Boer zoekt front

16 maart 2021Leestijd: 4 minuten
Foto: iStock

De politieke vertegenwoordiging van boeren versnippert. Het gevolg is dat boeren óf naar de mond worden gepraat óf steeds verder in de hoek worden gedrukt. Die polarisatie helpt niemand en zeker niet jonge boeren die snakken naar realisme en toekomstperspectief, schrijft Sarah Verroen, ‘meehelpboerin’ op het melkveebedrijf van haar man en schoonfamilie.

Sarah Verroen (34) is ‘meehelpboerin’ op het melkveebedrijf van haar man en diens ouders in Friesland. Ze zijn bezig met een bedrijfsovername. Zelf werkt ze voltijds in de visserijsector, terwijl ‘De Boer’ de boerderij runt. Al compenseerde het uitmesten in coronatijd geregeld het gebrek aan de sportschool.

Ingezonden opinieartikelen worden geselecteerd door de redactie, maar vertegenwoordigen niet noodzakelijkerwijs het standpunt van EW.

Hier in huis daalde de animo voor de politiek tot een nulpunt doordat Joris Thijssen (PvdA) zich tijdens het vorige landbouwdebat keer op keer profileerde als ex-directeur van Greenpeace. Mijn man, ‘De Boer’, kon de moed niet vinden voor nog een debat en dus bewaak ik het verkiezingsfront. Koptelefoon op, kop thee erbij en vol frisse verwarring kijken naar (aspirant-)Kamerleden die over elkaar heen buitelen in het verklaren van hun liefde aan de landbouw.

‘Wat heeft platteland aan alle politieke liefdesverklaringen?’

Meer dan ooit is het politieke landschap voor de stemmende voedselproducent versnipperd. Dat alle partijen ‘heel veel om boeren geven’ en ‘staan voor het geluid van het platteland’ moge duidelijk zijn. Maar wat het platteland aan al die liefde heeft, is dat niet.

Terwijl je vroeger goed zat bij het CDA, de VVD, SGP of ChristenUnie zijn er nu ook de BoerBurgerBeweging (BBB) en JA21 die zich nadrukkelijk profileren. Ook Forum voor Democratie en de PVV laten zich graag fotograferen naast boerenspandoeken en zetten zich in voor de hardwerkende voedselproducent die wordt onderdrukt door de Europese Unie, door GroenLinks, door de Randstad, door natuurorganisaties, door de markt… U mag hier zelf de onderdrukker van de week invullen.

Meer ‘boerenpartijen’ minder invloed

De verschillen tussen de ‘boerenpartijen’ zitten vaak in nuances. Maar het resultaat van de versnippering is dat de macht en invloed van het traditionele boerenfront onder druk staat. Nieuwe (splinter)partijen knabbelen stemmen weg terwijl hun toekomst in de Tweede Kamer nog onzeker is. Tegelijk lijkt het of gevestigde landbouwpartijen zich – juist door de ‘boerlievende’ toon van de nieuwkomers – genoodzaakt zien boeren gerust te stellen en naar de mond te praten.

Het gevolg? Een soort conservatieve patstelling. Om geen stemmers kwijt te raken, concurreren zittende partijen met wilde plannen – of ze nu haalbaar zijn of niet. Van ‘woningbouw in Natura 2000-gebieden’, tot ‘stoppen met subsidies’ en ‘stoppen met stikstofmaatregelen’. Dat klinkt misschien lekker, maar als een partij met één of misschien twee zetels dat wil… wat is dan de kans dat deze plannen worden gerealiseerd? Nog los van de vraag of dit überhaupt op nationaal niveau wordt beslist.

Uiteindelijk wil boer geen complimentjes, maar daden

Landbouwpartijen beconcurreren elkaar en zoeken naar een balans tussen een steeds groenere maatschappij en behoud van de situatie zoals zij nu is. In reactie worden linkse ‘groene’ partijen nog linkser en groener om toch verandering af te dwingen. Het is maar de vraag of een verzwakt boerenfront genoeg tegengeluid kan laten horen. Zeker zolang ze bezig zijn met een wedstrijdje ‘wie is er het meest vóór de boeren’.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Uiteindelijk gaat het er niet om welke partij je het fijnste compliment geeft. Het gaat erom wat partijen bereiken. Een boer is gebaat bij realistische plannen en eerlijke verwachtingen. Ook al zijn die minder prettig te horen dan wilde plannen die niet te realiseren zijn. Beleid maken in Nederland is compromissen sluiten, dus de radicale randjes gaan er doorgaans af. Dan resteren de minder radicale plannen die bij de landbouwpartijen nagenoeg gelijk zijn.

‘Onzin hoort in de kroeg, niet in de Tweede Kamer’

Helaas is deze verkiezingscampagne er een van polarisatie. Niet alleen tussen links en rechts, maar ook tussen boerenpartijen die in essentie niet zo veel van elkaar verschillen. De CDA-landbouwwoordvoerder vindt de boer net zo’n held als zijn of haar tegenhanger bij de SGP of BBB. De ‘stem van het platteland’ is geen alternatief voor ‘de stem van de stad’, want Nederland bevat beiden. Zo is rechtse onzin ook geen passend antwoord op linkse onzin. Onzin moet je in de kroeg bespreken, niet in de Tweede Kamer.

Ongeacht welke partij de verkiezingen woensdag 17 maart wint, laten we vooral hopen dat de boer de verkiezingen niet verliest.