Van eenheid is weinig sprake op de Georgische Dag van de Eenheid

10 april 2021Leestijd: 4 minuten
Georgiërs verzamelen zich op het Europaplein in Tbilisi. Foto: Teun Toonen

Op 9 april 1989 sloeg het Sovjetleger een vreedzame anti-Sovjet-demonstratie in Tbilisi hardhandig neer. Twintig jonge Georgiërs werden gedood en honderden raakten gewond. Sindsdien is 9 april in Georgië een nationale herdenkingsdag: de Dag van de Nationale Eenheid. Maar van eenheid is op dit moment weinig sprake in Georgië, constateert Teun Toonen tijdens de eerste dagen van een reis langs de randen van de voormalige Sovjet-Unie.

‘We vieren vandaag onze vrijheid,’ zegt een vrouw, wanneer ze ziet dat ik verwonderd om me heen kijk. Tot nu toe werd mijn eerste week in Georgië vooral gekenmerkt door een bezoek aan verlaten toeristische plekken en een rustige, soms zelfs wat troosteloze sfeer. Maar nu heeft een grote mensenmassa zich verzameld onder wapperende Europese Unie-vlaggen op het Europaplein in Tbilisi, de hoofdstad van Georgië.

Teun Toonen (1999) reist in april en mei langs de rafelranden van de voormalige Sovjet-Unie. Hij blogt wekelijks over de erfenis van het Sovjetverleden en de democratische ontwikkelingen en mogelijkheden in Centraal-Azië.

Het is symbolisch: de Georgiërs beginnen hun vrijheidsmars niet op het centraal gelegen Vrijheidsplein, dicht bij de plek waar zich 32 jaar geleden een tragedie afspeelde, maar op het plein met de meeste verwijzingen naar de Europese Unie (EU). Een laatste peiling door de EU laat zien dat het grootste deel van de Georgiërs positief tegenover de Unie staat. Maar sinds de politieke partij Georgische Droom in 2012 aan de macht kwam, is het land langzaam afgestapt van zijn Euro-Atlantische koers.

Ondernemers hard getroffen door coronamaatregelen

Bij de Georgiërs proef je de onvrede hierover. En sinds het uitbreken van de coronapandemie is die onvrede alleen maar toegenomen. Vooral ondernemers hebben het zwaar. Terwijl ze eerst 30 procent van hun gemiddelde inkomen van de overheid vergoed kregen, hoeven ze sinds afgelopen zomer geen financiële steun meer te verwachten, vertelt mijn 29-jarige gastheer in Kazbegi, een doorgaans zeer toeristisch bergstadje in de noordelijke Kaukasus. Hij is sinds het uitbreken van de coronapandemie voltijds in Tbilisi gaan werken, maar ontvangt ook gasten in zijn ouderlijk huis in Kazbegi. Als hij genoeg geld heeft, wil hij een masteropleiding in Frankrijk of een ander West-Europees land gaan volgen.

Lees de blog van Robbert de Witt: Spartelend Oekraïne bij de NAVO? Geen goed idee

Veel hotels en gasthuizen in Kazbegi zijn gesloten en verbouwingen lijken van de ene op de andere dag stopgezet. Het plaatsje krijgt hierdoor een enorm rommelige aanblik. De voornamelijk Armeense vrachtwagens razen nog altijd over de militaire weg door het bergstadje, via de enige open landsgrens naar Rusland. De toeristen bleven het afgelopen jaar weg. Sinds een maand mag de horeca weer open in Georgië, maar in Kazbegi durft slechts één ondernemer het aan. Met zijn zelfgestookte ‘anti-virus-tsjatsja ’ (Georgische wodka) probeert hij de weinige bezoekers die er zijn te lokken. Met succes.

Miljardair heeft touwtjes in handen

Ook in het Toscaans aandoende Signagi in het zuidoosten van Georgië zijn slechts een paar restaurants open. Een restauranteigenaar kijkt gelaten uit over zijn terras. ‘Normaal zijn alle tafeltjes van april tot oktober bezet,’ zegt hij, terwijl hij zijn zelfgemaakte wijn en tsjatsja aanprijst bij het op dit moment enige bezette tafeltje: het mijne. De Georgische wijnstreek Kachetië, waar Signagi ligt, trekt normaal gesproken toeristen uit alle windstreken. Georgische wijn komt op: authentiek, van goede kwaliteit en goedkoop.

Tijdens een rondleiding langs verscheidene wijnmakerijen vraag ik mijn gastheer en gids Giorgi naar zijn mening over de Georgische regering. Hij maakt een wegwerpgebaar. ‘Eigenlijk hebben we een oligarch aan de macht, die alle touwtjes in handen heeft,’ zegt hij. Hij doelt op Bidzina Ivanishvili, een miljardair die nauwe banden met Rusland onderhoudt en tevens de oprichter is van de politieke partij Georgische Droom. Die partij verstevigde haar macht tijdens de verkiezingen van afgelopen oktober, maar volgens de voltallige oppositie zijn de verkiezingen frauduleus verlopen en weigert ze dus zitting te nemen in het parlement.

De politieke chaos belandde in een nieuw hoofdstuk toen in februari oppositieleider Nika Melia werd gearresteerd. De gewelddadige arrestatie werd live uitgezonden op televisie. Voor het parlementsgebouw in Tbilisi staan sindsdien tenten opgeslagen, waarin demonstranten bivakkeren met beeltenissen van Melia.

‘Georgië heeft revolutie nodig’

‘Het probleem is dat we geen middenklasse hebben,’ zegt Giorgi. ‘In Georgië kun je alleen goed geld verdienen als je al rijk bent of rijke vrienden hebt.’ Op de vraag of daaraan iets te veranderen valt, antwoordt hij lachend: ‘Alleen een revolutie kan de politieke situatie in Georgië veranderen.’

De Dag van de Nationale Eenheid lijkt allesbehalve op een revolutie. Vanaf het Europaplein loop ik mee met een grote stoet klappende en gemondkapte Georgiërs, verder Tbilisi door. De sfeer is gemoedelijk en vreedzaam. Maar de veelvuldige protesten tegen de avondklok en andere coronamaatregelen, de demonstranten voor het parlementsgebouw tegen de gevangengenomen oppositieleider en de ontevreden ondernemers maken één ding duidelijk: van nationale eenheid is op dit moment geen sprake in Georgië.