Ambtenaren zijn geen politieke dieren

Caspar Veldkamp en Dick Schoof. (Foto: ANP).

Politiek is een vak, een ambacht. De realiteit van politiek, met uitzondering van despotische staatsvormen, drijft op een onstuimige zee van draagvlak. Soms moet de politieke stemming juist door hyperemoties van haar emotionele lading worden ontdaan. Oud-premier Mark Rutte was er een meester in, schrijft Afshin Ellian.

Terecht verkoos EW Magazine hem tot de Nederlander van het Jaar. Hoe Mark Rutte de Verenigde Staten van Trump – ondanks alle strubbelingen en scheldpartijen – binnen de Europese NAVO heeft weten te houden, is een klassiek voorbeeld van ambachtelijk politiek bedrijven. Heiligt het doel dan de middelen? Nee, er zijn morele grenzen die politici niet moeten overschrijden. En ja: wanneer het om de existentie van een staat of een continent gaat, zijn diverse middelen toegestaan. De politieke ambachtsman weet precies welk doel welk ongewoon middel rechtvaardigt.

De moderne ambtenaren zijn buitengewoon goed in het maken van scenario’s met de bijbehorende doelen en middelen. Maar ze hebben geen verstand van draagvlak (legitimiteit). Het creëren van politiek draagvlak is geen theoretisch vak dat je in de collegezaal kunt leren.

Oud-minister Caspar Veldkamp: ‘Ik zat van twee kanten klem’Oud-minister Buitenlandse Zaken Caspar Veldkamp

Naar het artikel
Meer van Victor Pak

Caspar Veldkamp en Dick Schoof

Rob de Wijk is goed in intelligente analyses en scenario’s, maar politiek handelen is niet zijn vak. In het kabinet-Schoof zaten twee topambtenaren: Dick Schoof en Caspar Veldkamp.

Schoof is vooralsnog succesvoller dan Veldkamp. Schoof had en heeft de moeilijke opdracht om in de Kamer en de samenleving draagvlak te creëren voor het kabinetsbeleid. Hij wist het kabinet niet bij elkaar te houden, omdat hij in de Kamer geen partij heeft die achter hem staat en hem van steun voorziet.

Veldkamp is een kundige en waardige diplomaat (een ambtenaar). Ik had en heb respect en een zwak voor hem. Maar hij verwarde de politiek met de ambtelijke wensen, idealen en waarheden. Politici zijn weerbaar.

Tegenstanders Veldkamp uiten extreem taalgebruik

Veldkamp was niet bestand tegen de politieke en maatschappelijke druk: ‘De toon in de Kamer werd steeds schriller. Dieptepunt vond ik het Kamerdebat op 7 augustus, waar Stephan van Baarle zei: “Deze minister heeft bloed aan de handen!” Sarah Dobbe van de SP, die in de Kamer zei: “Deze minister is medeplichtig aan genocide!”’

Dit radicale en onbetamelijke taalgebruik is helemaal niet bijzonder, maar van alle tijden. Veldkamp moet zich afvragen waarom hij niet in staat was om NSC, VVD en zelfs PVV te mobiliseren tegen de onbetamelijke houding van anderen jegens zijn persoon en zijn ambt.

Nog een voorbeeld: ‘Buiten Den Haag was het niet anders. Een directeur van Oxfam Novib die herhaaldelijk op tv zegt dat deze minister persoonlijk medeplichtig is aan genocide. Ja, dan ga je op de man spelen, dan ga je een heel schandalige karikatuur maken van mijn beleid. En je schrikt ervan waartoe dat mensen aanzet.’

Een politicus weet dat Oxfam Novib een spectrum van de politiek (GroenLinks) vertegenwoordigt. Een politicus zou als minister Oxfam Novib in het openbaar wegens extremistische uitingen hebben geboycot. Daarmee maakte Veldkamp zichzelf bij de PVV-Kamerleden en aanhang populair. Is dat belangrijk? Ja, want dan kan hij bij hen draagvlak creëren voor zijn milde beleid.

Lees ook: Dick Schoof is een ambtenaar in het Torentje

Veldkamps diplomatieke selectiviteit

Veldkamp gelooft dat we in Nederland geopolitiek bijziend zijn. Dat is nogal een uitspraak. Maar hij verwart het geopolitieke beleid dat op macht gericht is met de geopolitieke neutraliteit van een postbode: ‘Als je wilt vermijden dat het hele Midden-Oosten nog verder in de fik gaat, moet je diplomatieke kanalen openen. En ik vind dat Nederland zo’n kanaal moet zijn.’

Diplomatieke kanalen heeft hij zeker geopend, vooral met het Iraanse regime. Wat heeft dat opgeleverd? Niks. Echt helemaal niks. Tenzij Caspar gelooft dat de Nederlands politiek een mondiale diplomatieke postbode is.

Als hij in plaats van een diplomatiek kanaal naar Teheran, een harde lijn had uitgezet tegen het regime van ayatollahs (in een coalition of the willing binnen Europa), dan had hij heel dicht bij Jeruzalem gezeten, waar hij invloed kon uitoefenen en op de hoogte worden gehouden van toekomstige Israëlische stappen. En via Jeruzalem zat hij helemaal in het Witte Huis. Maar dit soort handelingen vereist politieke ambachtelijkheid, moed en snelheid. Dat is precies het verschil tussen de politicus Rutte en de ambtenaren Schoof en Veldkamp.

Veldkamp was niet bestand tegen de politieke en maatschappelijke druk

Politieke ervaring versus praktijkervaring

Terecht keert Veldkamp zich tegen de getuigenispolitiek. Echter, gegrepen door getuigenispolitiek bracht hij zijn eigen ministerschap tot een einde, net als de aanwezigheid van zijn partij in het kabinet. Zijn Gaza-beleid kon geen wapenstilstand teweegbrengen. Het was Trumps beleid dat tot de wapenstilstand in Gaza leidde. Ook intrigerend is dat Veldkamp voor een partij (NSC) van de getuigenispolitiek minister was geworden.

Jesse Klaver had hem gezegd dat politici ‘vooral vlieguren moeten hebben. Dan opereren ze effectief’. Daarop reageerde Veldkamp: ‘Ja, die heb je nodig in de politiek. Maar alsjeblieft, zorg dat je niet alleen beroepspolitici hebt. Zet daar ook mensen bij met praktijkervaring of levenservaring.’

Jammer: Klaver, de politieke vakman, had gelijk. Voor politiek moet je politieke ervaring hebben en een politiek dier zijn. Wellicht niet altijd het meest verheven dier.

Legitimiteit (draagvlak) is voor de meeste ambtenaren een onontgonnen terrein. Ze zijn immers van nature de uitvoerende armen van politiek. Minister Veldkamp was een voorbeeld van een intelligente toegewijde ambtenaar in een verkeerde positie.

Lees ook: Hoe werd Rob Jetten ineens de geloofwaardige premierskandidaat?