Wat lang ondenkbaar was, is al bijna vertrouwd. Werd de verkiezingswinst van de PVV in november 2023 door velen met ongeloof ontvangen, nu kijken weinigen gek op als de partij van Geert Wilders op 29 oktober weer de grootste wordt. Ook elders in Europa domineren nationalisten, populisten of rechts-radicalen de peilingen. Of ze regeren al.
Voor het eerst in hun bestaan zijn ze zelfs in Europa’s drie grootste economieën tot de electorale kopgroepen doorgedrongen. Zelfs in Duitsland. Het land waar tachtig jaar lang om begrijpelijke redenen, nationalisme en populisme taboe waren, verklaarde AfD melaats met een cordon sanitaire (Brandmauer).
Populisten voeren peilingen aan in Duitsland, Frankrijk en Verenigd Koninkrijk
Internationale media reageerden geschokt toen de afgelopen maand peilingen opdoken waarin de anti-immigratiepartij voor het eerst in zijn bestaan de grootste was. De populariteit van bondskanselier Friedrich Merz (CDU) is tanende. Hij werd nog geen half jaar geleden verkozen met dank aan een stevige asiel- en migratiekoers. Merz zal blij zijn dat verkiezingen ver weg zijn.
Hetzelfde geldt voor Keir Starmer. De sociaal-democratische Britse premier raakt ruim een jaar na zijn grote verkiezingswinst in de peilingen steeds verder achterop bij Reform UK van Brexiteer Nigel Farage. In een poging het tij te keren, schortte Starmer vorige week het recht op gezinshereniging op. Maar vermoedelijk zal dat de al jaren sluimerende woede over de grote toestroom van (illegale) immigranten niet temperen. Wapperende vlaggen en boze menigtes bij asielhotels zijn de nieuwste uitlaatkleppen.

En dan is er nog Frankrijk, waar Rassemblement National in het parlement de grootste is en dat in de peilingen ook ruimschoots blijft. Marine Le Pen, van wie onzeker is of de rechter haar toestaat om over anderhalf jaar een nieuwe gooi te doen naar het presidentschap, dankt haar populariteit vooral aan onvrede over de multiculturele samenleving.
Angst voor de kiezers
Het is verleidelijk om te denken dat de populistische opstand kan worden gestuit door eindelijk eens immigratie aan te pakken. Maar die voedingsbodem voor protestpartijen zal in het vergrijsde en verwende Europa voorlopig vruchtbaar blijven.
Neem Frankrijk. Omdat Parijs uit angst voor boze kiezers decennialang weigerde te hervormen (hogere pensioenleeftijd, minder ambtenaren), zijn de overheidsfinanciën een drama. Pogingen van premier François Bayrou om te bezuinigen wekten woede in het parlement en de Franse straten. Zoals zo vaak.
Met de staatsschuld en het begrotingstekort is het aan de overkant van Het Kanaal niet veel beter gesteld. Britse topeconomen waarschuwden eind augustus voor een schuldencrisis zoals in de jaren zeventig, waarna thatcheriaanse bezuinigingen volgden.
Een wankelende verzorgingsstaat als voedingsbodem voor populisme
‘De verzorgingsstaat zoals we die nu hebben, is financieel niet langer houdbaar met wat we economisch bereiken,’ durfde Merz onlangs de pijnlijke waarheid te spreken. Omdat belastingen verhogen of (gemeenschappelijk) lenen structurele problemen niet oplost, zijn versoberingen van die verzorgingsstaat onontkoombaar. Zeker als regeringen willen voldoen aan hun NAVO-beloften om miljarden extra te investeren in defensie.
Geld uitgeven in het buitenland – veiligheidsgaranties voor Oekraïne – en thuis fors bezuinigen: het zal kiezers nog bozer maken en de nationalistische, populistische opmars aanjagen.
Als Europa’s belangrijkste leiders in eigen land legitimiteit blijven verliezen, is het lastig voor te stellen hoe zij een geloofwaardige eenheid kunnen vormen tegenover Rusland en China. Leiders Vladimir Poetin en Xi Jinping, die recent genoten van een militaire parade in Peking, zullen erom lachen. Zij hebben geen last van boze kiezers en slechte peilingen.