Eeuwige roem? Probeer het recept van Appie Baantjer

15 februari 2022Leestijd: 3 minuten
Het vertrouwde politieduo Vledder en De Cock uit de televisieserie Baantjer

De faam van schrijvers is meestal slechts van korte duur. Toch staat de naam van de in 2010 overleden Appie Baantjer nog steeds hoog in de bestsellerlijsten. ‘Hoe kan dat?’ vraagt Roelof Bouwman zich af.

Roelof Bouwman (1965) is historicus en journalist. Hij schrijft wekelijks over politiek, geschiedenis en media.

Op het waarheidsgehalte van sommige uitdrukkingen valt veel af te dingen. Dat geldt ook voor het gezegde ‘Wie schrijft, die blijft’. Oorspronkelijk – dat wil zeggen zo’n honderd jaar geleden – was het een verkoopslogan voor kantoorartikelen. Niet lang daarna werd het een gemeenplaats met een wat diepere betekenis. Iets in de trant van: ‘Wie schrijft, zal in zijn geschriften voortleven.’

In de praktijk komt daar bar weinig van terecht. Neem de Nederlandse literatuur van de negentiende eeuw. Maar heel weinig boeken uit dat tijdvak zijn in de boekhandel nog te koop. Eigenlijk heeft alleen Max Havelaar van Multatuli de tand des tijds ongehavend doorstaan. Louis Couperus (Eline Vere, De stille kracht), Hildebrand (Camera Obscura), Frederik van Eeden (Van de koele meren des doods) en Marcellus Emants (Een nagelaten bekentenis), wie leest ze nog?

Veel topauteurs uit twintigste eeuw weggezakt uit ons collectieve geheugen

Zelfs veel topauteurs uit de twintigste eeuw zijn weggezakt uit ons collectieve geheugen. Een mooi voorbeeld is Harry Mulisch.

Lees ook deze recensie van De ontdekking van Moskou van Harry Mulisch: ‘Grote Onvoltooide’ van Mulisch blijkt vooral een curiosum

Nadat zijn postuum verschenen dagboekaantekeningen (Logboek 1991-1992) en de onvoltooid gebleven roman De ontdekking van Moskou waren geflopt, verscheen in 2020 – ter gelegenheid van Mulisch’ tiende sterfdag – de aforismenbundel Ik kan niet dood zijn. Een notering in de Bestseller 60, de wekelijkse boekenhitparade van de CPNB, bleef wederom uit. Dat trieste lot trof ook De wondergrijsaard, het tezelfdertijd verschenen portret van Mulisch in zijn laatste jaren, geschreven door Onno Blom.

Wie eeuwige roem wil vergaren, zo lijkt het, kan in Nederland maar beter geen schrijver worden. Tenzij… je naam Appie Baantjer is.

Ook voor Baantjer lonkte de vergetelheid

De voormalige rechercheur van het voormalige Amsterdamse politiebureau Warmoesstraat overleed – net als Mulisch – in 2010, twee jaar na publicatie van zijn 70ste detectiveroman over zijn alter ego Jurriaan de Cock (‘met ceeooceekaa’). Al in 2006 was, na elf seizoenen, een einde gekomen aan de televisieserie Baantjer. Vergetelheid lonkte.

Maar het liep totaal anders. In 2012 werd de Baantjer-reeks hervat en verscheen deel 71: De Cock en de onzichtbare moordenaar. Geschreven door Peter Römer, wiens vader Piet schitterde in de tv-serie. Helemaal in de oergezellige stijl van de overleden meester, dus met een hoofdpersoon die zich onthoudt van schieten, vloeken en vreemdgaan. Vaste prik bleven De Cocks moeie voeten, zijn bezoeken aan het ‘etablissement’ van Smalle Lowietje en zijn ruzies (‘Eruit!’) met commissaris Buitendam.

Sinds 2017 scoren de Baantjer-boeken weer als vanouds

De herstart ging aanvankelijk niet van een leien dakje. De nieuwe titels – met bovenaan op het omslag, zoals gebruikelijk, in rode kapitalen de naam ‘BAANTJER’ en daaronder een typisch Amsterdams straatbeeld – verkochten weliswaar goed, maar top-tiennoteringen bleven uit.

Sinds de verschijning in 2017 van deel 80 (De Cock en de moord op maat) is dat echter veranderd en scoren de boeken weer als vanouds. Het onlangs gepubliceerde 90ste deel (De Cock en de moord op stand) haalde zelfs een tweede plaats in de Bestseller 60 en is het grootste Baantjer-succes sinds 2008.

Bestaat eeuwige schrijversroem dan toch? In elk geval is er voor Appie Baantjer een sluiproute gevonden. Misschien brengt het de erven van Harry Mulisch wel op een idee.