Waarom Defensie Special Forces vaker moet inzetten

30 juni 2015Leestijd: 2 minuten

Nederland moet zijn achthonderd Special Forces vaker inzetten. Bovendien moeten deze speciale militairen van het Korps Commando Troepen en de ‘kikvorsmannen’ van het Korps Mariniers vaker samen optrekken.

Dit staat in het nog geheime rapport Schaduwkrijgers in het licht van de toekomst. Minister Jeanine Hennis van Defensie heeft dit rapport laten opstellen door het Centre for Strategic Studies in Den Haag.

Geheime operaties

Ondanks de bezuinigingen op Defensie is het aantal ‘Special Forces’ de afgelopen jaren flink gestegen. Er zijn nu achthonderd ‘schaduwkrijgers’. Zij worden op diverse plaatsen in de wereld ingezet. Soms, zoals thans in Mali en Irak, beraden kabinet en Kamer zich eerst over de missie.

Maar de Special Forces voeren ook geheime operaties uit, waarover de Tweede Kamer niet per se vooraf of achteraf hoeft te worden geïnformeerd.  De premier beslist in het diepste geheim samen met de ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken over zo’n operatie, diep in vijandelijk terrein.

‘Voor het type operaties dat nu en waarschijnlijk in de toekomst van krijgsmachten wordt verwacht, zijn Special Forces bij uitstek van meerwaarde,’ staat in het rapport. Daarmee wordt gedoeld op de opmars van terreurbeweging Islamitische Staat en de ‘hybride oorlogsvoering‘ door de Russische president Vladimir Poetin.

De ‘schaduwkrijgers’ zijn getraind om achter de vijandelijke linies te opereren. Zij gaan als het ware op in hun omgeving om inlichtingen te verwerven en politiek-militaire werkzaamheden uit te voeren. Onder het codewoord  ‘Direct Action’ treden ze ook op tegen terroristen.

Hoofdrol

De afgelopen jaren werkten het Korps Commando Troepen en de Maritime Special Operations Forces (MARSOF) nauw samen in Afghanistan, maar in Haagse defensie-kringen was er ook een zekere wedijver. Landmachtofficieren zagen een hoofdrol weggelegd voor hun commando’s, terwijl marineofficieren vonden dat hun MARSOF (‘kikvorsmannen’) aan de beurt was.

Het rapport over de schaduwkrijgers laat zich lezen als een pleidooi om deze onderlinge competitie snel te beëindigen. Maar de aanbevelingen gaan niet zover dat er een fusie moet komen tussen beide eenheden.