Hoe Spanje worstelt met de erfenis van Franco

Franco Symboliek in een Spaanse bar. Bron: ANP

Francisco Franco is vandaag precies vijftig jaar dood. Zijn erfenis ligt nog altijd gevoelig. Volgens critici is de fascistische dictator, die heerste over Spanje van 1936 tot 20 november 1975, nog te nadrukkelijk aanwezig in het straatbeeld. En de Spaanse jeugd lijkt juist meer sympathie voor het franquisme te krijgen.

Zes jaar geleden werden de restanten van de fascistische dictator opgegraven vanuit zijn rustplaats in de Vallei der Gevallenen. De regering van premier Pedro Sánchez vindt dat hij het praalgraf niet verdient.

Dat standpunt was één van de speerpunten van het anti-Francobeleid van de linkse overheid. Zij doet er alles aan om herinneringen aan Franco uit te wissen.

Overleeft Spaanse premier Sánchez de corruptiezaken rond zijn naasten?Pedro Sánchez premier Spanje

NAAR HET ARTIKEL
MEER VAN RICHARD HOGENKAMP

Het anti-Francobeleid van premier Sánchez

Franco liet in 1940 de Vallei bouwen in de gemeente San Lorenzo de El Escorial, 40 kilometer ten noorden van de hoofdstad Madrid. Het is een in rots gebeitelde basilica, waar rond de 40.000 slachtoffers van de Spaanse Burgeroorlog zijn begraven. Na zijn dood besloot de overheid om Franco er een speciale plek te geven.

Dat had het ongewenste effect dat de Vallei een toevluchtsoord werd voor fascistische aanhangers van Franco. Tot op de dag van vandaag komen zij op 20 november samen om het regime van de leider te herdenken en te vieren. 

Elke referentie aan Franco wordt verwijderd

De basilica is niet de enige plek die geregeld franquisten aantrekt. Franco was niet vies van symboliek: hij liet overal in Spanje beelden van zichzelf plaatsen, vernoemde straten naar zichzelf en naar loyalisten en bouwde een 50 meter hoge overwinningsboog in Madrid. 

Er zijn in Spanje nog ongeveer zesduizend symbolische objecten over, meldt de Deberia Desaparecer (vertaald: Het Moet Verdwijnen). Deze organisatie wil haar naam eer aandoen en zo snel mogelijk elke referentie aan het Franco-regime verwijderen. 

De overheid werkt daar de afgelopen jaren aan mee. In 2019 kregen 656 gemeentes opdracht om Franco-symboliek te verwijderen. In 2022 nam premier Sánchez een volgende stap door de Wet democratische herinnering in te voeren.

Die wet beloofde slachtoffers centraal te stellen en stelt verheerlijking van de dictatuur strafbaar. Ook wordt de symboliek verder afgebouwd. 

In oktober beloofde Sánchez een lijst te publiceren met symboliek die aangepast of verwijderd moet worden. 

Ook wordt onder leiding van Sánchez op de sterfdag van Franco nu de democratische transformatie van de afgelopen vijftig jaar gevierd. Zowel koning Felipe als de conservatieve oppositieleider Alberto Núñez Feijóo zijn daar niet bij. 

Vox ziet Franco-regime als vooruitgang

Vanuit alle politieke hoeken is er kritiek op de aanpak van Sánchez. De conservatief Feijóo ziet de vieringen van Sánchez als een manier om aandacht af te leiden van een corruptiezaak rond zijn regering.

De derde grootste partij, het uiterst rechtse Vox, ziet het regime van Franco niet als een periode van duisternis, maar eerder als een tijd van reconstructie, vooruitgang en verzoening. 

De uiterst linkse partij Podemos vindt juist dat de socialistische premier niet genoeg doet om de erfenis van Franco zover mogelijk in te perken. Volgens Podemos is dit een poging om de beperkte compensatie aan nabestaanden te verbergen.

Die nabestaanden zijn ook teleurgesteld dat nog levende leden van het regime niet alsnog worden veroordeeld. Direct na het overlijden van dictator Franco kregen ze een pardon. 

Lees verder onder kader

Het regime van Franco

Generaal Francisco Franco maakte deel uit van het nationalistische kamp dat in de Spaanse Burgeroorlog in 1936 in opstand kwam tegen de Spaanse republiek. Tijdens drie jaar burgeroorlog vielen naar schatting in totaal 490.000 doden aan beide kanten, onder wie 120.000 repressieslachtoffers van beide partijen en 30.000 geëxecuteerde republikeinse aanhangers. Na de burgeroorlog vielen nog eens 40.000 tot 50.000 slachtoffers door vervolgingen van politieke tegenstanders.

 

Na de oorlog voerde Franco een dictatuur in. Hij liet politieke tegenstanders doden en perkte de rechten in van onder anderen vrouwen. Hij gold als de laatste fascistische dictator van Europa. Via geleidelijke liberalisering van zijn beleid en militaire samenwerking met de Verenigde Staten, wist hij zijn positie vast te houden tot aan zijn dood in 1975.

 

De Franco-hype

De Wet democratische herinnering verplicht scholen om het franquisme te bespreken. Het schrikt de jeugd niet af om sympathie te tonen voor het dictatoriale regime. Cijfers van het Spaanse statistiekbureau wijzen uit dat 38 procent van de Spanjaarden onder de 24 jaar een ondemocratisch regime zou accepteren, als dat hun levenskwaliteit verhoogt. 

Daarnaast verkiest één op de vier mannen in sommige gevallen een dictatuur boven democratie, en ziet 5 procent van de jongeren zichzelf als uiterst rechts. 

Zeggen dat dictatuur niet zo erg was, is Indiemode

De Spaanse publieke omroep deed onderzoek naar het toenemende franquisme onder jongeren. Onder anderen student Carmen Neila (18) werd geïnterviewd. Jongeren willen graag tegenstrijdig zijn, zegt ze: ‘Het wordt steeds meer mode om te zeggen dat de dictatuur niet zo erg was. Het is de nieuwe indiemode.’ Indiemode is een onafhankelijke, creatieve en alternatieve modestijl die draait om zelfexpressie en het vermijden van mainstream trends.

20 procent Spanjaarden positief over Franco

Het Spaanse statistiekbureau peilde ook de gevoelens over het Franco-regime onder verschillende leeftijdsgroepen. Landelijk is ongeveer eenvijfde positief of heel positief.  

Onder 25 tot 34-jarigen zijn die gevoelens het minst positief (15,9 procent). Onder 18 tot 24-jarigen is dit bijna 20 procent.

Premier Sánchez wil dansen op graf Franco

Premier Pedro Sánchez wil op de sterfdag van generalísimo Franco dansen op zijn (verplaatste) graf en de democratie vieren. Tegelijk raakt de sociaal-democraat een deel van de Spaanse jeugd kwijt aan uiterst rechts.

Hoewel de dictator nu vijftig jaar geleden is overleden, weet hij Spanje nog altijd te verdelen.