Jeroen Klumper (Tata Steel): ‘Staal is hét metaal van de energietransitie’

19 oktober 2023Leestijd: 8 minuten
Jeroen Klumper: ‘Dit is met afstand het grootste vergroeningsproject van Nederland’. Foto: Guido Benschop

Jeroen Klumper (47) leidt de vergroening van Tata Steel in IJmuiden – de grootste vervuiler van Nederland. Hoe pakt hij dat aan?

Tata Steel. Misschien wel het bedrijf waar het meest over te doen is in het klimaatdebat. En niet zonder reden: de staalproducent in de IJmond is met afstand de grootste CO2-uitstoter van Nederland. Verduurzaming is noodzakelijk. Als het Tata Steel lukt om zijn verduur­zamingsplannen te verwezenlijken, dan zet Nederland een belangrijke stap in het halen van de klimaatdoelstellingen. Maar zover is het nog niet.

Het industriële complex aan de Noordzee van 750 hectare groot werd gebouwd in 1918, en heette toen nog Koninklijke Hoogovens. Het bedrijf werd tegen het einde van de Eerste Wereldoorlog opgericht door de Nederlandse staat om Nederland minder afhankelijk te maken van het buitenland. Binnenlandse productie van staal werd noodzakelijk geacht. Het bedrijf wisselde de afgelopen decennia een aantal keren van eigenaar. In 2007 nam de Indiase Tata Group het bedrijf over.

Tata Steel krijgt al jaren forse kritiek, van zowel politiek Den Haag en omwonenden als milieuorganisaties en -activisten. Niet geheel onterecht. Volgens sommige partijen gaat de verduurzaming veel te traag. Inwoners van de omliggende plaatsen als Wijk aan Zee, IJmuiden en Beverwijk, zijn al jaren kritisch over de vervuilende stoffen die de fabriek uitstoot in hun leefomgeving. Is er nog wel ruimte voor dergelijke intensieve staalproductie op een plek als deze?

EW houdt op woensdag 1 november de eerste EKlimaattop. De middag heeft plaats in het AFAS Theater in Leusden. De grootste uitstoters van Nederland komen vertellen over hun plannen om hun CO2-uitstoot te reduceren en over wat zij nodig achten om die plannen echt uit te voeren.

 

Een digitaal welkomstwoord wordt gehouden door Yvo de Boer. Hij was lange tijd hoofd van ­UNFCCC, de VN-klimaatorganisatie die de jaarlijkse klimaatconferentie houdt (dit jaar in Dubai).

 

Namens de grootste CO2-uitstoter van Nederland, Tata Steel in IJmuiden, komt Jeroen Klumper, director sustainable transition, vertellen over onder meer de plannen van het bedrijf voor ‘groen staal’.

 

Spreker namens Shell, dat in Pernis Europa’s grootste raffinaderij heeft staan, is Audny van Helden, vice-president Energy Sectors & Decarbonization.

 

Marinus Tabak, head of central asset management bij energiebedrijf RWE, komt onder meer vertellen over de plannen om de kolencentrales in de Groningse Eemshaven en de Amercentrale in Geertruidenberg om te bouwen tot CO2negatieve installaties.

 

De vierde grote uitstoter, die eveneens een spreker afvaardigt, is luchtvaartmaatschappij KLM. Hedwig Sietsma, director sustainability, legt uit welke plannen er bestaan om vliegen minder vervuilend te maken.

 

Tijdens het tweede deel van de middag zullen woordvoerders van de politieke partijen reageren op de plannen en wensen. Klimaatminister en D66-leider Rob Jetten, CDA-leider Henri BontenbalMona Keijzer (nummer 2 op de kandidatenlijst van BBB) en Silvio Erkens (Tweede Kamerlid VVD) gaan met elkaar in debat. Uitnodigingen aan andere lijsttrekkers staan nog uit.

 

Kaarten voor de EW Klimaattop zijn te bestellen via ewmagazine.nl/klimaattop2023. Abonnees betalen 20 euro, niet-abonnees 25 euro.

De ligging van de staalproducent is juist logisch en noodzakelijk

Volgens Jeroen Klumper, Director Sustainable Transition bij Tata Steel, is de ligging van de staalproducent juist logisch en noodzakelijk. ‘Als we in Europa dingen willen produceren, dus ook energie-intensieve producten als staal, dan is een locatie aan de kust zeer aantrekkelijk,’ zegt Klumper. ‘Als Tata Steel hier niet had gezeten, zou elke producent zich hier willen vestigen. Het is de ideale plek vanwege de toegang tot de Noordzee.’

Jeroen Klumper (1975) studeerde industrieel management aan de Universiteit Twente en bedrijfseconomie aan de Universiteit van Amsterdam. Hij werkt sinds zijn afstuderen voor Tata Steel (en voorganger Corus). Als Director Sustainable Transition is hij sinds oktober verantwoordelijk voor de verduurzaming van het staalbedrijf in IJmuiden.

De locatie kan nog zo ideaal zijn, de druk op het bedrijf neemt alleen maar toe. Wat zou Jeroen Klumper zeggen tegen critici die een dusdanig grootschalige productie van staal in Nederland niet meer zien zitten?

‘Staal is de basis van onze welvaart. Ik denk dat er in Nederland bijna geen plek is waar je om je heen kunt kijken zonder staal te zien,’ zegt Klumper. ‘Onze auto’s, huizen, noem het maar op. Het is er allemaal van gemaakt. En daarmee is het ook een soort verplichting om in Nederland, en misschien wel breder in Europa, ervoor te zorgen dat je in de productie ervan onafhankelijk bent. Precies de reden waarom het bedrijf honderd jaar geleden is opgericht.’

Bij Tata Steel zijn ze ervan overtuigd dat het bedrijf moet blijven waar het nu is gevestigd. Juíst ook om de energietransitie tot een succes te maken. Klumper: ‘Staal is hét metaal van de energietransitie. Windmolens, zonnepanelen en elektrische auto’s worden er ook van gemaakt.’

Tata Steel was in 2022 goed voor de uitstoot van 11,1 miljoen ton CO2

Tientallen jaren waren de Hoogovens een baken van nationale trots, waar mannen en vrouwen uit de omgeving generatie op generatie werkzaam waren. Nog altijd bestaat de saamhorigheid en het ‘Hoogovengevoel’ onder de ruim negenduizend werknemers, maar de tijden zijn wel aan het veranderen. Want staal mag dan essen­tieel zijn voor de energietransitie, de productie is buitengewoon vervuilend en past volgens velen niet meer in de dichtbevolkte IJmond.

Tata Steel was in 2022 goed voor de uitstoot van bijna 11,1 miljoen ton CO2, zo berekende de Nederlandse Emissieautoriteit. Kleine kanttekening daarbij is wel dat bijna de helft daarvan afkomstig is van de op restgassen draaiende energiecentrales die naast het bedrijfsterrein zijn gevestigd. Deze centrales zijn van Vattenfall en voorzien het bedrijf en de omgeving van stroom.

Evengoed is de staalproducent ervan doordrongen dat vergroenen de enige optie is. De plannen zijn ambitieus. ‘In 2030 willen we 5 miljoen ton CO2 besparen. Dat is ongeveer 40 procent reductie van wat we op dit moment uitstoten. In 2045 willen we volledig CO2-neutraal staal produceren,’ zegt Klumper. ‘Om dat te bereiken, moet het hele proces volledig op de schop. We gaan op een fundamenteel andere manier ijzer en staal produceren.’

Die fundamenteel andere wijze betekent dat het Tata Steel-complex in de revisie gaat. Wie nu over het terrein rijdt, ziet bergen kolen, ijzererts en rokende hoogovens. Op het kantoor van Klumper hangt een kaart van het toekomstige terrein. Daarop is duidelijk te zien hoe groot de aanpassingen zijn. Grofweg de helft van de bestaande fabrieken zal verdwijnen.

Vanaf het eerste moment volledig op waterstof draaien, gaat niet lukken

Serie klimaatoptimisten in EW:

1. Hedwig Sietsma KLM Director Sustainability

2. Yvo de Boer Oud-topman VN-klimaatbureau UNFCCC

3. Marinus Tabak RWE Head of Central Asset Management

4. Jeroen Klumper Tata Steel Director Sustainable Transition

5. Audny van Helden Shell Vice President Decarbonization

Sinds 1918 draaien de hoogovens in IJmuiden op kolen. Lange tijd dachten staalproducenten wereldwijd dat zuurstof scheiden van de ijzererts alleen mogelijk was met kolen. Maar sinds de jaren zestig bestaan er zogeheten Direct Reduced Iron-fabrieken (DRI). Hier wordt aardgas gebruikt in plaats van steenkool. Deze methode wordt ook toegepast in IJmuiden de komende jaren. Uiteindelijk moet het hele proces op waterstof draaien. Tata Steel heeft de tekeningen voor die installaties al klaarliggen.

De ontwerpfase in IJmuiden loopt nog. De komende jaren moeten er vergunningen worden aangevraagd om vervolgens in 2026 te gaan bouwen. In 2029 moeten de nieuwe fabrieken operationeel zijn.

‘Het plan is om DRI-installaties te bouwen die staal kunnen produceren op zowel aardgas als waterstof. Aardgas is ook niet emissievrij, maar het is in elk geval al veel schoner dan steenkool. Uiteindelijk moet het hele proces CO2-neutraal zijn en dus draaien op waterstof.’

Vanaf het eerste moment volledig op waterstof draaien, gaat niet lukken, legt Klumper uit. ‘We moeten uiteraard even opstarten, en bovendien moeten we afwachten of er voldoende waterstof voorradig is. Daar doen we alles aan, ook omdat we de waterstofeconomie in Nederland willen stimuleren.’

Lange tijd niet interessant om de overstap te maken van ‘grijs’ naar ‘groen’ staal

De beschikbaarheid van alter­natieven voor kolen is één ding. Een tweede is de winstgevendheid van ‘groen staal’. Door de hogere kostprijs was het commercieel lange tijd niet inte­ressant voor staalproducenten in Europa om de overstap te maken van ‘grijs’ naar ‘groen’ staal. Dat is tegenwoordig anders.

Klumper: ‘CO2 wordt beprijsd in Euro­pa. Momenteel kost 1 ton CO2 zo’n 80 euro. Industriële bedrijven hadden een vrijstelling, maar die wordt afgebouwd. Dus als we niet verduurzamen, moeten we over die bijna 12 miljoen ton CO2 die we uitstoten, 80 euro per ton betalen. En die prijs wordt alleen maar hoger. Dat zorgt er wel voor dat die verduurzaming interessanter en noodzakelijk wordt.’

Maar staal gaat er wel meer door kosten. ‘Op productniveau zal een auto bijvoorbeeld een paar honderd euro duurder worden. Consumenten gaan de verduurzaming dus zeker ook merken,’ zegt Jeroen Klumper.

‘Dit is met afstand het grootste vergroeningsproject van Nederland’

De groene plannen gaan Tata Steel miljarden kosten. De staalproducent betaalt een groot deel zelf, maar houdt ook de hand op bij de overheid. ‘We hebben een gemeenschappelijk belang,’ zegt Klumper. ‘We willen in Nederland sneller onze industriële CO2-uitstoot verlagen dan is afgesproken in het Klimaat­akkoord van Parijs. Daaraan willen wij meewerken, maar van ons wordt gevraagd een investering te doen waarop we de eerste jaren verlies draaien. Daarvoor willen we worden gecompenseerd.’

Toch is de overheid vooralsnog voorzichtig met het overmaken van gigantische bedragen aan een Indiaas beursgenoteerd bedrijf. En ook uit de maatschappij klinken kritische geluiden. Waarom moet de Nederlandse belastingbetaler meebetalen aan de winst van de aandeelhouders van Tata?

Klumper: ‘Dit is met afstand het grootste vergroeningsproject van Nederland. Het is een win-win-situatie. We kunnen hier op een vrij efficiënte manier al in 2030 5 miljoen ton CO2 besparen. We vragen alleen compensatie voor het deel dat niet rendeert. Daar is niets geks aan. Het gebeurt op veel meer plekken in Europa.’

Foto: Guido Benschop

Het is in ieders belang dat Tata Steel groen staal produceert

Maar geld is niet het enige obstakel op de weg naar een groener Tata Steel. Ook wet- en regelgeving voor de energietransitie moeten aansluiten op de zware industrie. Er moeten belangrijke politieke keuzes worden gemaakt die invloed hebben op de bereidwilligheid van bedrijven om de energietransitie door te maken.

‘De prijs voor energie wordt een belangrijk thema. Er wordt enorm geïnvesteerd in het stroomnet door onder meer netbeheerder TenneT,’ zegt Klumper. ‘Als de kosten allemaal worden doorberekend aan de industrie, en volledig uit de pas lopen met andere landen, dan wordt het een lastig verhaal. Dan komen bedrijven als Tata Steel in de problemen.

‘Ik wil net als iedereen een fossielvrije toekomst, dat is het probleem niet. Alleen, we hebben hier grote vergroeningsplannen, en als we dit soort dingen niet goed regelen in Nederland, dan komen we er niet uit. Dan moeten we toch besluiten om de transitie niet in Nederland te maken.’

Toch zal het volgens Klumper zo’n vaart niet lopen. ‘Uiteindelijk is het in ieders belang dat Tata Steel groen staal produceert. Wij zijn ook voor het beprijzen en normeren van bedrijven die niet willen vergroenen of verschonen.’ Tegelijk is het ook zo dat de energietransitie niet te snel moet gaan vergeleken met de rest van Europa. Dat kan de vergroening juist in de weg staan.

Daarom zijn de komende verkiezingen ook spannend voor Tata Steel. ‘Ik hoop dat een nieuw kabinet met een Europese blik naar de industrie kijkt’, zegt Klumper. ‘Dan ben ik ervan overtuigd dat we er met z’n allen komen.’