Bote Sietse Wilpstra (1946-2021): burgervader van weinig woorden

22 september 2021Leestijd: 3 minuten
Bote Sietse Wilpstra (1946-2021)

Als burgemeester van de Drentse gemeente Zuidlaren was Bote Wilpstra (D66) intens betrokken bij ‘zijn’ mensen. Inwoners van alle rangen en standen met problemen bood hij altijd een luisterend oor.

Vaak ging hij na een ernstig ongeval op de provinciale N34 naar de brandweerkazerne om de uitgerukte hulpverleners op te vangen. Wilpstra was een man van weinig woorden, maar leefde intens mee. In complexe situaties kon hij met zijn scherpe analyses mensen goed op één lijn krijgen.

Al tijdens zijn economiestudie in Groningen wist Wilpstra dat hij ooit burgemeester wilde worden, zegt zijn studievriend Frans Tempelaar (75), emeritus hoogleraar bedrijfseconomie. ‘Hij was weloverwogen, loyaal en betrouwbaar. Als D66’er was Bote het vleesgeworden redelijk alternatief. Qua karakter een echte noorderling: als het met vijf woorden kon, had hij er geen twintig nodig.’

‘Bote had mensenkennis en een groot gevoel voor rechtvaardigheid’

Bote Sietse Wilpstra werd op 20 juni 1946 geboren in Grijpskerk, op de grens van Groningen en Friesland. Hij had één jongere broer. Zijn vader was eigenaar van een goedlopende machinefabriek, maar Bote had geen interesse om hem op te volgen. Na zijn studie werkte Wilpstra twaalf jaar als wetenschappelijk medewerker algemene economie aan de Rijksuniversiteit Groningen, waar Frans Tempelaar zijn collega was.

Naast zijn universitaire functie was Wilpstra voor zijn partij actief in de provinciale politiek. Vanaf 1976 als Statenlid en vanaf 1982 als gedeputeerde. Hij hield zich onder meer bezig met gemeentelijke herindeling – het aantal gemeenten in de provincie moest worden teruggebracht.

Voordat hij in 1990 burgemeester werd van Zuidlaren, was Wilpstra drie jaar waarnemer in Eenrum. ‘Hij was een toegewijde burgemeester,’ zegt zijn vrouw Annelize, eigenaar van executive search-bedrijf Talent Performance. ‘Bote had mensenkennis en een groot gevoel voor rechtvaardigheid. Het ging nooit om hemzelf. Hij stimuleerde onze dochter Laura en mij bij alles wat we deden en was er altijd voor zijn vrienden.’

Zijn hart lag bij het openbaar bestuur. Nadat Zuidlaren in 1998 opging in de fusiegemeente Tynaarlo, was Wilpstra interim-burgemeester in achtereenvolgens Eemnes (1999), Ameland (2000-2001) en Opsterland (2001-2002).

‘Een lieve en zorgzame vader’

‘Hij was wars van opsmuk en status,’ zegt goede vriendin Liesbeth Kneppers (70), voormalig VVD-senator en emeritus hoogleraar bedrijfskunde. ‘Hij was objectief en integer. Bote was niet uitbundig. Je moest hem goed kennen om hem te doorgronden. Met onze partners maakten we stedentrips naar onder meer Dresden, Berlijn en Antwerpen, en golfvakanties. Bote had een heel brede belangstelling: politiek, geschiedenis, literatuur en muziek.’

Paardrijden was zijn andere passie. Hij begeleidde Laura tijdens concoursen en bracht vele uren door aan de bak als zij les kreeg. ‘Een lieve en zorgzame vader,’ zegt Laura (35). ‘Streng, maar rechtvaardig: afspraak was afspraak. Hij was een groot voorstander van emancipatie: thuis werd het werk eerlijk verdeeld en hij wees op het belang onafhankelijk te zijn. Voor hem was iedereen gelijk.’

Van 2013 tot 2015 was hij opnieuw gedeputeerde in Groningen. In die periode hield hij zich, naast de gemeentelijke herindeling, bezig met de aardbevingsproblematiek. ‘Het leed van mensen raakte hem echt,’ zegt Laura.

Paardrijdend of wandelend in de Drentse bossen of langlaufend in Noorwegen was Wilpstra graag één met de natuur. Hoewel het leven in Zuidlaren hun goed beviel, wilde hij ooit met Annelize terug naar ‘Stad’: Groningen. Een paar jaar geleden kreeg hij een hersenbloeding. Daarna volgden er meer en was hij aan huis gekluisterd, waar hij thuiszorg kreeg. Maandag 6 september overleed Bote Wilpstra thuis. Hij werd 75 jaar.