Oeps, Jeb Bush verspreekt zich: ik ben presidentskandidaat

14 mei 2015Leestijd: 2 minuten
''

Hij wordt beschouwd als een van de grootste kanshebbers voor de Republikeinse nominatie voor het Amerikaanse presidentschap. Jeb Bush hield er lang zijn mond over, maar nu is hem toch iets ontglipt.

In een gesprek met journalisten in Reno, Nevada, heeft de 62-jarige Bush per ongeluk gezegd dat hij presidentskandidaat is.

Maar nog voor het einde van zijn zin trok de gedoodverfde rivaal van de Democratische presidentskandidaat Hillary Clinton zijn woorden al weer in.

Op de vraag of Bush de oorlog in Irak anders had aangepakt dan zijn broer George W – tussen 2000 en 2008 de Amerikaanse president – antwoordde Jeb: ‘Ik ben kandidaat in 2016 en wij willen ons richten op hoe we – als ik me kandidaat stel – langdurige economische groei kunnen creëren.’
http://www.youtube.com/watch?v=ITfIHzyfVgQ?feature=player_detailpage

Geen besluit

Later wilde hij het nog eens benadrukken: ik heb echt nog geen besluit genomen of ik mij wel of niet kandidaat stel voor de presidentsverkiezingen. ‘Ik ben officieel nog geen kandidaat. Ik reis door het land om een besluit te nemen, om te kijken of ik genoeg steun heb als ik besluit door te gaan.’

Een paar dagen geleden verdedigde hij in een interview met Fox News zijn broer over de inval in Irak in 2003. Ik zou, net als Hillary Clinton, precies hetzelfde hebben besloten, zei Jeb Bush. ‘Dat zou iedereen hebben gedaan met de informatie waar we toen over beschikten.’

Islamitische Staat

Op het gebied van het Midden-Oosten, krijgt hij advies van zijn broer, zei hij tijdens het vraaggesprek. Een studente luchtte gisteren tijdens de kiezersbijeenkomst in Nevada haar hart over het Irak-beleid van George.

‘Uw broer creëerde Islamitische Staat,’ beet zij Jeb Bush toe. ‘Toen het Iraakse leger werd ontbonden, werden 30.000 mensen werkloos, maar hadden ze wel toegang tot alle wapens.’

Bush antwoordde dat hij het oneens is met die stelling: ‘Toen we ons terugtrokken uit Irak was de veiligheid geregeld. Het was een broos systeem, maar dat had het sektarische geweld kunnen stoppen.’