Een wegens discriminatie veroordeelde agent wordt toch geen chef bij de Vreemdelingenpolitie. Als de korpsleiding hem geschikt acht, dan moet die hem niet meteen laten vallen, schrijft Gerlof Leistra.
Het getuigt van lef om een agent die zich op Sinterklaasavond 2020 in Dordrecht misdroeg bij de aanhouding van een zwarte man, 2,5 jaar later voor te dragen voor een chefsfunctie bij de Vreemdelingenpolitie. De agent was veroordeeld omdat hij de man tijdens een worsteling ‘kutneger’ had genoemd. Dat was uit het proces-verbaal gehouden, maar kwam dankzij NRC alsnog boven water.
Benoeming kreeg steun van de vakbond
Na zijn veroordeling heeft de agent naar verluidt hard aan zichzelf gewerkt. Blijkbaar zo overtuigend dat Westerbeke hem nu geschikt acht voor een leidinggevende functie bij de Vreemdelingenpolitie. Dat voornemen kreeg steun van de grootste politievakbond ACP en van collega’s van de agent in Dordrecht.
Maar je kon erop wachten dat er kritiek zou loskomen. En die kwam er, onder anderen van agenten met een migratieachtergrond en van de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme, Rabin Baldewsingh.
Fluwelen handschoenen
Westerbeke werd eerder verweten dat hij agenten die deelnamen aan een racistisch appgroepje met fluwelen handschoenen had aangepakt: die werden niet ontslagen, maar overgeplaatst en kregen alleen een schriftelijke berisping.
Dat de eenheidschef nu opnieuw zijn neus stoot, was te voorkomen geweest. Juist deze benoeming lag niet voor de hand. Je bombardeert een veroordeelde brandstichter ook niet tot hoofd van de brandweer. Er waren vast wel meer interessante functies voor de betrokken agent.
Als je hem toch geschikt vindt voor de Vreemdelingenpolitie, blijf dan bij je besluit en verdedig dat met verve. Nu zijn er alleen maar verliezers.