Wat u moet weten over terreur uit de Kaukasus

30 december 2013Leestijd: 2 minuten

De afgelopen twee dagen is de Russische stad Volgograd het toneel geweest van twee bloedige aanslagen, vermoedelijk gepleegd door islamitische terroristen uit de noordelijke Kaukasus.

Dit gebied, op de grens van het uiterste zuidoosten van Europa en het westen van Azië, is onderdeel van de Russische federatie en bestaat uit zeven deelrepublieken, waaronder de autonome republieken Tsjetsjenië en Dagestan.

De laatstgenoemde republiek kreeg bijvoorbeeld naamsbekendheid door de ontvoering van hulpverlener Arjan Erkel en de gebroeders Tsarnajev die een aanslag pleegden bij de marathon van Boston.

Lappendeken

De regio geldt, naast een lappendeken van culturen, religies en talen, als een broedplaats voor terroristische activiteiten. De terroristen die zichzelf zien als onafhankelijkheidsstrijders, vinden hun inspiratie voor hun ‘strijd’ bij het wahabisme.

Dat is een strenge lezing van de islam die over kwam waaien vanuit Saudi-Arabië. De Tsjetsjeense terroristen kregen dan ook hulp van buitenlanders die door dezelfde ideologie waren aangeraakt.

Gijzeling

Na de eerste Tsjetsjeense oorlog (1994-1996) tussen Rusland en de Tsjetsjenen viel het Russische leger in 1999 de opstandige republiek opnieuw binnen.

Hoewel die oorlog drie jaar later in het voordeel van de Russen werd beslist, volgden terreuraanslagen- en acties door Tsjetsjeense islamitische fundamentalisten elkaar snel op.

Een gijzeling in 2002 in een theater in de Russische hoofdstad Moskou kende, na bestorming van Russische troepen, een bijzonder bloedige afloop: 129 gegijzelden vonden de dood.

In de stad Beslan in de republiek Noord-Ossetië bestormen twee jaar later gewapende mannen en vrouwen een school en nemen honderden scholieren, leraren en ouders in gijzeling. 334 van hen komen om het leven.

Winterspelen

De aanslagen van de afgelopen dagen komen op een moment dat Rusland zich voorbereidt op de Olympische Winterspelen van Sotsji.

De autoriteiten zijn bang dat de stad die voor Russische begrippen met zo’n 700 kilometer redelijk dicht bij Volgograd ligt tijdens het grote evenement een doelwit is voor terroristen.

De terrorisme-expert Artoer Atajev vreest dan ook dat de aanslagen op het treinstation en de trolleybus een ‘test’ waren voor het ‘echte werk’ in Sotsji: ‘Het lijkt er (…) op dat ze (de terroristen, red.) simpelweg de veiligheidsstructuur in verschillende Russische steden aan het testen zijn.’