NCTV hield programma deradicalisering bewust op afstand ministerie

04 oktober 2018Leestijd: 3 minuten
Dick Schoof

De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) heeft bij het opzetten van een deradicaliseringsprogramma voor jihadisten in 2015 het programma bewust op afstand van het ministerie van Justitie geplaatst. Dat blijkt uit onderzoek van Elsevier Weekblad.

Door het programma bij een bestaande – Friese – stichting onder te brengen, hoeft de minister geen verantwoording aan de Tweede Kamer af te leggen over individuele dossiers van gederadicaliseerde extremisten. Door de NCTV nadrukkelijk niet de afzender te maken, zouden ouders en extremisten bovendien niet op voorhand worden afgeschrikt.

De constructie kent echter ook nadelen voor de nationale veiligheid. Zo delen medewerkers van het programma geen informatie die relevant voor de politie en de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) zou kunnen zijn. Dat doen ze alleen als ze zelf een veiligheidsrisico vermoeden.

Uitbesteed traject

Er zijn in Nederland twee trajecten om extremisten te deradicaliseren. Zo’n zestig extremisten volgen een verplicht begeleidingstraject via de reclassering, dat speciaal is opgezet voor gedetineerden met een extremistische achtergrond. Daarnaast is er het vrijwillige exit-traject Forsa (voorheen ‘Exits’), dat wordt aangeboden via het Landelijk Steunpunt Extremisme (LSE) van de Friese stichting Fier.

Lees het Verhaal van de Week uit Elsevier Weekblad

Deradicalisering: Is er dan niks dat werkt?

Volgens Fier worden er momenteel 35 extremisten vanuit Forsa begeleid. ‘Het gaat hierbij om verschillende vormen van extremisme, zoals religieus extremisme en rechts-extremisme, waarbij tot nu toe de voornaamste doelgroep jihadistisch extremisme was.’

Uit documenten die Elsevier Weekblad inzag, blijkt dat de NCTV in 2015 besloot het exit-traject – dat de extremist geweld moet doen afzweren – niet zelf te gaan doen, maar uit te besteden. Het ministerie van Veiligheid en Justitie vroeg in maart 2015 om ideeën voor een nieuwe organisatie ‘op afstand van de overheid, die wel door de overheid wordt opgezet en gefinancierd’.

Niet onder verantwoordelijkheid minister

Een maand later, in april 2015, stond in een rondgestuurde beslisnotitie dat het niet de bedoeling is dat ‘de minister na 1 juli 2015 verantwoording moet gaan afleggen over individuele dossiers’. Weer twee maanden later stuurt de Directie Weerbaarheidsverhoging van het ministerie een nota rond waarin staat dat ‘de afzender niet (nadrukkelijk) de NCTV moet zijn. Dit wekt wantrouwen en schrikt ouders af en beïnvloedt de effectiviteit derhalve negatief’.

(tekst loopt door onder afbeeldingen)

Screenshot uit documenten van het ministerie van Veiligheid en Justitie (2015)
Screenshot uit documenten ministerie van Veiligheid en Justitie (2015)

Alles over de geheime Grijze Campagne Lees verder

Om de minister uit de wind te houden en eventuele uittreders en hun families niet af te schrikken, koos de NCTV ervoor het traject onder te brengen bij Fier, die 1 miljoen euro per jaar krijgt van de NCTV en het ministerie van Sociale Zaken.

Jihadistische extremisten voornaamste doelgroep

De keuze viel op Fier omdat de stichting al ervaring had opgedaan met projecten op het gebied van loverboys en eerwraak, en omdat Fier geregeld haar projecten door externe partijen laat evalueren.

In een openbare evaluatie uit 2017 schrijft het ministerie van Veiligheid en Justitie dat Fier niet als klikspaan fungeert: ‘De exit-faciliteit zegt dat zij met cliënten werkt op basis van vertrouwen, en dat zij geen onderzoeksorgaan is. De exit-faciliteit deelt niet alle informatie die relevant voor de politie of geheime dienst zou kunnen zijn. Ze doet dit alleen wanneer ze als faciliteit inschat dat er een veiligheidsrisico bestaat.’

Deze week in Elsevier Weekblad meer over de zin en onzin van deradicaliseringsprojecten.