De hoofdregel is simpel: annuleert de luchtvaartmaatschappij een vlucht, dan krijgt de passagier zijn ticketkosten terug. Maar het zijn natuurlijk bijzondere tijden. Maatschappijen vliegen nauwelijks meer en staan op de rand van een faillissement, dus terugbetalen wordt lastig. En nu zijn kabinet, Europese Commissie en Consumentenbond het ook nog met elkaar oneens over de vergoeding voor gedupeerde passagiers.
De Roemeense Adina Valean is de EU-commissaris met transport in haar portefeuille. Zij volgt de eenvoudige wettelijke lijn: passagiers van wie de vlucht is geannuleerd, moeten geld terugkrijgen van de luchtvaartmaatschappij. Want waarom zou een passagier moeten opdraaien voor de financiële problemen van deze bedrijven? Luchtvaartmaatschappijen kunnen per slot van rekening op hun beurt bij de overheid aankloppen voor financiële steun.
📞 live on @questCNN about #airlines and #passenger rights in times of #coronavirus
🛩 we have framework for state aid for airlines 🇪🇺
👨👨👧👧 passenger refund laws are clear 🇪🇺@Transport_EU pic.twitter.com/7wojEDXz1X— Adina Ioana Valean (@AdinaValean) March 31, 2020
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Het kabinet, onder aanvoering van VVD-minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur, kiest de kant van de luchtvaartmaatschappijen. Maandag liet Van Nieuwenhuizen de Tweede Kamer weten dat van terugbetaling geen sprake kan zijn. Passagiers moeten genoegen nemen met een voucher, die twaalf maanden geldig is. In die periode kunnen passagiers dan gratis een andere vlucht nemen. Na die tijd moeten maatschappijen het niet-gebruikte deel terugbetalen. KLM en Transavia bieden hun passagiers al vouchers aan.
Overheid als achtervang bij geannuleerde vlucht
Maar daarmee is de Consumentenbond het dan weer niet eens. De kans op faillissementen bij luchtvaartmaatschappijen is groot, dus is de kans dat veel passagiers hun geld kwijtraken dat ook.
Toch kan de Consumentenbond zich vinden in vouchers, gezien de huidige stand van zaken in de luchtvaart. Wel met twee kanttekeningen: de geldigheidsduur zou maximaal zes maanden moeten zijn. Niet gevlogen binnen zes maanden, betekent geld terug. En de overheid moet garant staan voor de vouchers. De passagier krijgt dan altijd zijn geld terug, ook als de luchtvaartmaatschappij intussen failliet gaat.