rotterdam, vriend en vertrouweling van wijlen Pim Fortuyn, is op 8 juli – best verrassend – benoemd in de Staatscommissie Demografische ontwikkelingen 2050.

De Staatscommissie moet het kabinet adviseren ‘over de uitdagingen die de verwachte vergrijzing en migratie de komende dertig jaar met zich meebrengen’. Bedrijfseconoom Pastors is met onder anderen hoogleraar Paul Scheffer een van de twaalf leden van de Staatscommissie, en voor zover valt na te gaan de enige met een wat rechtser politiek signatuur. Concrete ervaring met het thema van de Staatscommissie heeft hij, als programmadirecteur van het NPRZ én als inwoner van Rotterdam-Zuid, als geen ander. Er zijn maar weinig plekken in Nederland waar migratie (mede) de samenleving voor zoveel ‘uitdagingen’ plaatst als op Rotterdam-Zuid, ook wel bekend als ‘’s lands grootste achterstandswijk’.

Ahmed AthumaniLees ook het interview met huisarts Ahmed Athumani in Rotterdam-Zuid: ‘Ik keek naar de mensen en dacht: hier wil ik zijn’

Met meer dan 200.000 inwoners is Rotterdam-Zuid net zo groot als Eindhoven, maar dan met veel meer culminatie van sociale problemen. Verpauperde huizen en straten, huisjesmelkers, witwaswinkels, onveiligheid, drugsmisdaad, hoge werkloosheid, schulden, lage schoolresultaten, eenoudergezinnen. Ook de hoge doorloopsnelheid van bewoners is een probleem: Rotterdam-Zuid heeft moeite om ‘sociale stijgers’ vast te houden, die willen meteen de wijk uit.

Wat niet wegneemt dat er ook veel goed gaat op Rotterdam-Zuid. De trotse wolkenkrabbers en mooie, gewilde nieuwbouwwijken voor de stedelijke middenklasse op de zuidoever van de Nieuwe Maas getuigen daarvan. Maar het lijkt er niet op dat de sociaal zwakkeren elders ‘op Zuid’ daarvan genoeg profiteren.

Aan het geld kan het niet liggen. Berekend is dat er jaarlijks in totaal ruwweg zo’n 4 miljard euro overheidsgeld naar Rotterdam-Zuid gaat, via gemeente, scholen, corporaties, uitkeringen, politie en zorg. Dat is echt heel veel geld, ook relatief. Ter vergelijking: Eindhoven heeft dus evenveel inwoners, maar de jaarlijkse begroting is 1 miljard euro, een kwart dus.

2.Wat is het idee van het Nationaal Programma?

Het Nationaal Programma is ruim tien jaar geleden bedacht en ontwikkeld om op lange termijn, op onorthodoxe en vaak ook kleinschalige wijze iets aan de ‘uitdagingen’ te doen, maar dan ook écht op lange termijn, buiten het vaak kortetermijndenken van de reguliere politiek om. Deel van de filosofie is dat de dagelijkse leiding in handen komt van een bewezen mannetjesputter die misschien af en toe controverse oproept, maar wel dingen voor elkaar krijgt. Iemand ‘met gezag en doorzettingsmacht’ ook.

Het Nationaal Programma draait niet zozeer om nog meer miljarden, maar om de ambitie om al die overheidspartijen en ook het bedrijfsleven dagelijks samen beter te laten renderen. Concrete vooruitgang voor de bewoners van Zuid, dat is het idee.

Stadhuis Rotterdam

Meer over de samenwerking tussen DENK en Leefbaar in de Rotterdamse gemeenteraad: Volkspartijen werken samen: hup Rotterdam

Het NPRZ kreeg twintig jaar om resultaten te laten zien. Dat is een voor Nederlandse begrippen ongekend lange adem. Daarvoor is destijds bewust gekozen, omdat het – gezien de ‘uitdagingen’ – naar de opvatting van de bedenkers en ook de programmadirecteur zinloos zou zijn om op kortere termijn te denken. In de vorig jaar verschenen, zeer inzichtelijke publicatie Het verhaal van NPRZ van Willem van Spijker en Pieter Tops zegt Marco Pastors het op zijn bekende, ietwat ongezouten wijze: ‘Alles onder de 10 jaar is onzin, dan kun je beter in bed blijven liggen.’ Wel worden de ontwikkelingen uiteraard tussentijds gemonitord en geëvalueerd, zoals dus in de deze week verschenen midterm review Tot hier en nu verder.

3.En? Wat is de conclusie?

De conclusie zit al een beetje in de titel: verbetering is inderdaad een zaak van héél lange adem. Tien jaar is niks inderdaad. Het doel van het NPRZ is dat Rotterdam-Zuid in 2030 qua statistieken – opleidingsniveau, arbeidsparticipatie en woonkwaliteit – is gestegen naar het gemiddelde van de vier grote steden in Nederland. Dat is zeker nog niet het geval, en vermoedelijk onhaalbaar. Maar het rapport koestert de goede cijfers. Zo is het percentage havo- en vwo-gediplomeerden in een kleine tien jaar gestegen van 25,2 naar 28,5. Dankzij baangaranties van betrokken bedrijven komen meer jongeren aan het werk.

Voor Rotterdam-Zuid zijn dat kleine, maar belangrijke stappen. In wezen komt het doel van het NPRZ in alle eenvoud neer op: kinderen die normaal naar een goede school gaan, ouders die werk hebben, fatsoenlijke huizen en veilige straten. De rest is luxe bijzaak. Op al die punten wordt vooruitgang geboekt, maar het blijft ‘kwetsbaar’. De kinderen van Zuid krijgen inderdaad langer les op school, zoals destijds al was beoogd door Deetman, oud-minister van Onderwijs. Maar de verlokkingen van de drugsmisdaad zijn onverminderd groot. De uitstroom uit de uitkering groeit, maar de instroom is onverminderd hoog.  Corona hakte er op Zuid extra hard in, ook bij de schoolgaande kinderen die juist daar vaak klein behuisd zijn. Et cetera. De CITO-scores stegen op Zuid, maar daalden na corona.

Al met al is na tien jaar ruwweg een kwart van de achterstand op het gemiddelde van de G4 ingelopen. Nog driekwart te gaan dus.

4.Hoe waren de reacties?

Trots over wat er wél is bereikt, maar ook in zekere zin vrij gelaten. Iedereen weet: dit is een zaak van heel lange adem en helemaal goed zal het wel nóóit echt worden. ‘Ik had gehoopt verder te zijn,’ zei burgemeester Ahmed Aboutaleb (PvdA) volgens De Telegraaf  bij de presentatie. Vooral de drugsmisdaad lijkt onuitroeibaar en blijft voor veel jongeren van Rotterdam-Zuid een veel aanlokkelijker optie dan naar school gaan en een vak leren. Abouteleb sprak in dat verband van ‘dweilen met de kraan open’, met de kanttekening dat ‘niet dweilen geen optie is’.

Donderdagavond 14 juli zei de Rotterdamse burgemeester het in een speciale ‘Rotterdamse’ uitzending van Op1 nog duidelijker: ‘Ik sta gewoon voor gek.’ Het probleem is niet dat de kansarme jongeren van Zuid niet in de haven willen werken. Het probleem is dat ze daar bij voorkeur als ‘drugsuithaler’ willen werken. Verdient stukken beter. Daar sta je als overheid dan, met je baangarantie.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Oud-minister Martin van Rijn, verantwoordelijk voor de midterm review, zei tegen het AD dat het NPRZ die ambitieuze doelstellingen voor 2030 maar moet laten varen:

 Ik denk niet dat je nog moet zeggen: we willen naar het gemiddelde van de G4. De mensen die in Zuid wonen, zijn niet “gemiddeld G4”. Je moet ook naar de context van de wijken kijken als je de resultaten wilt beoordelen. Je kunt puur naar de cijfers kijken, maar ik vind het veel belangrijker dat mensen na verloop van tijd zeggen: “Ik merk het verschil.”

Blijven dweilen, was zijn advies. Dat is al heel wat. Hij vergeleek het Nationaal Programma – heel Rotterdams – met een marathon: die hoef je ook niet te winnen, het is al heel wat als je hem uitloopt.

Tien jaar Nationaal Programma Rotterdam Zuid dwingt aldus tot grote bescheidenheid over de maakbaarheid van immigratieland Nederland. Heel nuttig dat die ervaring, mét Pastors, straks ook in de Staatscommissie is vertegenwoordigd. Die zal daar hopelijk ook inbrengen dat die ‘uitdagingen’ niet alleen iets voor de toekomst zijn, maar ook voor het heden.