China-expert: ‘Zeer de vraag of het een supermacht wordt’

15 februari 2024Leestijd: 6 minuten
President Xi Jinping. Foto: ANP

Ruim twintig jaar woonde sinoloog Henk Schulte Nordholt (70) in China. Hij schreef diverse boeken over het land. Een gesprek over veranderingen bij de Chinese Communistische Partij (CCP), de doelen van Xi Jinping en of China wereldleider zal worden. ‘Het beleid van de CCP is geen langetermijnrecept voor stabiliteit.’

U was in Peking tijdens het grote studentenprotest op het Plein van de Hemelse Vrede in mei 1989. Hoe was dat?

‘Als directeur van de AMRO-bank werkte ik in Peking. Bij de massale protesten op het Tiananmenplein waren niet alleen studenten, maar alle lagen van de bevolking aanwezig. Op 4 juni was de ontknoping, toen het Chinese leger het plein met veel geweld ontruimde. Ik was die nacht tot een uur of 3 op het plein, toen de tanks kwamen aanrollen en het schieten begon.

‘De oorlogssituatie hield nog enkele weken aan. Op 7 juni ging ik naar mijn kantoor om daar wat papieren veilig te stellen, en kwam terecht in een nare droom. Een militaire colonne omsingelde het gebouw. Die soldaten meenden dat er sluipschutters op het dak zaten. Vanaf de twintigste verdieping hebben zij alles aan gruzelementen geschoten. Heftig. Zoiets tekent ook je beeld van China.’

Welke verandering in het beleid van de CCP heeft u waargenomen?

‘In de jaren dat ik er woonde, was de CCP slechts op de achtergrond aanwezig – met uitzondering dan van die uitzonderlijke weken in het voorjaar van 1989. Je had wel propaganda, maar niet nadrukkelijk. Op scholen was het ideologische onderwijs heel laks. De trend in het bedrijfsleven was privatisering. Bedrijven hadden bijvoorbeeld nog geen partijleden in hun raden van bestuur. Huidig partijleider Xi Jinping zag dat als uitholling van de macht, en heeft dat veranderd.

‘In 2012 begon hij een anticorruptie-campagne, een façade voor het wegruimen van zijn tegenstanders. Vanaf 2016 werd de nieuwe koers versneld doorgezet. In dat jaar wordt Xi neergezet als “Kern van de Partij” en werd de verheerlijking van zijn persoon naar nieuwe hoogtes getild. Zijn “Denken” staat sindsdien centraal en is opgenomen in de Grondwet. Ook zie je een omslag in zijn taalgebruik. Die werd agressiever. Het gaat nu over veiligheid, en dat het Westen China probeert te ondermijnen.

‘In 2013 hadden mijn Chinese vrienden nog goede hoop dat Xi een liberale figuur zou worden. Maar nee. Xi is een paranoïde, op controle gerichte man, bang om de greep op de macht te verliezen. Niet alleen op de Partij, maar op de hele samenleving.’

Xi plaatst zich in de eeuwenoude keizerlijke traditie. U schrijft dat hij niet alleen een wereldlijk, maar ook een geestelijk leider is. Maar de CCP is toch atheïstisch?

‘Fascinerend is hoe het permanente, Eeuwige China, en het veranderende China op elkaar inspelen. In het oude China was die dubbelfunctie er altijd al. De eerste keizer Huang Di is de verheven voorvader, een soort oervader die wijze lessen doorgeeft en zorg draagt voor het spirituele welzijn van zijn onderdanen. Vadertje Xi leidt met zijn vaderlijke vermaningen. Hij begeleidt en geeft aan wat je wel en niet mag doen.’

U schrijft dat het oude China een verdeel-en-heerstactiek hanteerde. Is dat de huidige strategie tegen het Westen?

‘In de negentiende eeuw zag China dat het militair niet was opgewassen tegen het Westen. Maar de Chinese denkers van de Zelfversterkingsbeweging zagen ook dat de Fransen, Engelsen en Duitsers niet door één deur konden. Die tegen elkaar opstoken, bespaart veel leed. Dat past in het Chinese denken en is in lijn met De kunst van het oorlogvoeren, het standaardwerk van de strateeg Sun Zi: de hoogste vorm van oorlogsvoeren is de vijand geweldloos verslaan. Deze sharp power zit tussen soft en hard power in. Die verdeel- en heerstactieken gebruikt het nu ook tegen Europa.

‘Zo exporteert Duitsland, met zijn industriële apparaat, veel meer dan welk Europees land ook. Terwijl Frankrijk meer inzet op veiligheid. Ook probeert China een wig te drijven tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten.’

In uw boek beschrijft u de ‘verchinezing’ van Xinjiang en Tibet. Hoe werkt dat?

‘Al sinds de jaren negentig is dat proces gaande. Na de Chinese inval in Tibet in de jaren vijftig waren er grote opstanden tegen de Chinese bezetting, de laatste in 2008. Met fiscale voordelen en de aanleg van wegen werden Chinese emigranten, uit de overvolle, naburige provincies, gestimuleerd om daarnaartoe te verhuizen. Hierdoor verwaterde de Tibetaanse en Oeigoerse bevolking. Het beleid is gericht op de stapsgewijze vernietiging van hun cultuur, een soort “eindoplossing met Chinese kenmerken”. De heropvoedingskampen in Xinjiang passen in dat beleid.’

Wat is Xi’s missie?

‘Zijn hoofdoel is herstel van het China dat tot 1800 de belangrijkste natie op aarde was. De “hereniging” met Taiwan is een cruciale stap om die ambitie te verwezenlijken. Xi moet binnenkort wel handelen, want hij is al zeventig jaar. Als hem dat lukt, bereikt hij een soort onsterfelijkheid. Hij komt dan op gelijke hoogte met Mao Zedong.’

Is het in het belang van het Westen dat Taiwan wordt beschermd?

‘Een belangrijke reden is ideëel. Inlijving is fundamenteel in strijd met de internationale rechtsorde – al helemaal wanneer een autocratie een democratisch land overneemt. Het zou zorgwekkend zijn als dat gebeurt.

‘Bovendien gaat er ontzettend veel handel door de Oost- en Zuid-Chinese Zee. En er is de unieke positie van Taiwan zelf. Dat produceert zo’n 50 procent van alle chips, en zelfs 90 procent van de hoogwaardige chips.’

Wat is China’s positie ten aanzien van de Oekraïne oorlog? Wat biedt China aan Rusland?

‘Officieel is China neutraal. Maar er is 100 procent morele aan Rusland, en steeds meer materiële steun. De hoofdreden is dat Poetin en Xi een identieke kijk op de wereld hebben. Het idee van systeemveiligheid is wat hen bindt. Zij menen dat het Westen, de VS voorop, regime change wil stimuleren in Rusland en China.

‘Wel zit China met een probleem. China is tegen schending van de territoriale integriteit van staten, terwijl Poetin die regel met voeten treedt. Het land speelt daarom een ongeloofwaardige dubbelrol. Onderhands wordt er ongelofelijk veel steun gegeven aan Rusland. Veel Chinese bedrijven investeerden in Rusland. De westerse bedrijven die zijn weggetrokken, hebben zij overgenomen. Verder biedt Peking kwijtschelding van schulden aan landen die betrokken zij bij het Nieuwe Zijderoute-initiatief, als zij wapens en munitie leveren aan Rusland.’

Sommige analisten zeggen dat China doet aan schuldendiplomatie. Anderen noemen dit een mythe. Wat denkt u?

‘Uit de gedetailleerde rapporten hierover valt moeilijk op te maken of er een “grote strategie” achter zit, in de zin van: China lokt landen met leningen die zij niet kunnen terugbetalen, en slaat vervolgens toe. Zo’n plan is er denk ik niet, daarvoor is het Chinese beleid niet gecoördineerd genoeg. Maar het is goed aantoonbaar dat in sommige projecten leningen worden ingeruild voor equity.’

Moet Europa zich ontkoppelen van de Chinese economie?

‘In 2001 trad China toe tot de Wereldhandelsorganisatie. In ruil voor onbeperkte toegang van Chinese exportproducten tot de westerse markten, beloofde China de binnenlandse markt steeds verder open te stellen. Dit is China grotendeels niet nagekomen. Wel werden westerse bedrijven, in verwachting van een open Chinese markt, China ingezogen. Daardoor is onze afhankelijkheid van China heel groot, en de economische vervlechting zo hecht dat totale ontkoppeling onmogelijk is. Bovendien is dat niet wenselijk gezien de vele contacten die met de Chinees-westerse samenwerking zijn gelegd, ook op menselijk niveau.’

U schrijft dat China enorme uitdagingen kent: enorme staatsschuld, vergrijzing, en weinig soft power en weinig bondgenoten. Wordt China wel een supermacht?

‘Dat is inderdaad zeer de vraag. Er is veel jeugdwerkloosheid en acute vergrijzing. Dat is op te vangen door de productiviteit te verhogen, maar of dat gaat lukken?

‘Het beleid van controle van de CCP is ook geen langetermijnrecept voor stabiliteit. Het leidt tot schijnstabiliteit, die met veel propaganda en repressie in stand wordt gehouden. Het kan plotseling hard gaan. Dan kan er een implosie komen.’