Zo werd ‘Nederlandse Weinstein’ Gosschalk onttroond

08 november 2017Leestijd: 3 minuten
Regisseur Job Gosschalk - ANP

De val van de eerste prominent in de Nederlandse filmwereld naar aanleiding van #MeToo is een feit. Diverse acteurs doen aangifte tegen regisseur en film- en televisieproducent Job Gosschalk, die eerder al toegaf ‘seksueel grensoverschrijdend gedrag’ te hebben vertoond.

Volgens misdaadjournalist Peter R. de Vries, nauw betrokken bij een wekenlang onderzoek van RTL Boulevard naar Gosschalk, doen diverse acteurs aangifte tegen de regisseur. Voor het onderzoek werden gesprekken gevoerd met ruim zeventig mensen. Twintig van hen stellen onafhankelijk van elkaar dat Gosschalk tussen 2002 en 2016 ‘grenzen overschreed’.

In een verklaring bekent de producent dat hij in zijn omgang met acteurs te ver is gegaan.

‘Het klopt dat ik één-op-één met acteurs aan scènes heb gewerkt, ook bij mij thuis,’ schrijft Gosschalk. ‘Het is voorgekomen dat ik daarbij acteurs heb gevraagd hun kleren uit te doen. Ik ben daarbij in een aantal gevallen, besef ik nu, over grenzen gegaan.’ Gosschalk is in Nederland tot dusver de meest prominente figuur in de mediawereld die ten val wordt gebracht door de aanhoudende discussie rondom #MeToo.

Uitkleden tijdens privéles

Bij weekblad Nieuwe Revu hebben zich zeven mensen gemeld met verhalen over Gosschalk, maar niet iedereen wilde meewerken aan het artikel hierover. In een publicatie dinsdag beschuldigen drie acteurs de producent van seksuele intimidatie. Etienne Poeder, hoofdrolspeler in de musical The Lion King uit 2005, verklaarde dat hij zich tijdens een privésessie met Gosschak moest uitkleden. ‘Hij vertelde me dat ik dat gewoon moest kunnen, ook als hij ter plekke zou gaan staan masturberen.’ Poeder zei zich hierbij ‘zeer ongemakkelijk’ te hebben gevoeld. Ook de andere twee acteurs, die anoniem blijven, hebben verhalen over audities waarbij ze zich moesten uitkleden of seksuele handelingen bij zichzelf moesten verrichten.

Bij NOS op 3  vertelt acteur Winston Post een vergelijkbaar verhaal. Hij brak een dergelijke ‘bijlessessie’ af toen hij door de regisseur gevraagd werd te masturberen in een potje.

‘Wilde geruchten kloppen niet’

Gosschalk wil persoonlijk zijn excuses maken aan mensen ‘die hij heeft gekwetst of een pijnlijke herinnering heeft bezorgd’. Hij ontkent dat er ooit sprake is geweest van fysiek contact. Ook ‘wilde geruchten over drugs, betasten en minderjarigen’ kloppen volgens hem niet.

Gosschalk geldt als zeer invloedrijk in de Nederlandse entertainmentwereld. Hij werd bekend als mede-eigenaar van castingbureau Kemna Casting. Later was hij als producent betrokken bij veel succesvolle films, zoals Alles is Liefde, tv-series en theaterproducties, zoals de musical De Marathon. Niet zonder reden werd hij de ‘Nederlandse Harvey Weinstein’ genoemd.

Volgens Gosschalk zijn (oud-)collega’s nooit op de hoogte geweest van de dingen die hij deed tijdens de oefensessies met acteurs.

Gosschalk is niet de eerste in Nederland die in verband wordt gebracht met de zogenoemde #MeToo-discussie. #MeToo begon in de Verenigde Staten met de zaak rond Hollywood-producent Harvey Weinstein, die door talrijke vrouwen is beschuldigd van intimidatie en verkrachting. Acteur Kevin Spacey viel snel daarna ook van zijn voetstuk.

‘We herkennen ons niet in de aantijgingen’

De afgelopen weken zijn ook mensen uit de Nederlandse theaterwereld beschuldigd van seksuele misstappen. Zo verliet De Vlaamse acteur Jappe Claes Het Nationale Theater en werd een docent van de Toneelacademie in Maastricht geschorst. Regisseur Ruut Weissman mocht niet bij de première zijn van zijn musical Fiddler on the Roof in het DeLaMar Theater na beschuldigingen van seksueel grensoverschrijdend gedrag. De cast sprak zondag bij de première zijn steun voor Weissman uit. ‘We herkennen ons niet in de aantijgingen die in de media zijn verschenen (…) Liever hadden we uw applaus met onze regisseur gedeeld,’ stond in een inlegvel bij het programmaboekje.

In het kader van #MeToo trad ook journalist Jelle Brandt Corstius naar buiten. In een column in dagblad Trouw stelde hij slachtoffer te zijn van seksueel misbruik. Dat zou zich hebben afgespeeld in 2002, toen hij stagiair was op de redactie van het programma Barend & Van Dorp. Uit angst te worden aangeklaagd voor smaad weigerde Brandt Corstius een naam te noemen, maar al snel werd duidelijk dat het ging om televisieproducent Gijs van Dam.

Die schoof op 30 oktober aan in praatprogramma Pauw om te reageren op de beschuldigingen. Hij ontkende alle aantijgingen en stelde dat er alleen sprake was van seks met wederzijdse instemming. De rechter zal zich buigen over de zaak. Van Dam heeft aangifte gedaan wegens smaad en Brandt Corstius van seksueel misbruik.