Pillen bij de Praxis. Wat is het probleem?

20 januari 2023Leestijd: 2 minuten

Het kabinet wil de regels voor medicijnverkoop versoepelen. De Tweede Kamer is verdeeld. Artsen en apothekers vrezen verkeerd medicijngebruik. Ten onrechte: minister Ernst Kuipers (D66, Volksgezondheid) heeft gewoon gelijk als hij bij wet wil vastleggen wat allang praktijk is, schrijft Bram Hahn.

Sinds de Geneesmiddelenwet van 2007 zijn zelfzorgmedicijnen verdeeld in drie categorieën. De categorie bepaalt waar ze mogen worden verkocht:

  • Uitsluitend Apotheek (UA): geneesmiddelen met een mild risico
  • Uitsluitend Apotheek of Drogist (UAD): geneesmiddelen met een laag risico
  • Algemene Verkoop (AV): geneesmiddelen met een zeer laag risico

Abonnee worden?Dagelijks op de hoogte blijven van de laatste actualiteiten, achtergronden en commentaren van onze redactie? Bekijk ons aanbod en krijg onbeperkt toegang tot alle digitale artikelen en edities van EW.

Bekijk de mogelijkheden voor een (digitaal) abonnement hier

Die laatste categorie medicijnen mag al overal worden verkocht, ook in de supermarkt, bouwmarkt en het tankstation. Bij de middelste categorie ligt het ingewikkelder. Het gaat om middelen als neusspray, maagzuurremmers en zwaardere pijnstillers als ibuprofen en diclofenac. Daar moet je niet te scheutig mee zijn. Het is goed om mogelijke bijwerkingen te kennen, evenals mogelijke effecten in combinatie met andere medicijnen.

Om deze categorie middelen te kunnen kopen, is geen recept van een arts nodig. Wel is toezicht van een apotheker of drogist geboden, al is niet precies helder wat dat laatste inhoudt.

Pijnstillers uit de supermarkt

Middelen uit die middelste categorie zijn in de praktijk allang verkrijgbaar op plekken waar geen drogist te bekennen is. Zo vindt supermarktketen Albert Heijn dat het vereiste advies en toezicht ook op afstand via een scherm of telefoon kunnen worden geregeld. Dat is wezenlijk anders dan bij drogisterijen als Kruidvat en Etos, waar altijd een gediplomeerd (assistent-)drogist aanwezig is.

De vraag is of dat toezicht in de praktijk veel om het lijf heeft. Meestal blijft de voorlichting beperkt tot de vraag of de klant nog vragen heeft. Bovendien kun je in die winkels ook tal van medicijnen kopen via de zelfscankassa, die voor de vorm nog even vraagt of je toelichting wil. Omdat Etos onder Ahold valt, kan Albert Heijn zich weer beroepen op de drogist-op-afstand van zijn drogisterij-dochter en volstaan met een scherm waar geen klant op let.

Vrees voor gezondheidsschade lijkt ongegrond

Het kabinetsvoorstel wil dat voor verkoop van de middelste categorie medicijnen geen voorlichting door een aanwezige (assistent-)drogist vereist is. Advies via een scherm of op afstand mag ook. Precies zoals het op veel plekken al gaat.

Verwarrend, maar aan de andere kant: eigenlijk gaat het zo al jaren goed. De gevreesde hausse aan ziekenhuisopnames na verkeerd medicijngebruik bleef uit. En er zijn mensen die deze middelen nodig hebben buiten de openingsuren van de apotheek of drogist. Voor hen is het handig dat je ze ’s avonds of in het weekeinde elders kunt krijgen.

Ook in andere Europese landen levert de ruime verkrijgbaarheid geen noemenswaardige problemen op. Het moet niet aan de overheid zijn of je de middelen kunt halen bij de Jumbo en de Praxis.