Absurde belastingzaken – pimpen winkelgebied

10 januari 2018Leestijd: 2 minuten

Veel gemeenten hebben een onbedwingbare behoefte om winkelgebieden ‘op te frissen’ op kosten van de winkeliers. Glanzende prullenbakken en sierbestrating als oplossing voor de terugloop in winkelend publiek.

Meld u hier gratis aan voor de Elsevier Weekblad Belasting Update, de wekelijkse nieuwsbrief met het laatste fiscale nieuws, analyses, achtergronden en commentaren. Elke vrijdag in uw postvak.

De kosten worden meestal voor een deel verhaald door het opleggen van aanslagen baatbelasting, vaak moeten er duizenden euro’s in één keer worden betaald. Net als bij het gewraakte ondernemersfonds, is het maar de vraag of winkeliers iets opschieten met de aanpassingen.

Het oppoetsen van winkelstraten is in de praktijk een prestigezaak, bestuurders willen hun stempel drukken op de stad.

Verbeteren leef- en winkelklimaat

De gemeente Gouda wil af van de “neerwaartse spiraal van het economisch functioneren van het Goudse winkelbestand”. Het winkelgebied is volgens de gemeente niet meer van deze tijd, en moet meer één samenhangend geheel gaan vormen. Voor de herinrichting wordt 5,2 miljoen euro uitgetrokken, waarvan ruim 1,2 miljoen euro op de winkeliers wordt verhaald.

Bestaande bestrating wordt vervangen door uniforme donkerrode, gebakken klinkers, en de prullenbakken en fietsenrekken worden omgewisseld voor luxere varianten. Ook wordt de straatverlichting vervangen door strakkere lantaarns, en worden er sierelementen aangebracht, zoals klinkers met de tekst ‘siroopwafels’. Het duurt twee jaar voordat alles klaar is, eind 2004 worden de aanslagen baatbelasting opgelegd.

Een winkelier maakt bezwaar tegen zijn aanslag baatbelasting van maar liefst 32.170 euro, en haalt uiteindelijk de hele baatbelasting van 1,2 miljoen euro onderuit.

Geen wezenlijke verandering

Volgens Rechtbank Den Haag heeft de herinrichting te weinig meerwaarde, het nieuwe winkelgebied is niet fundamenteel anders dan het oude, ‘gedateerde’ winkelgebied. Er moet een vergelijking worden gemaakt met het winkelgebied zoals dat er zou uitzien als het nog in nieuwstaat was. De kosten van normaal onderhoud kunnen namelijk nooit worden verhaald.

De Rechtbank erkent dat er extra voorzieningen zijn aangebracht, zoals bankjes en prullenbakken. Maar de toevoegingen zijn te beperkt om een aanslag baatbelasting te rechtvaardigen.

Er is bij de herinrichting ook (deels zichtbaar) andere en betere waterafvoer aangebracht, maar deze aanpassing is niet opgenomen in de Verordening baatbelasting. Voor aanpassingen die niet zijn opgenomen kan geen baatbelasting worden geheven.

Verder heeft de gemeente verschillende bomen weggehaald, waardoor het winkelgebied een stuk minder groen is geworden. Ook voor het volledig verwijderen van ‘voorzieningen’ kan geen baatbelasting worden geheven.

Eerder verschenen in deze serie: