Nederlandse ontwikkelingshulp vloeide naar Palestijnse terreurgroep

Nederlandse ontwikkelingshulp werd in de Palestijnse gebieden gebruikt om terrorisme te financieren. Hulpinstanties voor boeren, medische zorg, mensenrechten en kwetsbare kinderen fungeerden als dekmantel van het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina, een groepering die op de EU-lijst van terroristische organisaties staat. EW-redacteur Eric Vrijsen had inzage in een geheim rapport van een Israëlische veiligheidsdienst.

Het rapport leunt op politieverhoren van vier Palestijnse financieel managers die dit voorjaar werden gearresteerd op verdenking van steun aan terrorisme. EW had inzage in het inlichtingenrapport, heeft delen daarvan in handen en sprak erover met een hoge inlichtingenfunctionaris in Jeruzalem. EW beschikt ook over de formele tenlastelegging tegen de vier financieel managers die binnenkort in Israël terechtstaan.

Het inlichtingenrapport is op de voorpagina voorzien van de logo’s van inlichtingendienst Shin Bet en van een van de Israëlische ministeries. EW heeft de authenticiteit van het rapport vastgesteld in gesprekken met betrouwbare bronnen.

Stelselmatige fraude om geld door te sluizen

Uit het rapport Foreign Funding of PFLP terrororganisations through the network of civil social organisations blijkt dat West-Europese hulpbedragen via stelselmatige fraude werden doorgesluisd naar terroristische activiteiten van het Volksfront. PFLP is de Engelse afkorting van Peoples Front for the Liberation of Palestine, het in 1967 opgerichte communistische Volksfront voor de Bevrijding van Palestina van George Habash. De organisatie streeft naar vernietiging van de staat Israël.

Het gaat om miljoenen euro’s per jaar voor zeven ngo’s die werkzaam zijn in de Palestijnse gebieden. Behalve Nederland werden ook Spaanse, Duitse, Zwitserse, Zweedse, Britse en Belgische donoren en EU-instanties opgelicht.

Lees verder onder het beeld

Terrorismeverdachten op de loonlijst

Nederland schortte in juli vorig jaar de betalingen op aan een Palestijnse boerenorganisatie na signalen dat twee terrorismeverdachten op de loonlijst stonden. Op aandringen van het Tweede Kamerlid Tunahan Kuzu (DENK) besloot D66-minister Sigrid Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) twee weken geleden de betalingen deels te hervatten.

De resultaten van een Europees onderzoek naar de handel en wandel van de Palestijnse organisaties lieten volgens Kaag te lang op zich wachten, terwijl de nood onder Palestijnse boeren hoog was. Via een nieuwe organisatie en met extra accountantscontrole zouden spoedeisende betalingen een juiste bestemming vinden.

Minister Kaag gaf in de brief aan de Tweede Kamer aan dat zij Israëlische inlichtingen had ontvangen over de banden tussen het Volksfront en hulporganisaties. Zij volstond met de mededeling dat de informatie zou worden toegespeeld aan de Europese onderzoekers.

Zeven hulpclubs verduisteren geld voor Volksfront

Een hoge functionaris van een van de Israëlische geheime diensten zegt dat er geen enkel bezwaar bestaat tegen humanitaire hulp aan de Palestijnse bevolking op de Westelijke Jordaanoever, maar dat zeven Palestijnse hulporganisaties worden gebruikt voor de financiering van terrorisme.

De bron bood EW inzage in een rapport van vele tientallen pagina’s met daarin de bekentenissen van vier agenten (operatives) van het Volksfront. Om juridische redenen mocht EW voor dit artikel niet letterlijk uit het rapport citeren. De vier werden dit voorjaar gearresteerd en staan binnenkort terecht in Israël voor fraude en deelname aan een terroristische samenzwering.

Lees verder onder de foto’s

Bomaanslag op kinderen van rabbijn

Het justitieel onderzoek naar geldstromen rond het Volksfront begon na een bomaanslag op 23 augustus 2019 in Ein Bubin Bron, een locatie op de Westelijke Jordaanoever nabij de Joodse nederzetting Dolev. Slachtoffers waren drie wandelaars. De 17-jarige Rina Shnerb kwam om het leven. Haar vader en broer – de 46-jarige rabbijn Eitan Shnerb en de 19-jarige Dvir Shnerb – raakten zwaargewond.