Turkse gemeenschap verzet zich tegen genocidemonument Almelo

23 april 2014Leestijd: 2 minuten

Donderdag wordt in Almelo het grootste Armeense genocidemonument van Europa onthuld. Maar de Turkse gemeenschap in de stad is daar niet blij mee.

Donderdag is het precies 99 jaar geleden dat in het toenmalige Ottomaanse Rijk honderden tot duizenden leden van de Armeense elite werden opgepakt, gedeporteerd en vermoord. Deze actie wordt gezien als het begin van wat de Armeense genocide wordt genoemd waarbij honderdduizenden Armeniërs de dood vonden.

Grootste monument van Europa

Om dit te gedenken is op het terrein van de Armeens Apostolische Kerk in Almelo het ‘Armenian Genocide Monument Almelo’ geplaatst. Dit bouwwerk, volgens de initiatiefnemers het grootste Armeense genocidemonument van Europa, zal donderdag worden onthuld.

Almelo heeft naast een aanzienlijke Armeense diaspora ook een grote Turkse gemeenschap. De twee groepen leven in het dagelijks leven in alle rust naast elkaar. Maar het genocidemonument schopt de Turkse gemeenschap tegen het zere been. Turkije erkent de Armeense genocide officieel niet en spreekt van de ‘Armeense kwestie’.

Onmin

Het Turkse gemeenteraadslid in Almelo, Ugur Çete, vreest dat het monument zal leiden tot onmin tussen beide bevolkingsgroepen. ‘We leven hier in Almelo al meer dan vijftig jaar zonder problemen naast elkaar. Ik wil niet dat dit historisch gevoelige monument daar verandering in brengt,’ zegt het raadslid tegen elsevier.nl.

‘Iedereen heeft recht op zijn eigen visie op de geschiedenis. Maar ze hebben al een monument. Waarom moet daar nog zo’n groot monument bij? Het is gewoon te groot voor Almelo, dit is ook mijn stad’ zegt Çete. Het Turkse raadslid zegt het hoe dan ook belangrijk te vinden dat de herdenking morgen zonder problemen verloopt.

‘Ik vind het monument vreselijk, maar we hebben alle Turken opgeroepen zich morgen stil te houden. Na morgen zullen we juridische stappen nemen tegen het monument. We willen onder meer dat het woord “genocide” van het monument wordt geschrapt’.

Textielstad

Het Armeense raadslid voor de SP in Almelo, Robin Gelici, denkt niet dat het monument zal zorgen voor confrontaties tussen Turken en Armeniërs. ‘Almelo is van oudsher een textielstad. Onze ouders werkten naast de Turkse werknemers in de textielfabrieken. Bovendien zijn er al genocidemonumenten, ik zie niet waarom dit monument de boel opeens op scherp zou zetten.’

Gelici vindt niet dat het monument te groot is voor Almelo. ‘Het is volgend jaar honderd jaar geleden. Dat is een belangrijk moment voor ons. Het is een gedenksteen voor alle Armeniërs in Europa,’ zegt het raadslid. Het woord genocide zal dan ook gewoon op het bouwwerk blijven staan.

‘Nederland heeft de Armeense genocide met de motie Rouvoet in 2004 officieel erkend. Daar komt bij dat het monument op eigen grondgebied staat. Dit is een democratisch land. Honderd jaar geleden zijn we weggevlucht omdat we niet mochten zeggen wat we dachten, we laten ons niet nog een keer de mond snoeren’.

Volg Servaas van der Laan op Twitter