Hoezo is Oekraïne geen natiestaat?

02 maart 2022Leestijd: 5 minuten
Thierry Baudet (FvD) tijdens het Oekraïnedebat in de Tweede Kamer op 28 februari. Foto: ANP / Hollandse Hoogte / Dirk Hol

Het is een hardnekkige mythe dat Oekraïne geen natiestaat zou zijn. Niet alleen Poetin zelf , maar ook zijn westerse apologeten zoals Thierry Baudet, proberen daarmee de meedogenloze invasie van Rusland in Oekraïne goed te praten. Maar het land is wel degelijk een natiestaat, aldus historicus Job van den Broek op EW Podium.

Job van den Broek (1997) studeerde politieke en militaire geschiedenis en werkt als adviseur bij een brancheorganisatie. Daarnaast is hij actief lid bij het CDA en kandidaat voor de gemeenteraadsverkiezingen in Utrecht.

Dit is een artikel voor EW Podium. Daarop publiceert de redactie van EW elke week meerdere artikelen van jonge schrijvers, die vanuit hun eigen onderzoek, expertise of werkervaring willen bijdragen aan het publieke debat.

Het was zo ongeveer één van de eerste dingen die Poetin zei in de hallucinante speech waarmee hij zijn inval in Oekraïne inleidde: ‘Oekraïne is geen staat, maar een creatie van Lenin.’ Dit argument was een week later ook te horen in onze eigen Tweede Kamer, toen Thierry Baudet te kennen gaf dat Oekraïne in zijn ogen helemaal geen natiestaat is. Baudets argumentatie dat Oekraïne wegens een gebrek aan etnische en linguïstische eenheid geen natiestaat zou zijn, laat vooral zien hoe weinig Baudet snapt van het begrip ‘natie’ en hoe gefixeerd hij is op etniciteit.

Toen Pieter Omtzigt hem er terecht op aansprak dat Canada – door Baudet zo geprezen – evenmin een etnisch of linguïstisch homogeen land is, kwam de FVD-leider niet verder dan een warrig betoog dat Canada onder deze omstandigheden wel een natiestaat is omdat het federaal georganiseerd is. Of zoiets.

Verschillende vormen van natiestaten

Dat deze redenering aan alle kanten rammelt, hoef ik hopelijk niet uit te leggen. Wat ik wel zou willen doen, is u kort meenemen in de geschiedenis van Oekraïne én de definitie van het begrip natiestaat. Dat begrip is immers helemaal niet zo nauw geformuleerd als Poetin en Baudet ons willen doen geloven. Zo maken historici, politicologen en sociologen vaak onderscheid tussen zogeheten ‘etnisch nationalisme’ en ‘civiel nationalisme’, waarbij het bij de eerste vorm vooral draait om een gedeelde etniciteit, taal en geschiedenis – de staat als culturele gemeenschap – en de tweede zich juist richt op gedeelde normen en waarden en een gedeeld geloof in waar de natie voor staat, oftewel: de staat als politieke gemeenschap.

De meeste (centraal-)Europese landen zijn gevormd op basis van etnisch nationalisme, terwijl landen als de Verenigde Staten, Canada maar ook bijvoorbeeld Frankrijk meer op het civiele model zijn gebaseerd.

Oekraïne is een hybride natiestaat

De Oekraïense staat is in dit bipolaire beeld van natiestaten een beetje een vreemde eend in de bijt, omdat het elementen van beide bevat. Oekraïne is niet één etnisch en linguïstisch geheel: naast 78 procent etnische Oekraïners telt het land ook nog een flinke minderheid van zo’n 18 procent Russen. Daarmee wonen er overigens relatief nog steeds meer etnische Oekraïners in Oekraïne dan er etnische Nederlanders in Nederland wonen (dat is zo’n 75 procent).

Lees ook van Job van den Broek op EW Podium: Maar één sanctie kan Poetin raken: het gas

 

Gas Poetin

Dat is echter niet het hele verhaal: van de etnische Oekraïners spreekt door jarenlange Russische onderdrukking een substantieel deel Russisch als eerste taal. Zo’n 50 procent van de Oekraïners geeft aan het Russisch ofwel als enige moedertaal te hebben, ofwel samen met het Oekraïens als moedertaal te zien. Tel hierbij op dat deze verdeling vrij geografisch is bepaald – Oekraïens-sprekenden in het westen van het land, Russisch-sprekenden in het oosten – en het wordt ineens duidelijk waar de claim van Poetin en Baudet vandaan komt.

Oekraïne is niet zo verdeeld als Poetin wil doen geloven

Toch zijn de etnische Oekraïners en Russen en de Oekraïens-sprekenden en Russisch-sprekenden helemaal niet zo verschillend als Poetin en zijn bondgenoten ons willen doen geloven. De mensen die de Oekraïense laagvlakten bewonen, waren al vanaf de tiende eeuw na Christus onderdeel van het Kiyiv-Russische rijk van Volodymir de Grote, de spirituele pater patriae van zowel Oekraïne als Rusland.

Na de val van dit rijk in de dertiende eeuw gaan het gebied dat later Oekraïne wordt en Rusland beide huns weegs. Regelmatig strijden ze samen tegen gemeenschappelijke vijanden: de Mongoolse hordes, de Polen, de Litouwers en de Ottomanen. Pas vanaf de laat-zeventiende eeuw gaat Rusland de gebieden rondom de Dnjepr overheersen. Tijdens de Eerste Wereldoorlog – ‘de hoogmis van het nationalisme’ – kwam aan de Russische overheersing een voorzichtig einde.

Een natiestaat die nooit de kans kreeg

In 1917 ontstond zo de eerste echte Oekraïense staat, die qua oppervlakte nog een stuk groter was dan het moderne Oekraïne en stukken van Rusland bevatte waar nog steeds een grote groep etnische Oekraïners woont. Lang duurde dit niet: de onrust die in Oost-Europa ontstond na de Russische revolutie en de Eerste Wereldoorlog hield ook de prille Oekraïense staat in z’n greep en na een kort maar roerig bestaan viel het overgrote deel van de nieuwbakken Oekraïense Volksrepubliek in 1920 in handen van de Sovjet-Unie. Oekraïne wilde wel, maar kreeg van de Russen de kans niet. In die zin herhaalt de geschiedenis zich nu.

Als een land van zijn grote buurman nooit echt de kans krijgt een zelfstandige natiestaat te zijn, betekent dat nog niet dat het dat niet is. Landen als Slowakije of Estland kennen in die zin een geschiedenis die vergelijkbaar is met die van Oekraïne: ook zij werden pas voor het eerst echt onafhankelijk na de Eerste Wereldoorlog omdat ze altijd werden gedomineerd door grotere buurlanden – en ook zij kennen substantiële minderheden binnen de grenzen. Niemand zal echter beweren dat Slowakije of Estland geen echte natiestaten zijn.

Oekraïne: nationalisme in een snelkookpan

Daar komt nog eens bij dat het nationalisme in Oekraïne sinds 2014 in een snelkookpan is gegaan. De Russische ‘interventie’ in de Krim en de Donbas heeft Oekraïners van elke etniciteit alleen maar dichter bij elkaar gebracht. Ook etnische Russen zitten vaak helemaal niet te wachten op Rusland. Was Oekraïens nationalisme ooit iets wat voornamelijk leefde ten westen van de Dnjepr, bij de huidige Russische invasie staan de voornamelijk Russisch-sprekende inwoners van oostelijke steden als Charkov en Marioepol klaar om de binnenvallende Russen eens goed de waarheid te vertellen – inclusief blauw-gele vlaggen en vergezeld door de bitterzoete klanken van het Oekraïense volkslied.

Het feit dat etnische Russen, die zowel hun taal als grote delen van hun cultuur delen met Rusland, toch overduidelijk de kant van hun vaderland Oekraïne kiezen, laat boven alles zien hoe sterk het civiel-nationale bewustzijn van Oekraïne intussen is ontwikkeld. En ook hoe weinig Poetin en zijn marionetten in het westen eigenlijk begrijpen van de natiestaat.