Koning terug in kabinetsformatie is zo gek nog niet

27 februari 2023Leestijd: 3 minuten
De formatie zit vast, want de partijbelangen overheersen. De Koning mag niet sturen, terwijl de Kamer kronkelt. Er is een krachtpatser nodig. Foto: Phil Nijhuis/ANP

De chaotische kabinetsformatie van 2021 – die van ‘functie elders’ – noopt tot ingrijpen in de procedure. Dat adviseert een commissie van deskundigen aan de Tweede Kamer. Een welkome aanbeveling, schrijft Carla Joosten. Zo veel onduidelijkheid over de regeringsvorming als nu, is onbestaanbaar.

Sinds tien jaar worden kabinetsformaties geëvalueerd. Vorige week verscheen de onthutsende evaluatie van de rommelige formatie van 2021, waarin opvalt hoeveel verwarring er heerst bij de diverse spelers over de spelregels. Ook blijkt duidelijk dat er een spelleider ontbreekt.

Hoe verloopt een kabinetsformatie elders?

Aanbevelingen voor een strakkere en snellere formatie

‘Het mag toch wel opmerkelijk heten – om het voorzichtig te formuleren – dat er onder (vooraanstaande) politici zo’n grote onduidelijkheid bestaat over positie, rol en taken van de Tweede Kamer ten tijde van de kabinetsformatie,’ aldus de commissie van deskundigen die de formatie evalueerde. ‘Wat het nu precies betekent dat de Kamer in 2012 de formatierol van de Koning heeft overgenomen, is eigenlijk in nevelen gehuld.’

Kamervoorzitter Vera Bergkamp draaide er bij de ontvangst van het rapport niet omheen. ‘De formatie heeft het vertrouwen in politiek en bestuur niet doen toenemen. Zeg ik subtiel.’

De evaluatiecommissie doet aanbevelingen om aan die onwetendheid een einde te maken en om het proces strakker – minder chaotisch – te laten verlopen. Zo moet er meer helderheid komen over de spelregels en is vertrouwelijkheid een voorwaarde om het proces goed te laten verlopen. Ook moeten Koning en Kamer goed worden geïnformeerd na elke fase van de formatie.

Deadlines creëren meer duidelijkheid over de voortgang

De formatie van Rutte IV vestigde, als tweede formatie op rij, een ‘duurrecord’ (299 dagen). De onderzoekers stuitten op grote onvrede hierover en bevelen aan om voortaan deadlines te stellen voor de afronding van elke fase van de formatie.

De voordelen van zulke deadlines zijn, aldus de commissie, helder: ze voorkomen eindeloze informatiefases, geven de Kamer meer controle over het proces en creëren meer duidelijkheid over de voortgang. Zo wordt tevens de ‘spanning’ erin gehouden en blijft de urgentie.

Overigens moeten die deadlines niet, zoals de commissie het noemt, ‘fataal’ zijn. Zoals in Israël, waar een door de president aangewezen partijleider een kabinet moet vormen binnen een gestelde termijn. Wordt die termijn overschreden, dan mag een ander het proberen. Volgens de Nederlandse evaluatiecommissie leidt dit systeem in Israël niet tot stabiele kabinetten. Bovendien herbergt deze methode het gevaar dat partijen aansturen op een mislukking van de formatie, aldus de commissie.

Niet gek om buitenstaander spelleider te maken

Sinds 2012 heeft de Tweede Kamer de regie van de formatie zelf in handen. Daarvoor had de Koning(in) een sturende rol. Na de verkiezingen van 2012 en 2017 bleek de afwezigheid van de spelleider in het paleis geen probleem. Wel was de formatie van 2017, die circa 7,5 maand duurde, de langste tot dan toe.

Lees dit commentaar van Arendo Joustra over de formatie 

Formatie

Na de moeizame formatie in 2021 drong EW er al op aan om de regie te geven aan een buitenstaander, die de natie vertegenwoordigt en zo bij de formatie betrekt. Dat hoeft niet de Koning te zijn, al voldoet hij aan alle eisen voor de functie. De evaluatiecommissie doet die aanbeveling niet, maar commissievoorzitter Carla van Baalen liet zich na afloop van de presentatie van het evaluatierapport ontvallen dat de terugkeer van de Koning in de kabinetsformatie goed kan uitpakken. Een onpartijdig spelleider kan geen kwaad in een proces waaraan inmiddels zo’n twintig partijen meedoen.

Met een dergelijk besluit zou gebeuren wat toenmalig D66-leider Hans van Mierlo  al eens het ‘hangende-pootjes-scenario’ noemde. De Kamer had in 1971 de kabinetsvorming naar zich toegetrokken, maar kwam niet tot regeringsvorming – waarna het parlement alsnog een beroep op de Koningin moest doen.