Grote kans op nationale investeringsbank na de verkiezingen

15 oktober 2025
Beeld: ANP.

In dit artikel

De feiten: Pleidooi voor nationale investeringsbank

Bronnen: Nationale investeringsbank, GL-PvdA, Volt, VVD, SP, D66, CDA

Afgelopen tijd klonk vanuit het bedrijfsleven de roep om een nationale investeringsbank. Zo was er een brief met een oproep, ondertekend door meer dan vijftig ondernemers en CEO’s. De club leverde zelfs een stukje tekst aan voor de verkiezingsprogramma’s, ter inspiratie.

Met succes, want politiek Den Haag lijkt er gehoor aan te geven. In de verkiezingsprogramma’s pleiten meerdere partijen voor een nationale investeringsbank.

De kans dat er zo’n instelling komt, is dan ook vrij groot. Eerder maakte het demissionaire kabinet al bekend dat overheidsinvesteerders Invest-NL en Invest International worden samengevoegd tot één investeringsinstelling.

Waarom een nationale investeringsbank?

Een nationale investeringsbank kan overheidsgeld steken in bedrijven die moeilijk financiering vinden op de reguliere markt, bijvoorbeeld omdat investeerders het te risicovol vinden.

Een investeringsbank kan ook investeren in bedrijven en sectoren die de overheid belangrijk vindt voor de economische positie van Nederland.

Als de overheid geld investeert, trekt dat financiering aan van private investeerders, pensioenfondsen en de Europese Investeringsbank.

Volgens experts kan een nationale investeringsbank met een eigen vermogen van 10 miljard euro, financiering van in totaal 100 miljard euro opleveren. Daarmee verbetert het investeringsklimaat en kunnen bedrijven harder groeien. Veel andere landen, waaronder Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, hebben al zo’n investeringsbank.

Investeringsbank in de verkiezingsprogramma’s

Onder meer CDA, D66, GroenLinks-PvdA, SP, Volt en VVD pleiten voor een investeringsinstelling. Allemaal willen ze daarmee het Nederlandse investeringsklimaat verbeteren. Al heeft elke partij een eigen blik op de precieze invulling van zo’n instelling.

Het CDA wil vooral investeren in ‘het verdienvermogen van de toekomst’. D66 wil geld steken in duurzame bedrijven en technologische innovatie, maar bijvoorbeeld ook in het verzwaren van het elektriciteitsnet. CDA en D66 willen beide het Nationaal Groeifonds nieuw leven inblazen.

VVD spreekt over een investeringsmaatschappij die start-ups en scale-ups wil helpen. Daarnaast wil de partij een investeringsagenda voor nationale groei.

Samenvoegingen tot één investeringsbank

Groenlinks-PvdA pleit voor het samenvoegen van Invest-NL, Invest-International, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland en de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen tot één investeringsbank. Om zo het Nederlandse concurrentievermogen te vergroten en bedrijven toegang te geven tot leningen die ze niet op de reguliere markt kunnen krijgen.

Groenlinks-PvdA wil, net als Volt, dat de investeringsbank meer aansluiting krijgt bij de Europese Investeringsbank.

SP pleit voor een investeringsbank voor het midden- en kleinbedrijf, waar kleine en startende bedrijven makkelijker geld kunnen lenen.

EW's visie: Investeringsbank moet geen 'grabbelton' worden

Door: Lotte Elbrink, redacteur Ondernemen

Er is terecht kritiek op het idee van een overheid die ondernemertje speelt. Investeren kan in principe beter aan de markt worden overgelaten en te veel overheidsbemoeienis werkt verstorend.

Toch kan een nationale investeringsbank er ook voor zorgen dat bepaalde bedrijven en sectoren meer kans krijgen om zich te ontwikkelen en te groeien.

Een belangrijke vraag is: hoe zorg je ervoor dat de bank het langer volhoudt dan één kabinetsperiode en er niet hetzelfde gebeurt als met het Nationaal Groeifonds?

Met dat fonds zou 20 miljard euro in het verdienvermogen van Nederland worden geïnvesteerd, in de hoop dat hierdoor een nieuwe ASML zou opstaan. Maar nog voor het potje leeg was, schrapte het kabinet Schoof het hele fonds.

Op afstand van politiek

Terecht pleiten experts voor een investeringsbank op afstand van de politiek. Investeerders met een niet-publieke achtergrond hebben meer praktijkervaring en investeringskennis dan ambtenaren.

Maar de belangrijkste reden om een nieuw vehikel op afstand van de politiek te zetten, is voorkomen dat politici het geld gebruiken voor eigen politiek gewin. Ook het Nationaal Groeifonds werd op afstand gezet van de politiek.

Een onafhankelijke commissie met ondernemers en wetenschappers bepaalde welke projecten geld kregen. Dat kon niet voorkomen dat het Nationaal Groeifonds in een ‘graaifonds’ veranderde.

Permanente investeringsbank

Ook moet er worden nagedacht over hoe permanent zo’n investeringsbank moet zijn. Moet een overheidsbank zich structureel in de markt mengen of zich terugtrekken als er voldoende private investeerders zijn?

Bovendien is het de vraag welke financieringsinstrumenten een nationale investeringsbank moet gebruiken. Ondernemers hebben het meest aan goedkope vormen van geld, zoals subsidies, leningen of borgstellingen.

Aandelenkapitaal is het duurst, omdat de ondernemer een stukje eigendom weggeeft, wat gepaard gaat met veel verplichtingen.

Een belangrijke voorwaarde is dat externe investeerders vertrouwen hebben. De bank heeft alleen kans van slagen als de markt meedoet.

Wie zegt wat over een Nationale Investeringsbank?

Bronnen: WNL, NRC, ESB, FD
  • ‘Het belangrijkste doel voor mij is om private investeerders uit te lokken om meer te investeren in bijvoorbeeld de techsector,’ zei Jeroen Dijsselbloem, burgemeester van Eindhoven, eerder in het radioprogramma Sven op 1. ‘Hier in Eindhoven zitten letterlijk duizenden startende techbedrijven. Zij hebben heel veel behoefte aan investeerders die ook het geduld hebben om daar een aantal jaar fors in te investeren. Daar zit een geweldig knelpunt, dat is er gewoon niet in Nederland.’
  • Melanie Maas Geesteranus, bestuursvoorzitter van Invest International, in NRC over het samenvoegen van Invest-NL en Invest International: ‘Het gaat om meer dan alleen bedrijven stimuleren. In de huidige geopolitieke omstandigheden gaat het ook om het weerbaarder maken van je economie en je bedrijven. Zorgen dat we toegang houden tot belangrijke grondstoffen en het nadenken over het opbouwen van een defensie-industrie. Daar zullen wij bij betrokken zijn.’
  • Econoom Jasper H. van Dijk plaatst in vakblad ESB vraagtekens bij de toegevoegde waarde van een nationale investeringsbank. Er zou in Nederland geen sprake zijn van een gebrek aan financiering. Durfkapitaal gaat nu sneller naar de Amerikaanse markt omdat de ­rendementen op investeringen in Nederland relatief laag zijn. Om innovatie te stimuleren is volgens hem het aanbod van talent vergroten en de Europese interne markt versterken effectiever.
  • Econoom Jasper Lukkezen in Het Financieele Dagblad: ‘Politici die het investeringsgat van de private sector vullen door simpelweg miljarden euro’s aan publiek geld beschikbaar te stellen, gedragen zich als ondernemers – maar dan zonder de rem die ondernemers voorzichtig maakt. Ondernemers lopen persoonlijk financieel risico, politici doen dat met uw geld. En juist daarom zijn ondernemers doorgaans voorzichtiger.’

Verdere verdieping: Wat zegt het Centraal Planbureau?

Bronnen: CPB, Keuzes in kaart 2027-2030

De keuzes van partijen hebben uiteenlopende gevolgen voor het investeringsklimaat, veel partijen kiezen daarnaast voor intensiveringen in onderzoek en/of onderwijs, schrijft het Centraal Planbureau in ‘Keuzes in kaart 2027-2030’.

Bij enkele partijen komen de generieke lasten voor bedrijven hoger uit (GroenLinks-PvdA, NSC, ChristenUnie), wat ongunstig is voor het investeringsklimaat.

JA21 verlaagt juist per saldo de lasten voor bedrijven. Partijen die sterk inzetten op duurzame productie (GroenLinks-PvdA, D66, ChristenUnie en Volt) maken nieuwe bedrijfsactiviteiten mogelijk, maar dit brengt ook transitiekosten met zich mee.

Financieringsmogelijkheden verruimen voor bedrijven

Veel partijen verhogen de investeringen in infrastructuur (GroenLinks-PvdA, VVD, D66, CDA, ChristenUnie, Volt, JA21) en verruimen de financieringsmogelijkheden voor bedrijven (GroenLinks-PvdA, VVD, D66, CDA en Volt), wat gunstig is voor het investeringsklimaat. De meeste partijen stimuleren in meer of mindere mate wetenschappelijk onderzoek en R&D door bedrijven.

GroenLinks-PvdA, de VVD, D66, het CDA en Volt doen een kapitaalinjectie in een investeringsinstelling, waardoor de financieringsmogelijkheden voor bedrijven verbeteren. Bij GroenLinks-PvdA, VVD en D66 is de kapitaalinjectie in een investeringsbank zo hoog dat het risico bestaat op verdringing van private financiering.

Hogere investeringen in infrastructuur en verbetering van de financieringsmogelijkheden voor bedrijven komen het investeringsklimaat ten goede.

Verder lezen over de verkiezingsprogramma's