Vliegtaks opnieuw een stap dichterbij

Er komt zeker een Europese vliegtaks, maar Eurocommissaris Pierre Moscovici schuift de beslissing door naar zijn opvolger. Nederland gaat daarom op korte termijn in overleg met andere landen om tot een gezamenlijke vliegbelasting te komen. Er zijn al wat ideeën over de invulling van de heffing.

De vliegtaks moet pas vanaf 2021 gaan gelden, maar het kabinet is al begonnen met de voorbereidingen.

Nederland geeft de voorkeur aan een Europese vliegtaks, daarom heeft staatssecretaris Menno Snel van Financiën eerst contact gehad met Moscovici. De Eurocommissaris benadrukt dat er zeker een Europese vliegbelasting komt, maar niet tijdens zijn – nog maar kort lopende – termijn.

Binnenkort internationale afstemming over vliegtaks

Andere landen zijn enthousiast over het Nederlandse voorstel, en Snel zet nu in op het samen met deze landen afstemmen van een vliegbelasting. Er zijn internationaal al afspraken gemaakt over een verduurzaming van de luchtvaart, maar die gaan niet eerder dan 2020 in.

Een aantal landen heeft nu al een heffing, die is verwerkt in de prijs van het ticket. De grote landen met veel binnenlands vliegverkeer, zoals Zweden en Duitsland, gaan al verder dan internationale afspraken.

Twee richtingen voor een Nederlandse vliegtaks

Het kabinet denkt ten eerste aan een heffing naar het type vliegtuig. De hoogte daarvan is in elk geval afhankelijk van de veroorzaakte vervuiling en de lawaaioverlast.

Met aanvullende maatregelen kunnen de milieu-effecten van het vliegverkeer nog beter tot uitdrukking komen in de heffing. Er kan bijvoorbeeld ook rekening worden gehouden met de afstand die het vliegtuig naar en/of vanaf Nederland vliegt.